BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 1203

13
c. Par requête adressée à la Cour par lettre recommandée à la poste le 13 novembre 2019 et parvenue au greffe le 15 novembre 2019, un recours en annulation de la même disposition légale a été introduit par la SA « Pharmacie by Medi-Market Group - Gosselies » et Frédéric Herroelen. Ces affaires, inscrites sous les numéros 7284, 7285 et 7288 du rôle de la Cour, ont été jointes aux affaires portant les numéros de rôle 7174, 7175, 7176 et 7179. Le greffier, P.-Y. Dutilleux VERFASSUNGSGERICHTSHOF [2019/206017] Bekanntmachung vorgeschrieben durch Artikel 74 des Sondergesetzes vom 6. Januar 1989 a. Mit einer Klageschrift, die dem Gerichtshof mit am 13. November 2019 bei der Post aufgegebenem Einschreibebrief zugesandt wurde und am 14. November 2019 in der Kanzlei eingegangen ist, erhoben Klage auf Nichtigerklärung von Artikel 31 des Gesetzes vom 22. April 2019 « über die Qualität der Praxis der Gesundheitspflege » (veröffentlicht im Belgischen Staatsblatt vom 14. Mai 2019): die « Newpharma » PGmbH und Aline Legipont. b. Mit einer Klageschrift, die dem Gerichtshof mit am 13. November 2019 bei der Post aufgegebenem Einschreibebrief zugesandt wurde und am 14. November 2019 in der Kanzlei eingegangen ist, erhoben Klage auf Nichtigerklärung derselben Gesetzesbestimmung: die « Apotheek Vanmeer» AG und Kristien Vanmeer. c. Mit einer Klageschrift, die dem Gerichtshof mit am 13. November 2019 bei der Post aufgegebenem Einschreibebrief zugesandt wurde und am 15. November 2019 in der Kanzlei eingegangen ist, erhoben Klage auf Nichtigerklärung derselben Gesetzesbestimmung: die « Pharmacie by Medi-Market Group - Gosselies » AG und Frédéric Herroelen. Diese unter den Nummern 7284, 7285 und 7288 ins Geschäftsverzeichnis des Gerichtshofes eingetragenen Rechtssachen wurden verbunden mit der Rechtssachen mit Geschâftsverzeichnisnummers 7174, 7175, 7176 und 7179 verbunden. Der Kanzler, P.-Y. Dutilleux * FEDERALE OVERHEIDSDIENST BELEID EN ONDERSTEUNING [C - 2019/31103] 20 DECEMBER 2019. — Omzendbrief nr. 676. — Informatie over de federale monitoring van het risico op overschrijding van de personeelskredieten in 2020 en 2021 en de personeelsenvelop- pes 2020 en 2021 Aan de federale overheidsdiensten, de programmatorische federale overheidsdiensten, de administratieve openbare instellingen en de administratieve diensten met boekhoudkundige autonomie, de open- bare instellingen van de sociale zekerheid, de bijzondere korpsen. Mevrouw de Minister, Mijnheer de Minister, Mevrouw de Leidend ambtenaar, Mijnheer de Leidend ambtenaar, 1. Context De Ministerraad van 15 oktober 2014 heeft aan de FODs P&O en B&B, die sedert 1 maart 2017 geïntegreerd zijn in de nieuwe FOD BOSA, de opdracht gegeven een verplichte monitoring voor het gehele federaal openbaar ambt (met inbegrip van de bijzondere korpsen, de ION en de OISZ) te organiseren. Deze omzendbrief geeft informatie over de monitoring van het risico op overschrijding van de kredieten in 2020 en 2021 en legt de budgettaire personeelsenveloppes 2020 en hun prefiguratie voor 2021 vast. De principes vastgelegd in de omzendbrief nr. 659 zijn behouden en in deze omzendbrief hernomen. Ze worden aangevuld met volgende specifieke maatregelen: - de monitoring van het risico wordt in 2020 twee keer georgani- seerd nl. een eerste keer op basis van de betaalgegevens van mei en een tweede keer op basis van die van december. De monitoring van december omvat ook een rapport over de realisaties van 2020; - de entiteiten onderworpen aan de monitoring worden in groepen ingedeeld in functie van wie het monitoringrapport produceert; - voor de personeelsenveloppes van de FODs en PODs worden de KPI’s, zoals tot nu toe het geval was, geproduceerd op basis van het Sepp-platform door het DG Rekrutering & Ontwikkeling van de FOD BOSA. Het gaat om de enveloppes primaire uitgaven (kredieten op de BA 11xx03 en 11xx04) waarvoor het Sepp- platform over de volledige betaalgegevens beschikt via Per- sopoint en Fedcom; SERVICE PUBLIC FEDERAL STRATEGIE ET APPUI [C - 2019/31103] 20 DECEMBRE 2019. — Circulaire n° 676. — Information relative au monitoring fédéral du risque de dépassement des crédits de personnel en 2020 et 2021 et aux enveloppes de personnel 2020 et 2021 Aux services publics fédéraux, aux services publics fédéraux de programmation, aux organismes administratifs publics et services administratifs à comptabilité autonome, aux institutions publiques de sécurité sociale, aux corps spéciaux. Madame la Ministre, Monsieur le Ministre, Madame la Fonctionnaire Dirigeante, Monsieur le Fonctionnaire Dirigeant, 1. Contexte Le Conseil des Ministres du 15 octobre 2014 a chargé les SPF P&O et B&Cg, intégrés depuis le 1 er mars 2017 au nouvel SPF BOSA, d’organiser un monitoring obligatoire pour toute la fonction publique fédérale (y compris les corps spéciaux, les OIP et les IPSS). La présente circulaire donne des informations relatives au monito- ring du risque de dépassement des crédits de personnel en 2020 et 2021 et fixe les enveloppes budgétaires de personnel 2020 et leur préfiguration pour 2021. Les principes établis dans la circulaire n° 659 sont maintenus et repris dans la présente circulaire. Ils sont complétés par les mesures spécifiques suivantes: - le monitoring du risque est organisé deux fois en 2020, à savoir une première fois sur la base des données de paie de mai et une deuxième fois sur la base de celles de décembre. Le monitoring de décembre comprend également un rapport sur les réalisations en 2020; - les entités soumises au monitoring sont regroupées dans des groupes en fonction de l’instance qui produit le rapport de monitoring ; - pour les enveloppes de personnel des SPF et SPP les KPI sont calculés, comme c’était le cas jusqu’à présent, à partir de la plate-forme Sepp par la DG Recrutement & Développement du SPF BOSA. Il s’agit des enveloppes dépenses primaires (crédits sur les BA 11xx03 et 11xx04) pour lesquelles la plate-forme Sepp dispose des données de paie complètes via Fedcom et Perso- point ; 1203 BELGISCH STAATSBLAD — 15.01.2020 — MONITEUR BELGE

Transcript of BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 1203

Page 1: BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 1203

c. Par requête adressée à la Cour par lettre recommandée à la poste le 13 novembre 2019 et parvenue au greffe le15 novembre 2019, un recours en annulation de la même disposition légale a été introduit par la SA « Pharmacie byMedi-Market Group - Gosselies » et Frédéric Herroelen.

Ces affaires, inscrites sous les numéros 7284, 7285 et 7288 du rôle de la Cour, ont été jointes aux affaires portant lesnuméros de rôle 7174, 7175, 7176 et 7179.

Le greffier,P.-Y. Dutilleux

VERFASSUNGSGERICHTSHOF

[2019/206017]Bekanntmachung vorgeschrieben durch Artikel 74 des Sondergesetzes vom 6. Januar 1989

a. Mit einer Klageschrift, die dem Gerichtshof mit am 13. November 2019 bei der Post aufgegebenemEinschreibebrief zugesandt wurde und am 14. November 2019 in der Kanzlei eingegangen ist, erhoben Klage aufNichtigerklärung von Artikel 31 des Gesetzes vom 22. April 2019 « über die Qualität der Praxis der Gesundheitspflege »(veröffentlicht im Belgischen Staatsblatt vom 14. Mai 2019): die « Newpharma » PGmbH und Aline Legipont.

b. Mit einer Klageschrift, die dem Gerichtshof mit am 13. November 2019 bei der Post aufgegebenemEinschreibebrief zugesandt wurde und am 14. November 2019 in der Kanzlei eingegangen ist, erhoben Klage aufNichtigerklärung derselben Gesetzesbestimmung: die « Apotheek Vanmeer » AG und Kristien Vanmeer.

c. Mit einer Klageschrift, die dem Gerichtshof mit am 13. November 2019 bei der Post aufgegebenemEinschreibebrief zugesandt wurde und am 15. November 2019 in der Kanzlei eingegangen ist, erhoben Klage aufNichtigerklärung derselben Gesetzesbestimmung: die « Pharmacie by Medi-Market Group - Gosselies » AG undFrédéric Herroelen.

Diese unter den Nummern 7284, 7285 und 7288 ins Geschäftsverzeichnis des Gerichtshofes eingetragenenRechtssachen wurden verbunden mit der Rechtssachen mit Geschâftsverzeichnisnummers 7174, 7175, 7176 und 7179verbunden.

Der Kanzler,P.-Y. Dutilleux

*FEDERALE OVERHEIDSDIENST BELEID EN ONDERSTEUNING

[C − 2019/31103]

20 DECEMBER 2019. — Omzendbrief nr. 676. — Informatie over defederale monitoring van het risico op overschrijding van depersoneelskredieten in 2020 en 2021 en de personeelsenvelop-pes 2020 en 2021

Aan de federale overheidsdiensten, de programmatorische federaleoverheidsdiensten, de administratieve openbare instellingen en deadministratieve diensten met boekhoudkundige autonomie, de open-bare instellingen van de sociale zekerheid, de bijzondere korpsen.

Mevrouw de Minister,Mijnheer de Minister,Mevrouw de Leidend ambtenaar,Mijnheer de Leidend ambtenaar,1. ContextDe Ministerraad van 15 oktober 2014 heeft aan de FODs P&O en

B&B, die sedert 1 maart 2017 geïntegreerd zijn in de nieuwe FOD BOSA,de opdracht gegeven een verplichte monitoring voor het gehelefederaal openbaar ambt (met inbegrip van de bijzondere korpsen, deION en de OISZ) te organiseren.

Deze omzendbrief geeft informatie over de monitoring van het risicoop overschrijding van de kredieten in 2020 en 2021 en legt debudgettaire personeelsenveloppes 2020 en hun prefiguratievoor 2021 vast.

De principes vastgelegd in de omzendbrief nr. 659 zijn behouden enin deze omzendbrief hernomen. Ze worden aangevuld met volgendespecifieke maatregelen:

- de monitoring van het risico wordt in 2020 twee keer georgani-seerd nl. een eerste keer op basis van de betaalgegevensvan mei en een tweede keer op basis van die van december. Demonitoring van december omvat ook een rapport over derealisaties van 2020;

- de entiteiten onderworpen aan de monitoring worden in groepeningedeeld in functie van wie het monitoringrapport produceert;

- voor de personeelsenveloppes van de FODs en PODs worden deKPI’s, zoals tot nu toe het geval was, geproduceerd op basis vanhet Sepp-platform door het DG Rekrutering & Ontwikkeling vande FOD BOSA. Het gaat om de enveloppes primaire uitgaven(kredieten op de BA 11xx03 en 11xx04) waarvoor het Sepp-platform over de volledige betaalgegevens beschikt via Per-sopoint en Fedcom;

SERVICE PUBLIC FEDERAL STRATEGIE ET APPUI

[C − 2019/31103]

20 DECEMBRE 2019. — Circulaire n° 676. — Information relative aumonitoring fédéral du risque de dépassement des crédits depersonnel en 2020 et 2021 et aux enveloppes de personnel 2020et 2021

Aux services publics fédéraux, aux services publics fédéraux deprogrammation, aux organismes administratifs publics et servicesadministratifs à comptabilité autonome, aux institutions publiques desécurité sociale, aux corps spéciaux.

Madame la Ministre,Monsieur le Ministre,Madame la Fonctionnaire Dirigeante,Monsieur le Fonctionnaire Dirigeant,1. ContexteLe Conseil des Ministres du 15 octobre 2014 a chargé les SPF P&O et

B&Cg, intégrés depuis le 1er mars 2017 au nouvel SPF BOSA,d’organiser un monitoring obligatoire pour toute la fonction publiquefédérale (y compris les corps spéciaux, les OIP et les IPSS).

La présente circulaire donne des informations relatives au monito-ring du risque de dépassement des crédits de personnel en 2020 et2021 et fixe les enveloppes budgétaires de personnel 2020 et leurpréfiguration pour 2021.

Les principes établis dans la circulaire n° 659 sont maintenus et reprisdans la présente circulaire. Ils sont complétés par les mesuresspécifiques suivantes:

- le monitoring du risque est organisé deux fois en 2020, à savoirune première fois sur la base des données de paie de mai et unedeuxième fois sur la base de celles de décembre. Le monitoringde décembre comprend également un rapport sur les réalisationsen 2020;

- les entités soumises au monitoring sont regroupées dans desgroupes en fonction de l’instance qui produit le rapport demonitoring ;

- pour les enveloppes de personnel des SPF et SPP les KPI sontcalculés, comme c’était le cas jusqu’à présent, à partir de laplate-forme Sepp par la DG Recrutement & Développement duSPF BOSA. Il s’agit des enveloppes dépenses primaires (créditssur les BA 11xx03 et 11xx04) pour lesquelles la plate-forme Seppdispose des données de paie complètes via Fedcom et Perso-point ;

1203BELGISCH STAATSBLAD — 15.01.2020 — MONITEUR BELGE

Page 2: BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 1203

- voor de administratieve openbare instellingen en de administra-tieve diensten met boekhoudkundige autonomie worden deKPI’s 1a en 1b berekend door het DG Begroting en Beleidseva-luatie van de FOD BOSA;

- de openbare instellingen van sociale zekerheid, de Federalepolitie en Defensie staan zelf in voor de productie van het rapportvan monitoring van het risico;

- de Taskforce ontvangt en coördineert de verschillende monito-ringrapporten en verzekert hun toezending naar de betrokkenactoren.

2. Taskforce PersoneelsmonitoringBij de FOD BOSA is een Taskforce Personeelsmonitoring opgericht

waarin vertegenwoordigers van de Minister van Begroting, de Ministervan Ambtenarenzaken en de FOD BOSA zetelen.

Deze Taskforce is belast met de opvolging van de evolutie van depersoneelsuitgaven en -kredieten en de opmaak en validatie van demethodologie dienaangaande.

Hij ontvangt en coördineert de verschillende rapporten van monito-ring van het risico en maakt ze ter informatie over aan:

- de Ministerraad;- het College van voorzitters van de federale en programmatori-

sche overheidsdiensten;- het College van de openbare instellingen van sociale zekerheid;- het uitgebreid College van de instellingen van openbaar nut;- de Korpschef van de Inspectie van Financiën;- de Commissaris-generaal van de Federale Politie;- de Chef van Defensie.

3. Basisprincipes van een analyse van het risico- De monitoring van het risico op overschrijding van de personeels-

kredieten is een continu proces van interne controle bij elkefederale entiteit.

- De Taskforce volgt de kwaliteit van de monitoring op en kan aanelke entiteit vragen hem de gegevens mee te delen waarop deanalyse van het risico is berekend.

- Elke entiteit is verplicht, volgens een vastgelegd ritme, het risicote evalueren in overeenstemming met de methodologie gedefini-eerd in omzendbrief 670 voor een betrouwbare projectie van delasten. De evaluatie gebeurt op basis van de aangegevenreferentiemaanden.

- De basis van de methodologie moet steunen op een analyse vande individuele betaalgegevens, eventueel geaggregeerd, en dedetectie van de gekende of voorziene evenementen die deindividuele situatie van een betaling wijzigen.

- Elke ordonnateur en elke operationele verantwoordelijke is erstrikt toe gehouden voorafgaandelijk het risico op overschrijdingte evalueren van elke beslissing die een structurele impact op depersoneelskosten genereert en waarvoor hij gemachtigd is deStaat te verbinden.

- De inspecteur van Financiën, de regeringscommissaris, de rege-ringscommissaris van begroting (OISZ) of de afgevaardigde vande minister van begroting, verifieert het door de dienst geëvalu-eerd risico alvorens een advies over de HR-maatregelen te geven.

- Elke HR-maatregel moet kaderen binnen de limieten van hetpersoneelsplan, dat steeds door de bevoegde overheid moetgoedgekeurd zijn. Het is op het ogenblik van elke uitvoering vanhet personeelsplan dat nagegaan wordt of er voldoende budget-taire middelen beschikbaar zijn. Een personeelsplan moet dusniet noodzakelijk jaarlijks opgemaakt worden, maar enkel wan-neer maatregelen overwogen worden die niet opgenomen zijn inhet laatst goedgekeurd personeelsplan.

4. KPI’s voor analyse van het risicoHet risico op overschrijding wordt geëvalueerd aan de hand van

volgende basisindicatoren en KPI’s:Basisindicatoren:

- het aantal betaalde VTE’s per maand;- de evolutie van het aantal betaalde VTE’s opgedeeld per statuut

(statutair en contractueel) over de laatste 12 maanden.Ter herinnering, zoals gedefinieerd in de omzendbrief nr. 670, is het

aantal betaalde VTE’s gelijk aan het betaald werkregime van eencontract waarvoor tijdens de referentiemaand een recurrente weddewerd vereffend. Hierbij moet er een onderscheid worden gemaakttussen het statuut (statutair, contractueel en mandaathouder).

KPI 1a: geeft de verhouding weer tussen de gerealiseerde totalelasten van de laatste 12 maanden en het budget.

KPI 1b: geeft de verhouding weer tussen de berekende totale lastenvan het lopende jaar en het budget.

KPI 2: geeft de verhouding weer tussen de totale projectie en hetbudget.

- pour les organismes administratifs publics et services adminis-tratifs à comptabilité autonome les KPI 1a et 1b sont calculés parla DG Budget et Evaluation de la Politique du SPF BOSA;

- les institutions publiques de sécurité sociale, la Police fédérale etla Défense sont elles-mêmes responsables de la production durapport de monitoring du risque;

- la Task Force reçoit et coordonne les différents rapports demonitoring et assure leur envoi aux instances concernées.

2. Task Force Monitoring de personnelUne Task Force Monitoring de personnel est établie auprès du

SPF BOSA, dans laquelle siègent des représentants du Ministre duBudget, du Ministre de la Fonction publique et du SPF BOSA.

Cette Task Force est chargée de suivre l’évolution des dépenses et descrédits de personnel et d’établir et valider la méthodologie en lamatière.

Elle reçoit et coordonne les différents rapports de monitoring durisque et les communique pour information aux instances suivantes:

- le Conseil des Ministres;- le Collège des présidents des services publics fédéraux et de

programmation;- le Collège des institutions publiques de sécurité sociale;- le Collège étendu des organismes d’intérêt public;- le Chef de Corps de l’Inspection des Finances;- le Commissaire général de la Police fédérale;- le Chef de la Défense.

3. Principes de base d’une analyse du risque- Le monitoring du risque de dépassement des crédits de personnel

est un processus continu de contrôle interne dans chaque entitéfédérale.

- La Task Force effectue le suivi de la qualité du monitoring et peutdemander à chaque entité de lui communiquer les données sur labase desquelles le risque est calculé.

- Chaque entité est tenue d’évaluer le risque, selon un rythme fixé,conformément à la méthodologie définie dans la circulaire 670pour une projection fiable des charges. L’évaluation est réaliséesur la base des mois de référence indiqués.

- La base de la méthodologie doit reposer sur une analyse desdonnées de paie individuelles, éventuellement agrégées, et sur ladétection des événements connus ou prévus qui modifient lasituation individuelle d’un paiement.

- Chaque ordonnateur et chaque responsable opérationnel eststrictement tenu d’évaluer préalablement le risque de dépasse-ment de chaque décision générant un impact structurel sur lesfrais de personnel et pour laquelle il est habilité à engager l’État.

- L’inspecteur des Finances, le commissaire du gouvernement, lecommissaire du gouvernement du budget (IPSS) ou le déléguédu ministre du budget vérifie le risque évalué par le serviceavant de remettre un avis sur les mesures RH.

- Toute mesure RH doit s’inscrire dans les limites du plan depersonnel, qui doit toujours être approuvé par l’Autorité com-pétente. C’est au moment de chaque mise en œuvre du plan depersonnel qu’a lieu l’examen de la disponibilité de moyensbudgétaires suffisants. Il n’est donc pas nécessaire d’élaborer unplan de personnel chaque année mais seulement lorsqu’onenvisage des mesures non prévues dans le dernier plan approuvé.

4. KPI pour l’analyse du risqueLe risque de dépassement est évalué à l’aide des indicateurs de base

et KPI suivants:Indicateurs de base:

- le nombre d’ETP payés par mois;- l’évolution du nombre d’ETP payés ventilés par statut (statutaire

et contractuel) sur les 12 derniers mois.Pour rappel, comme défini dans la circulaire n° 670, le nombre d’ETP

payés est égal au régime de travail payé d’un contrat pour lequel dutraitement récurrent a été liquidé pendant le mois de référence. A cetégard, il y a lieu de faire la distinction selon les statuts (statutaire,contractuel et mandataire).

KPI 1a: exprime le rapport entre les charges totales réalisées des12 derniers mois et le budget.

KPI 1b: exprime le rapport entre les charges totales calculées del’année en cours et le budget.

KPI 2: exprime le rapport entre la projection totale et le budget.

1204 BELGISCH STAATSBLAD — 15.01.2020 — MONITEUR BELGE

Page 3: BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 1203

KPI 3: geeft de verhouding weer tussen de totale projectie, inclusiefde impact van de onomkeerbare evenementen, en het budget.

Enkel de KPI’s 2 en 3 geven een evaluatie van de toekomstige lasten.De analyse van het risico steunt dan ook essentieel op deze KPI’s.

De hierna vermelde KPI’s 4 en 5 geven een evaluatie van de margevoor de ordonnateur en de operationele verantwoordelijke.

KPI 4: geeft een evaluatie van de beslissingsmarge voor de operatio-nele beslissingen.

KPI 5: geeft een evaluatie van de haalbaarheid van de voorzienebeslissingen binnen de beschikbare beslissingsmarge.

De methodologie voor de berekening ervan is beschreven in deomzendbrief nr. 670 die ook de basisconcepten definieert.

5. Ritme en timing van de monitoring van het risico in 20205.1. Ritme van de monitoringIn 2020 wordt het risico op overschrijding van de personeelskredie-

ten twee keer geëvalueerd nl:- een eerste keer op basis van de betaalgegevens van mei 2020 waar-

bij het risico wordt geëvalueerd voor T en T+1,- een tweede keer op basis van de betaalgegevens van decem-

ber 2020 waarbij het risico wordt geëvalueerd voor T+1 en T+2op basis van het initieel budget 2021. Het jaar wordt afgeslotenmet een rapport over de realisaties van 2020.

5.2. Timing van de rapporteringDe Taskforce Personeelsmonitoring consolideert de rapporten van

monitoring van het risico op volgende data:- voor het rapport op basis van de gegevens van mei 2020 : op

9 juli 2020, voor zover dat de loongegevens op 1 juni 2020 beschik-baar waren;

- voor het rapport op basis van de gegevens van december 2020,inclusief het rapport over de realisaties: op 12 maart 2021, metuitzondering van de entiteiten van de groep 2 waarvan hetrapport op 31 maart wordt verwacht.

Opdat de Task Force dit tijdschema zou kunnen respecteren, stuurtelke groep gedefinieerd in het toepassingsgebied, zijn rapport vanmonitoring van het risico aan de Task Force, ten laatste op:

- 7 juli 2020 voor de monitoring van mei 2020, voor zover dat deloongegevens op 1 juni 2020 beschikbaar waren;

- 5 maart 2021 voor de monitoring van december 2020, inclusiefhet rapport over de realisaties, met uitzondering van de entitei-ten van de groep 2 waarvan het rapport op 27 maart wordtverwacht.

6. Toepassingsgebied en implementatie in 20206.1. ToepassingsgebiedDe federale entiteiten die onder toepassing vallen van de federale

monitoring van het risico, evenals hun budgettaire personeelsenve-loppe, zijn opgenomen in de tabel in bijlage.

Het belang van een personeelsenveloppe is tweeledig:- het is een budgettaire perimeter waarbinnen de kredieten en de

corresponderende lasten van een functionele en homogeneentiteit gekend zijn en kunnen opgevolgd worden. De envelop-pes in de tabel in bijlage zijn in deze zin te interpreteren;

- het is ook een beheersinstrument dat het management toelaatzijn HR-beleid te voeren door de beschikbare marge binnen debudgettaire perimeter te benutten volgens de principes vanautonomie, transparantie en verantwoordelijkheid.

De entiteiten zijn ingedeeld in groepen:- de enveloppes primaire uitgaven van de FODs en PODs,- de administratieve openbare instellingen en de administratieve

diensten met boekhoudkundige autonomie,- de openbare instellingen van sociale zekerheid,

- de Federale politie,

- de Defensie.

De tabel geeft per entiteit:

- de code van de entiteit,

- de benaming van de entiteit,

- de limiet 2019 gepubliceerd in de omzendbrief nr. 669 (kolom 1),

- de verdeling van het budget 2020 zoals goedgekeurd op02/09/2019 (Monitoringcomité van 02/09/2019) (kolom 2),

- de neutralisering van het bedrag voor de index (kolom 3),voorzien in 12/12 in het budget 2020 (kolom 2).

KPI 3: exprime le rapport entre la projection totale, y comprisl’impact des événements irréversibles, et le budget.

Seuls les KPI 2 et 3 donnent une évaluation des charges futures.L’analyse du risque repose donc essentiellement sur ces KPI.

Les KPI 4 et 5 mentionnés ci-après donnent une évaluation de lamarge pour l’ordonnateur et le responsable opérationnel.

KPI 4: donne une évaluation de la marge décisionnelle pour lesdécisions opérationnelles.

KPI 5: donne une évaluation de la faisabilité des décisions prisesdans la marge décisionnelle disponible.

La méthode de calcul est précisée dans la circulaire n° 670 qui définitégalement les concepts de base.

5. Rythme et timing du monitoring du risque en 20205.1. Rythme du monitoringEn 2020, le risque de dépassement des crédits de personnel est évalué

deux fois, à savoir:- une première fois sur la base des données de paie de mai 2020 éva-

luant le risque pour T et T + 1,- une seconde fois sur la base des données de paie de décem-

bre 2020 où le risque est évalué pour T+1 et T+2 sur la base dubudget initial 2021. L’année est clôturée avec un rapport sur lesréalisations en 2020.

5.2. Timing du rapportageLa Task Force Monitoring de personnel consolide les rapports de

monitoring du risque aux dates suivantes:- pour le rapport sur la base des données de mai 2020 : le

9 juillet 2020, pour autant que les données salariales aient étédisponibles au 1er juin 2020;

- pour le rapport sur la base des données de décembre 2020, ycompris le rapport sur les réalisations : le 12 mars 2021, àl’exception des entités du groupe 2 dont le rapport est attendu le31 mars.

En vue de permettre à la Task Force de respecter ce calendrier, chaquegroupe défini dans le champ d’application envoie son rapport demonitoring du risque à la Task Force, au plus tard le:

- 7 juillet 2020 pour le monitoring de mai 2020, pour autant que lesdonnées salariales aient été disponible au 1er juin 2020;

- 5 mars 2021 pour le monitoring de décembre 2020, y compris lerapport de réalisations, à l’exception des entités du groupe 2 dontle rapport est attendu le 27 mars.

6. Champ d’application et implémentation en 20206.1. Champ d’applicationLes entités fédérales qui tombent sous le champ d’application du

monitoring fédéral du risque sont reprises dans le tableau en annexeavec leur enveloppe budgétaire de personnel.

L’intérêt d’une enveloppe de personnel est double:- il s’agit d’un périmètre budgétaire à l’intérieur duquel les crédits

et les charges correspondantes d’une entité fonctionnelle ethomogène sont connus et peuvent être suivis. Les enveloppesdans le tableau en annexe doivent être comprises dans ce sens;

- il s’agit également d’un instrument de gestion qui permet aumanagement de mener sa politique RH en utilisant la margedisponible dans le périmètre budgétaire selon les principesd’autonomie, de transparence et de responsabilité.

Les entités sont réparties en groupes:- les enveloppes dépenses primaires des SPF et SPP,- les organismes administratifs publics et les services administra-

tifs à comptabilité autonome,- les institutions publiques de sécurité sociale,

- la Police fédérale,

- la Défense.

Le tableau donne par entité:

- le code de l’entité,

- la dénomination de l’entité,

- la limite 2019 publiée dans la circulaire n° 669 (colonne 1),

- la répartition du budget 2020 telle que validée le 02/09/2019 (Comi-té de Monitoring du 02/09/2019) (colonne 2),

- la neutralisation du montant pour l’index (colonne 3), prévu en12/12 dans le budget 2020 (colonne 2).

1205BELGISCH STAATSBLAD — 15.01.2020 — MONITEUR BELGE

Page 4: BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 1203

De monitoring van december 2019 gebruikt de weddes die vereffendwerden op basis van een gemiddeld vereffeningscoëfficient van 1,7069.Voor de berekening van de KPI’s wordt de projectie van de personeels-kosten vergeleken met het Budget 2020. De personeelskredie-ten 2020 zijn berekend door het Monitoringcomité op basis van eengemiddeld vereffeningscoëfficiënt van 1,7410. De kredieten zijn dan ookaangepast aan hetzelfde coëfficiënt van 1,7069.

Voor de monitoring van mei 2020 zal, in functie van de datum vaninwerkingtrede van een nieuw gemiddeld vereffeningscoëfficient, demeerkost van de personeelslasten gelinkt aan de indexsprong geanali-seerd en geneutraliseerd worden.

- de afwijkingen die toegekend worden tijdens de voorlopigekredieten 2020 (kolom 4),

- de vastleggingslimiet 2020 (kolom 5),- de vastliggingslimiet 2021 (kolom 6). Het gaat om een prefigu-

ratie op de kredieten 2021.De vastleggingslimieten kunnen, waar nodig, geactualiseerd worden

op hetzelfde ritme als de monitoring van het risico in de KPI 4.6.2. Implementatie6.2.1. Groep 1: de enveloppes primaire uitgaven van de FODs en

PODsVolgens het ritme aangegeven in punt 5.1, worden de basisindicato-

ren en de KPI’s 1a, 1b, 2 en 3 berekend via het Sepp-platform op basisvan de gegevens meegedeeld door de FODs/PODs die verantwoorde-lijk zijn voor de personeelsenveloppes opgenomen in groep 1 en doorde providers vermeld in punt 6.3.

De personeelsenveloppes leveren volgende gegevens:- de geactualiseerde definitieve OUT,- de geactualiseerde onomkeerbare evenementen IN, OUT,

UPGRADE,- de actualisatie van de geldigheidsdata van de premies voor

competentieontwikkeling.De FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikke-

lingssamenwerking levert bovendien voor de entiteit 14.02_Uitgezon-den personeel, volgende gegevens in het formaat vastgelegd door hetSepp-team:

- de maandelijkse realisaties van de personeelslasten die nietbetaald zijn door Persopoint en identificeert hierin het deel datbetrekking heeft op het personeel van de diplomatieke posten;

- de lijst van het personeel Expert crisisbeheer per RRN en permaand;

- de toekomstige bewegingen van diplomatieke posten.Bij elke monitoring informeert het Sepp-team de diensten vooraf-

gaandelijk over de planning van de inzameling en verwerking van degegevens en over het proces van consolidatie van de monitoringresul-taten.

Het produceert op basis van het Sepp-platform opeenvolgendvolgende rapporten in functie van de voortgang van het consolidatie-proces:

- een monitoringrapport voor elke enveloppe dat ter validatie aande dienst wordt voorgelegd;

- per dienst, een syntheserapport van de gevalideerde resultatendat aan de voorzitter van de FOD/POD en aan de bij de dienstgeaccrediteerde inspecteur van Financiën wordt verstuurd;

- een globaal syntheserapport van de resultaten van de monitoringvan het risico, inclusief de evolutie van de VTE’s ingedeeld perstatuut (statutair en contractueel) over de laatste 12 maanden, datovergemaakt wordt aan de Taskforce volgens het tijdschemavastgelegd in punt 5.2.

6.2.2. Groep 2: de administratieve openbare instellingen en deadministratieve diensten met boekhoudkundige autonomie

Volgens het ritme aangegeven in punt 5.1, berekent het DG Begrotingen Beleidsevaluatie van de FOD BOSA de KPI’s 1a en 1b op basis vande gegevens meegedeeld door de betrokken diensten.

De entiteiten bezorgen daartoe maandelijks, ten laatste de 15e dagvan de maand (M), aan het DG Begroting en Beleidsevaluatie, via deapplicatie e-BMC:

- de gegevens over de uitvoering van het budget en met name vanhet personeelsbudget, van het lopende jaar tot de maand M-1(code 11 van de economische classificatie),

- hun budget en met name hun personeelsbudget opdat het zouovereenstemmen met het gestemd initieel budget, met degenomen beslissingen van de Ministerraad na de begrotingscon-trole of in het kader van specifieke aanpassingen.

Het DG Begroting en Beleidsevaluatie deelt de resultaten van de KPI1a en 1b mee aan elke dienst en aan de inspecteur van Financiën, deregeringscommissaris of de afgevaardigde van de minister van begro-ting geaccrediteerd bij de betrokken dienst.

Le Monitoring de décembre 2019 exploite les traitements qui ont étéliquidés sur base du coefficient de liquidation moyen de 1,7069. Pour lecalcul des KPI, la projection des coûts de personnel est comparée auBudget 2020. Les crédits de personnel 2020 ont été calculés par leComité de Monitoring sur base d’un coefficient de liquidation moyende 1,7410. Dès lors, les crédits sont ajustés au même coefficient de1,7069.

Pour le Monitoring de mai 2020, en fonction de la date d’entrée envigueur d’un nouveau coefficient de liquidation moyen, le surcoût descharges de personnel lié au saut d’index sera analysé et neutralisé.

- les dérogations accordées lors des crédits provisoires 2020 (colon-ne 4),

- la limite d’engagement 2020 (colonne 5),- la limite d’engagement 2021 (colonne 6). Il s’agit d’une préfigu-

ration des crédits 2021.Les limites d’engagement peuvent être, le cas échéant, mises à jour au

même rythme que le monitoring de risque dans le KPI 4.6.2. Implémentation6.2.1. Groupe 1: les enveloppes dépenses primaires des SPF et SPP

Au rythme indiqué au point 5.1, les indicateurs de base et les KPI 1a,1b, 2 et 3 sont calculés via la plate-forme Sepp sur la base des donnéescommuniquées par les SPF/SPP en charge des enveloppes de personnelreprises dans le groupe 1 et par les providers repris au point 6.3.

Les enveloppes de personnel fournissent les données suivantes:- les OUT définitifs actualisés,- les événements irréversibles actualisés IN, OUT, UPGRADE,

- la mise à jour des dates de validité des primes de développementdes compétences.

Le SPF Affaires étrangères, Commerce extérieur et Coopération auDéveloppement fournit en plus pour l’entité 14.02_Personnel expatrié,les données suivantes dans un format défini par l’équipe Sepp:

- les réalisations mensuelles des charges de personnel non payéespar Persopoint en identifiant la part revenant au personnel despostes diplomatiques;

- la liste du personnel Experts gestion de crise par RRN et parmois;

- les futurs mouvements de postes diplomatiques.A chaque monitoring, l’équipe Sepp informe préalablement les

services du planning de la collecte et du traitement des données et duprocessus de consolidation des résultats du monitoring.

Elle produit sur base de la plate-forme Sepp consécutivement lesrapports suivants en fonction de l’état d’avancement du processus deconsolidation:

- un rapport de monitoring pour chaque enveloppe, envoyé pourvalidation au service;

- par service, un rapport de synthèse des résultats validés, envoyéau président du SPF/SPP et à l’inspecteur des Finances accréditéauprès du service;

- un rapport de synthèse global sur les résultats du monitoring durisque, y compris l’évolution des ETP payés ventilés par statut(statutaire et contractuel) sur les 12 derniers mois, transmis à laTask Force selon le calendrier fixé au point 5.2.

6.2.2. Groupe 2: les organismes administratifs publics et lesservices administratifs à comptabilité autonome

Au rythme indiqué au point 5.1, la DG Budget et Evaluation de laPolitique du SPF BOSA calcule les KPI 1a et 1b sur base des donnéesfournies par les services concernés.

Les entités transmettent à cet effet, mensuellement, au plus tard le15ème jour du mois (M), à la DG Budget et Evaluation de la Politique,via l’application e-BMC:

- les données d’exécution du budget, et notamment du budget depersonnel, de l’année courante jusqu’au mois M-1 (code 11 de laclassification économique),

- leur budget et notamment leur budget de personnel pour qu’ilcorresponde au budget initial voté, aux décisions prises par leConseil des Ministres après le contrôle budgétaire ou dans lecadre d’ajustements spécifiques.

La DG Budget et Evaluation de la Politique communique les résultatsdes KPI 1a et 1b à chaque service et à l’inspecteur des Finances, aucommissaire du gouvernement ou au délégué du ministre du budgetaccrédité auprès du service concerné.

1206 BELGISCH STAATSBLAD — 15.01.2020 — MONITEUR BELGE

Page 5: BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 1203

Het maakt een globaal syntheserapport van de resultaten van demonitoring van het risico aan de Taskforce volgens het tijdschemavastgelegd in punt 5.2.

6.2.3. Groep 3: de Openbare instellingen van sociale zekerheidDe Openbare instellingen van sociale zekerheid hebben in 2016 een

eigen methodologie ontwikkeld, geïnspireerd op de principes van deSepp-methodologie.

Voorafgaand aan de monitoring definiëren ze, in overleg met debetrokken regeringscommissarissen van begroting, een modelrapportvan monitoring van het risico met de basisindicatoren en de KPI’s 1tot 3 en een modelrapport voor de realisaties. Deze rapporten geldenals standaardrapport voor alle enveloppes opgenomen in de groep 3.

Volgens het ritme aangegeven in punt 5.1, evalueert elke instelling,op basis van de methodologie van de OISZ, het risico op overschrijdingvan de personeelskredieten voor haar enveloppe en legt haar rapportter validatie voor aan de regeringscommissaris van begroting geaccre-diteerd bij de instelling.

Het College van de openbare instellingen van sociale zekerheidmaakt een globaal syntheserapport dat de resultaten van de monitoringvan het risico van alle instellingen integreert, inclusief de evolutie vande betaalde VTE’s per statuut (statutair en contractueel) over de laatste12 maanden, aan de Taskforce volgens het tijdschema vastgelegd inpunt 5.2.

6.2.4. Groep 4: de Federale politieDe Federale politie heeft in 2016 een eigen methodologie ontwikkeld,

geïnspireerd op de principes van de Sepp-methodologie.Voorafgaand aan de monitoring definieert ze, in overleg met de

inspecteur van Financiën geaccrediteerd bij het korps, een modelrap-port van monitoring van het risico met de basisindicatoren en de KPI’s1 tot 3 en een modelrapport voor de realisaties. Deze rapporten geldenals standaardrapport voor alle enveloppes van de Federale politieopgenomen in de groep 4.

Volgens het ritme aangegeven in punt 5.1, evalueert de Federalepolitie, op basis van haar methodologie, het risico op overschrijdingvan de personeelskredieten voor elk van haar enveloppes en legt derapporten ter validatie voor aan de inspecteur van Financiën.

Volgens het tijdschema vastgelegd in punt 5.2, bezorgt ze deTaskforce een globaal syntheserapport dat de resultaten van demonitoring van het risico, inclusief de evolutie van de betaalde VTE’sopgedeeld per statuut (statutair en contractueel) over de laatste12 maanden, van al haar enveloppes integreert.

6.2.5. Groep 5: DefensieDefensie heeft in 2016 een eigen methodologie ontwikkeld, geïnspi-

reerd op de principes van de Sepp-methodologie.Voorafgaand aan de monitoring definieert ze, in overleg met de

inspecteur van Financiën geaccrediteerd bij het korps, een model-rapport van monitoring van het risico met de basisindicatoren en deKPI’s 1 tot 3 en een modelrapport voor de realisaties. Deze rapportengelden als standaardrapport voor alle enveloppes van Defensie opge-nomen in groep 5.

Volgens het ritme aangegeven in punt 5.1, evalueert Defensie, opbasis van haar methodologie, het risico op overschrijding van depersoneelskredieten voor elk van haar enveloppes en legt de rapportenter validatie voor aan de inspecteur van Financiën.

Volgens het tijdschema vastgelegd in punt 5.2, bezorgt ze deTaskforce een globaal syntheserapport dat de resultaten van demonitoring van het risico (inclusief de evolutie van de betaalde VTE’sopgedeeld per statuut (statutair en contractueel) over de laatste12 maanden van al haar enveloppes integreert.

6.2.6. De beslissingsmarge binnen een personeelsenveloppe gebruiktals beheersmechanisme

De diensten die behoren tot de groep 1 gebruiken hun personeels-enveloppe als beheersinstrument. Ze kunnen op die manier beschikkenover een beslissingsmarge voor:

- structurele beslissingen d.w.z. beslissingen waarvan de impactde 12 maanden overschrijdt. Zij moeten haalbaar zijn binnen destructurele marge T+1;

- en/of niet-structurele beslissingen d.w.z. beslissingen waarvande impact kleiner is of gelijk aan 12 maanden. Zij moeten door decash flow T en eventueel T+1 kunnen gedragen worden. Metcash flow bedoelen we het niet-structurele gedeelte van de margevoor het lopende boekjaar en het volgende boekjaar.

Om de beslissingsmarge te evalueren, volgt de dienst de volgendestappen:

- Hij berekent de KPI 4 zodat hij de beschikbare marges kanevalueren. Daartoe neemt hij het KPI 3-resultaat van de laatstemonitoring van het risico als uitgangspunt, dat hij desgevallendcorrigeert en aanpast in functie van de eigen beheersparameters.

Elle transmet un rapport de synthèse global sur les résultats dumonitoring du risque à la Task Force selon le calendrier fixé aupoint 5.2.

6.2.3. Groupe 3: les Institutions publiques de sécurité socialeLes Institutions publiques de sécurité sociale ont développé en 2016 une

méthodologie propre, inspirée des principes de la méthodologie Sepp.

Préalablement au monitoring elles définissent, en concertation avecles commissaires du gouvernement du budget concernés, un modèle derapport de monitoring de risque reprenant les indicateurs de base et lesKPI 1 à 3 et un modèle de rapport pour les réalisations. Ces rapportsvalent comme rapport standard pour toutes les enveloppes reprisesdans le groupe 3.

Au rythme indiqué au point 5.1, chaque institution évalue sur basede la méthodologie des IPSS, le risque de dépassement des crédits depersonnel pour son enveloppe et soumet son rapport pour validationau commissaire du gouvernement du budget accrédité auprès del’institution.

Le Collège des institutions publiques de sécurité sociale transmet à laTask Force, selon le calendrier fixé au point 5.2., un rapport de synthèseglobal qui intègre les résultats du monitoring du risque, y comprisl’évolution des ETP payés ventilés par statut (statutaire et contractuel)sur les 12 derniers mois, de toutes les institutions.

6.2.4. Groupe 4: la Police fédéraleLa Police fédérale a développé en 2016 une méthodologie propre,

inspirée des principes de la méthodologie Sepp.Préalablement au monitoring elle établit, en concertation avec

l’inspecteur des Finances accrédité auprès du corps, un modèle derapport de monitoring de risque reprenant les indicateurs de base et lesKPI 1 à 3 et un modèle de rapport pour les réalisations. Ces rapportsvalent comme rapport standard pour toutes les enveloppes de la Policefédérale reprises dans le groupe 4.

Au rythme indiqué au point 5.1, la Police fédérale évalue sur base desa méthodologie, le risque de dépassement des crédits de personnelpour chacune de ses enveloppes et soumet les rapports pour validationà l’inspecteur des Finances.

Selon le calendrier fixé au point 5.2, elle transmet à la Task Force unrapport de synthèse global qui intègre les résultats du monitoring durisque, y compris l’évolution des ETP payés ventilés par statut(statutaire et contractuel) sur les 12 derniers mois, de toutes sesenveloppes.

6.2.5. Groupe 5: la DéfenseLa Défense a développé en 2016 une méthodologie propre, inspirée

des principes de la méthodologie Sepp.Préalablement au monitoring elle établit, en concertation avec

l’inspecteur des Finances accrédité auprès du corps, un modèle derapport de monitoring de risque reprenant les indicateurs de base et lesKPI 1 à 3 et un modèle de rapport pour les réalisations. Ces rapportsvalent comme rapport standard pour toutes les enveloppes de laDéfense reprises au groupe 5.

Au rythme indiqué au point 5.1, la Défense évalue sur base de saméthodologie, le risque de dépassement des crédits de personnel pourchacune de ses enveloppes et soumet les rapports pour validation àl’inspecteur des Finances.

Selon le calendrier fixé au point 5.2, elle transmet à la Task Force, unrapport de synthèse global qui intègre les résultats du monitoring durisque, y compris l’évolution des ETP payés ventilés par statut(statutaire et contractuel) sur les 12 derniers mois, de toutes sesenveloppes.

6.2.6. La marge de décision dans une enveloppe de personnelutilisé comme mécanisme de gestion

Les services appartenant au groupe 1 utilisent leur enveloppe depersonnel comme instrument de gestion. Ils peuvent ainsi disposerd’une marge décisionnelle pour:

- des décisions structurelles, c’est-à-dire des décisions dont l’impactdépasse les 12 mois. Elles doivent être réalisables dans la margestructurelle T+1;

- et/ou des décisions non structurelles, c’est-à-dire des décisionsdont l’impact est inférieur ou égal à 12 mois. Elles doiventpouvoir être supportées par le cash flow T et éventuellementT+1. Par cash flow, on entend la partie non structurelle de lamarge pour l’exercice en cours et l’exercice suivant.

Pour évaluer la marge décisionnelle potentielle, le service suit lesétapes suivantes:

- Il calcule un KPI 4 en vue de pouvoir évaluer les margesdisponibles. A cet effet il prend le résultat KPI 3 du derniermonitoring du risque, qu’il corrige et adapte, le cas échéant, enfonction des paramètres de gestion propres.

1207BELGISCH STAATSBLAD — 15.01.2020 — MONITEUR BELGE

Page 6: BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 1203

Voorbeelden:o toegekende bijkomende kredieten of provisies,o nieuwe uitgaven of risicofactoren die in rekening moeten

worden gebracht,o gerealiseerde of onomkeerbare personeelsbewegingen (IN

en OUT) die niet in de laatste monitoring van het risicovoorzien waren,

o een raming van de toekomstige vertrekken voor zover dedienst kan aantonen dat deze ramingen realistisch zijn endat in een regelmatige opvolging wordt voorzien.

- Hij voegt de impact van de reeds door de inspecteur vanFinanciën goedgekeurde beslissingen toe. Is de KPI 4-margepositief dan is er ruimte voor nieuwe initiatieven.

- Hij identificeert de nieuwe structurele beslissingen die hij wenstte voorzien en verifieert of ze verenigbaar zijn met de strategi-sche visie die in het goedgekeurde personeelsplan is weergege-ven. Voor de raming van de impact van deze beslissingen stelthet Sepp-team een catalogus ter beschikking die de geïndexeerdestandaardkosten voor de federale loopbaan en enkele specifiekeloopbanen bevat.

- Hij berekent een KPI 5 zodat hij de haalbaarheid van devoorziene nieuwe beslissingen kan evalueren. Daartoe verrekenthij de impact van deze beslissingen in de KPI 4 marge.

- Hij legt het finale KPI 5 rapport voor advies voor aan deinspecteur van Financiën.

- In het belang van een transparante opvolging deelt hij alle doorde inspecteur van Financiën goedgekeurde beslissingen aan-gaande structurele wervingen, bevorderingen en overgangenmee via het standaardformulier dat het Sepp-team ter beschik-king stelt, aan de Taskforce op volgend [email protected]. Het Sepp-team zal een uniekeID geven aan elke beslissing zodat haar uitvoering gemakkelijkkan opgevolgd worden.

- Hij voert de goedgekeurde beslissingen uit.- De dienst bepaalt welke niet-structurele beslissingen (bv. vervan-

gingen van tijdelijk afwezigen, korte termijn contracten) hijwenst te voorzien en legt deze, met hun impact, voor advies vooraan de inspecteur van Financiën.

- Een beslissing, structureel of niet-structureel, kan niet formeelworden opgestart noch de status van onomkeerbaarheid verwer-ven als ze niet voorafgaandelijk aan het advies van de inspecteurvan Financiën is voorgelegd.

- Bij gebrek aan een gunstig advies van de Inspecteur vanFinanciën, kan een beroep worden ingesteld bij de Minister vanBegroting en de Minister van Ambtenarenzaken. Zij spreken zichhierover gezamenlijk uit binnen een termijn van 20 kalenderda-gen na ontvangst van het beroep.

6.3. Verplichtingen van de providers van gegevensDe hierna vermelde providers van gegevens leveren de gevraagde

gegevens binnen de gestelde termijn aan het Sepp-team.Het DG Begroting en Beleidsevaluatie levert en valideert de

budgettaire middelen van elke entiteit bij het begin van het boekjaar enna elke begrotingsaanpassing.

Het DG Federale Accountant en Procurement levert tweemaal permaand, ten laatste de dag volgend op de 5e werkdag en de dag volgendop de 15e werkdag van de maand, voor de BA 11.XX.XX (behalve11.XX.05), BA 12.XX.48, BA 12.XX.99:

- Het verbruik in vereffening per maand, BA, SEC en GL;- Het vereffeningskrediet per BA, jaar;- Het vastleggingskrediet per BA, jaar;- Het verbruik in vastlegging per maand, BA, SEC en GL.

Het DG Sociaal Secretariaat PersoPoint levert ten laatste de laatstedag van elke maand de analytische betaalgegevens zodat het loonmo-del Sepp kan worden gevoed vanuit de SLR4 of de nieuwe loonmotorPersoPay.

7. Maatregel van bevriezingDe Ministers van Begroting en van Ambtenarenzaken kunnen, na

advies van de betrokken inspecteur van Financiën, regeringscommis-saris, regeringscommissaris van begroting of afgevaardigde van deminister van begroting, een bevriezing van de HR-beslissingen aan deMinisterraad voorstellen, voor elke entiteit die de toegekende budget-taire perimeter zou overschreden hebben en/of in het geval van eenonvoldoend beheer van het risico door de dienst.

De Minister van Begroting en van Ambtenarenzaken,D. CLARINVAL

Exemples:o des crédits supplémentaires ou provisions qui ont été accordés,o des dépenses nouvelles ou facteurs de risques à prendre en

compte,o des mouvements de personnel (IN et OUT) réalisés ou

irréversibles qui n’étaient pas prévus dans le dernier monito-ring de risque,

o une estimation des départs futurs, pour autant que le servicepuisse prouver que ces estimations sont réalistes et qu’un suivirégulier soit mis en place.

- Il ajoute l’impact des décisions déjà approuvées par l’inspecteurdes Finances. Si la marge KPI 4 est positive de nouvellesinitiatives peuvent être prises.

- Il identifie les nouvelles décisions structurelles qu’il souhaiteprévoir et vérifie si elles sont compatibles avec la visionstratégique exprimée dans le plan de personnel approuvé. Pourestimer l’impact de ces décisions l’équipe Sepp met à dispositionun catalogue de coûts qui prend en compte les coûts standardsindexés pour la carrière fédérale et quelques carrières spécifi-ques.

- Il calcule un KPI 5 en vue d’évaluer la faisabilité des nouvellesdécisions prévues. A cet effet il intègre l’impact de ces décisionsdans la marge KPI 4.

- Il soumet le rapport final KPI 5 à l’avis de l’inspecteur desFinances.

- Pour permettre un suivi transparent, il communique via unformulaire standard que l’équipe Sepp met à disposition, toutesles décisions de recrutements structurels, de promotions etd’accessions approuvées par l’inspecteur des Finances à la TaskForce via l’adresse [email protected]. L’équipeSEPP attribuera un ID unique à chaque décision de manière àfaciliter le suivi de leur exécution.

- Il exécute les décisions approuvées.- Le service détermine quelles décisions non structurelles (par ex.

les remplacements des absents temporaires, les contrats à courtterme) il souhaite prévoir et les soumet, avec leur impact, à l’avisde l’inspecteur des Finances.

- Une décision, structurelle ou non structurelle, ne peut être miseen œuvre ni atteindre le statut d’irréversibilité, sans qu’elle ait étésoumise au préalable à l’avis de l’inspecteur des Finances.

- A défaut d’un avis favorable de l’inspecteur des Finances, unrecours peut être introduit auprès du Ministre du Budget et duMinistre de la Fonction publique. Ceux-ci se prononcent conjoin-tement sur le recours dans un délai de 20 jours calendrier àcompter de la réception du recours.

6.3. Obligations des providers de donnéesLes providers mentionnés ci-après fournissent à l’équipe Sepp les

données demandées en respectant le timing précisé.La DG Budget et Evaluation de la politique fournit et valide les

moyens budgétaires de chaque entité au début de l’exercice et aprèschaque ajustement budgétaire.

La DG Comptable fédéral et Procurement fournit deux fois parmois, au plus tard le jour suivant le 5e jour ouvrable et le jour suivantle 15e jour ouvrable du mois, pour les AB 11.XX.XX (hors 11.XX.05), AB12.XX.48, AB 12.XX.99:

- La consommation en liquidation par mois, AB, SEC et GL;- Le crédit de liquidation par AB, année;- Le crédit d’engagement par AB, année;- La consommation en engagement par mois, AB, SEC et GL.

La DG Secrétariat social PersoPoint fournit au plus tard le dernierjour de chaque mois les données analytiques de paie permettant denourrir le modèle salarial Sepp à partir du SLR4 ou du nouveau moteurPersoPay.

7. Mesure de gelLes Ministres du Budget et de la Fonction publique pourront, après

avis de l’inspecteur des Finances, du commissaire du gouvernement,du commissaire du gouvernement du budget ou du délégué duministre du budget concerné, proposer au Conseil des Ministres un gelde toute décision RH, à toutes les entités qui auraient dépassé lepérimètre budgétaire alloué et/ou dans le cas d’une gestion insuffisantedu risque par le service.

Le Ministre du Budget et de la Fonction publique,D. CLARINVAL

1208 BELGISCH STAATSBLAD — 15.01.2020 — MONITEUR BELGE

Page 7: BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 1203

����������

����� �� ���

�����������

�������

�����������

������ ���� ��������

����� ����� ����������

���� ��!���

����"#�

����� �$��������

���%�&���

'���'�$����

������ � ��

()*�����

+,-+,-./0

11.23.21.450

,,./6.450,

../5.,-./011

.7(89:9

7(8;;<=)7>

(7(89:?

7(89:?()*

����%@A33=BC

30@,5DCDE

D2AF3F4*/210E

42/.23F-./011

.G.,D23E4*H

/.B.3.4*

*/2C,5DCDEED2-0

0423EE4I*G.

20,DJCKK./C,L

78(?978(::

=)7(

78(?978(?9

()*����M

NOH.4N.,D4.

23.2POH.45FPE

4CDF2H./L.

Q./LC5PR2P.,D

4EG2-0042POH

.4-.C/CLR.C3

78>S(78>?<

=)<(

78>S(78>S(

()*�����

TP*C=UC*3

T.4-CP.2P0GG

E,23V*E3CD2C,D.

4,.U.G..

,5PR*11./CWK.

2C,D.4,.2*E3CD

3C.,5DS8SSS

>8)>?=;S

(>879)

>879)()*

�����60/XTC.

L.60/CDCY

E.23.25CZL.

[.D./H./.C3

78?9<78:>:

=S>(

78:7S78:7S

(9*� ���

+,-2Q\T]

+,-2Q\T]

+,-2Q\T]

?>8??>9(8(7)

=787::(

?;8;S??;8;S?

(9H� ���

@B@,51.P

DC0,23.52AC,*,

P.5@,51.P

DC.2-*,2AC,*,P

C,:8SS;

:8>;?=7>:

(:8SS;

:8SS;(9P

� ���_B.30P/

.*,_B.30P/

.*,_B.30P/

.*,:;)

((

((

(7)*

�����+,-XTN

N0GG+,-./0

11.25.4-CP.52

P.,D4*Ea22N

0GGC5C0,5

+,-./011.2P.

,D4*/.23C.,5D

.,2N0GGC5C.

59)8:7S

9>8>)7=78)9S

(9S87?;

9S87?;7)*

�����+,-X5.

=-5+,-./0

11.2Tb4.DF23.

2/V+D*D+,-./0

11.2c.C/CLR.C3

2-*,23.2TD**D

>78SS9>)879>

=;):(

>78SS:>78SS:

7)H�����

+,-X0W=40

+,-./011.2\d

+,-./011.2e\

9<>8);9

:(98;<S

=7S8;97

(9<S8(S

)9<>8S7

(7)*

����$U*GC,

LN0GB0,352

3.2/*2P0GGC5

5C0,23.52W.Ea2

3.2R*5*43

B0,352-*,23.

2K*,551./P0GG

C55C.S8)))

S8)))(

(S8)))

S8)))7)*

����$+,-X.1

C+,-./0

11.2+D*H/C55.

G.,D521F,CD.

,DC*C4.5

+,-./011.26.

,CD.,DC*C4.2C,

4CPRDC,L.,

>>?8()7

>?S8<))

=;8<(((

>>?8())

>>?8())

7)*����M

B32*-=R5

B0,3523V*C3.2

*Ea2-CPDCG.5

B0,352RE/12*

*,25/*PRD0AA.4

579(

((

((

(7S*

�����+,-X5P

XP3+,-./0

11.2T.4-CP.52

P.,D4*Ea

+,-./011.2N.

,D4*/.23C.,5D

.,7)98:9

97):8>:

9=)8?((

(7)>8<:

97)>8<:

97SH

����%+,-2P.

=4-N0,5.C

/23V+D*D

e**32-*,2TD*D

.S?8<99

S98?:9=:7:

(S?8;?<

S?8;?<7S*

���� B324*G

=4I0B0,352

10E42/.524C5YE

.523V*PPC3.,D

52G*W.E45

B0,352-00423

.24C5CP0V52-*,2

IJ*4.20,L.-*

//.,?87)<

S89>>(

(S89>>

)8?7>7S*

����fB324*,

=4,0B0,352

10E42/.524C5YE

.523V*PPC3.,D

52,EP/F*C4.5

B0,352-00423

.24C5CP0V52-*,2

,EP/.*C4.20,L

.-*//.,78<?S

)8<(;(

()8<(;

)8;;;7S*

�����B32L*4

3=H.JB0,352

3.52.,D4.14C5

.523.2L*43C.,

,*L.g23.52

.,D4.14C5.523

.25FPE4CDF2.D2

3.525.4-CP.52

C,D.4,.523.2

L*43C.,,*L.

B0,352-*,23.

2H.J*KC,L50,

3.4,.GC,L.,g

23.2H.-.C/C

LC,L50,3.4,.

GC,L.,2.,23

.2C,D.4,.2

H.J*KC,L53C.

,5D.,S8)(>

>8>(>(

(>8>(>

>8>(>7S*

�����B32.E4

B0,3523.5DC,

F2*E2AC,*,P.G

.,D23.2P.4D*C

,.523F1.,

5.52/CF.52h2/*25

FPE4CDF23FP0E

/*,D23.2

/V04L*,C5*DC0,

23.5250GG.D5

2.E401F.,52h

2Q4Ea.//.5

B0,352D.42AC,*

,PC.4C,L2-*,25

0GGCL.2ECDL*

-.,23C.2

-.4H0,3.,2ICW

,2G.D23.2-.C/

CLR.C32-004D-

/0.C.,32ECD2

3.204L*,C5*DC

.2-*,23.2+E40

1.5.2D011.,2D

.2Q4E55./

7>S(

((

((

7 S*�����

+,-X*G

+,-./011.2]5

C/.2.D2GCL4*DC0

,+,-./0

11.2]5C./2.,2G

CL4*DC.7>;8?:

?7?78>S

?=)8<9<

(7>;8>9

97>;8>9

97S*

�����B32GCL

B0,352.E401F

.,210E42/V*5C/.

2.D2/*2GCL4*DC0

,2.D25FPE4CD

F2C,DF4C.E4.21

40L4*GG*DC0,

2)(7>=)()(

B.3.4**/2+E40

1..52A0,352-0

042*5C./2.,2GC

L4*DC.2.,2

C,D.4,.2-.C/CLR

.C32140L4*GG

*DC.2)(7>=)()

(;99

<:;(

S8<(<>8;;:

>8;;:7>*

�$���+,-

+,-./011.23.

21.450,,./

6.450,../5.,

-./011.

?(89?7?)87;9

=78()S(

?7879S?7879S

7>H�$���

+a1*D=iCDL.I

1.456.450,

,./2105D.523C

1/0G*DCYE.5

g2P0,5E/*C4.52.

D23.2P001F4

*DC0,2j1.450,

,./2.a1*D4CFk

6.450,../23C1

/0G*DC.K.2.,

2P0,5E/*C4.21

05D.,2.,2

105D.,2-00425

*G.,J.4KC,L

2jECDL.I0,3.,

21.450,

../k7(787;

77(>8<?

;=)8(?;

(7()8<(

(7()8<(

(

���l!m�������

f ��n�������o

�pm�q��rmq

q!��m�������s

�t���u���v��

w f �� �x!m����

o�y��qm�����

���u���

i13*D.2z

<=7)=)(7<

{|}~�}�����

�����}����

����}�������

�}���}��}��

~�}��}��~�

}�}��������

��}�������

�}���������}

���}���}��}

���

7

1209BELGISCH STAATSBLAD — 15.01.2020 — MONITEUR BELGE

Page 8: BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 1203

����������

����� �� ���

�����������

�������

�����������

������ ���� ��������

����� ����� ����������

���� ��!���

����"#�

����� �$��������

���%�&���

'���'�$����

������ � �����l!m

������� f ��n�

������o�pm�

q��rmqq!��m��

�����s�t���

u���v��w f ��

�x!m����o�y��q

m��������u��

�7;*

�M���+,-

+,-./011.23.

21.450,,./

6.450,../5.,

-./011.

78):S8(?(

78)<>8)?(

=)?8S::

(78)9;8

;:S78)9;8

;:S7;*

�M��$N*34.2

.,2.aDC,PD

C0,2=iCD30-

C,L5K*3.4

6.450,,./23.2

/V*3GC,C5D4*DC0

,23.5230E*,.

52.D2*PPC5.5

230,D2/V.G1/0

C2*2FDF25E114C

GF21*425ECD.

23.2/VC,5D*E

4*DC0,23E2G*

4PRF2C,DF4C.E4

2.E401F.,

6.450,../230E

*,.2.,2*PPCW,

I.,2-*,2JC.23

.2H.D4.K

KC,L2J.432*AL

.5PR*AD2DL-23

.2+E401.5.2C,

D.4,.2G*4KD

)8;)778:9(

=S?(

78:)?78:)?

)S*�����

+,-+,-./0

11.23.21.450

,,./6.450,

../5.,-./011

.9?8((;

998;))=78S7(

(9?8?7)

9?8?7))S*

�����B32*PP

=0,LB0,352

10E42/*214.-.

,DC0,23.52*PPC

3.,D52G*W.E4

B0,352-00423

.214.-.,DC.2-

*,2IJ*4.20,L

.-*//.,78:S(

78:S((

(78:S(

78:S()>*

�$���+,-

+,-./011.23.

21.450,,./

6.450,../5.,

-./011.

SS8>)9S>8SS?

=9:SS7

SS89<SSS89<S

)?*�%���

+,-+,-./0

11.23.21.450

,,./6.450,

../5.,-./011

.?(899>

?)8)>S=78()>

(?78)7<

?78)7<)?*

�%���B32+GC

55B0,352

3.5DC,F52*E2A

C,*,P.G.,D23

.2/*210/CDCYE.

2AF3F4*

/.23.24.3EPDC

0,23VFGC55C0

,523.2L*I2h2.A

A.D23.25.44.

B0,352-00423

.2AC,*,PC.4C,L

2-*,2R.D2A.3.4

*/.2H./.C322

D.424.3EPDC.2-

*,23.2.GC55C.

52-*,2H40.CK*

5L*55.,

78<)>)8S?;

(=>S>

78<)>78<)>

)?*�%���

B32+,-=�..A

B0,352+,-C40

,,.G.,D

B0,352�..AG

C/C.E7;

?((

(?(

?()?*

�%���B32*,C=

3C.B0,352

3.2/*25*,DF2*

,CG*/.�C.4.,

L.I0,3R.C35A0

,35SS9

)<7(

()<7

)<7)?*

�%���B32G1

=L5B0,352

3.52G*DCZ4.52

14.GCZ4.5

U40,35D0AA.,

A0,35;8)7>

7(8>:>(

(7(8>:>

7(8>:>)?*

�%���B326/

B0,3523.521/*

,D.56/*,D.

,A0,35??

?9(

(?9

?9S)*

�����+,-

+,-./011.23.

21.450,,./

6.450,../5.,

-./011.

7(S8(S9

7(98)?:

=)8(;S(

7(>87:>

7(>87:>

S)*�����

B32*11=**1

B0,3523V*,*/O

5.23.521403E

CD521FD40/C.45

B0,352-00423

.2*,*/O5.2-*,

2**430/C.1403

EPD.,9S?

9S?(

(9S?

9S?S)*

����%B32*PP

4.3CDB0,352

10E42/*2P0E-.

4DE4.23.52A4*C5

23V*PP4F3CD*DC

0,2.D23.2P

.4DCACP*DC0,

B0,352D0D23.K

KC,L2-*,2*PP4.

3CD*DC.=2.,2

P.4DCACP*DC.K0

5D.,9>(

9>((

(9>(

9>(S )*

���� B325*H

/.=I*,3B0,352

10E42/.52.a1/0

CD*DC0,523.25*

H/.2=21/*D.*E

2P0,DC,

.,D*/23.2/*2Q.

/LCYE.B0,352

-0042I*,3JC,

,C,L.,2=2P0,D

C,.,D**/21/*D

2-*,2Q./LC

7?:7?:

((

7?:7?:

S)*����M

B323*=*4

B0,352340CD52

3.52*ED.E45

B0,352*ED.E4

54.PRD.,

?;S?;S

((

?;S?;S

S)*�����

B32C,5=,C5

B0,352C,5DCDE

D2,*DC0,*/23.2

5D*DC5DCYE.

B0,352,*DC0,

**/2C,5DCDEED2

-00423.25D*DC5

DC.K78(9(

787(((

(787((

787((S)*

�����B323.D

D.=5PRE/3

B0,3523.2/EDD

.2P0,D4.2/.25E

4.,3.DD.G.,

DB0,352

D.42H.5D4CW3C,L

2-*,23.20-.4G

*DCL.25PRE/3

.,/*5D)(;

S7>(

(S7>

S7>S)*

����MB32G.D

40/0LC.B0,352

GFD40/0LC.

B0,352G.D40

/0LC.>?

9;(

(9;

9; )

1210 BELGISCH STAATSBLAD — 15.01.2020 — MONITEUR BELGE

Page 9: BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 1203

����������

����� �� ���

�����������

�������

�����������

������ ���� ��������

����� ����� ����������

���� ��!���

����"#�

����� �$��������

���%�&���

'���'�$����

������ � �����l!m

������� f ��n�

������o�pm�

q��rmqq!��m��

�����s�t���

u���v��w f ��

�x!m����o�y��q

m��������u��

�SS*

�����+,-

+,-./011.23.

21.450,,./

6.450,../5.,

-./011.

?98S???:89;:

=787S7(

?98??9?98??9

SS*����%

T.Pe0ED=

c.4K..45c.C/

6.450,,./21/*

,523V*PDC0,52.

,2G*DCZ4.23.

2/*25FPE4CDF2

40EDCZ4.

6.450,../2*PD

C.1/*,,.,2C,I*

K.23.2-.4K..

45-.C/CLR.C3

S((S(9

=9(

S((S((

SS*����M

N.//6.4G=6.4G

N./6.450,,

./2P.//E/.21.4G

*,.,D.2PR*4LF

.23.2/*2L.5DC0

,23E2P*3

4.204L*,CYE.2

3C5DC,PD23E2T6

B2�0HC/CDF

6.450,../21.4

G*,.,D.2P./2H

.R..42*AI0,3

.4/CWK.2

1.450,../5A04

G*DC.2-*,23.

2B\�2�0HC/CD.

CD>79

>(?=;

(S<:

S<:SS*

�����T.PEB.

4=c.C/T10

B0,3524./*DCA2

*E2A0,PDC0,,

.G.,D23.2/V*E

D04CDF23.2

5FPE4CDF2A.440

-C*C4.B0,352

H.D4.AA.,3.2

3.2J.4KC,L2-*

,23.2-.C/CLR

.C35C,5D*,DC.2

-*,23.251004

J.L.,789S)

78;7;(

(78;7;

78;7;SS*

�����+,YB.4

=\,3T10B

0,3524./*DCA2*

E2A0,PDC0,,.

G.,D23.2/V04L

*,C5G.2

3V.,YE�D.25E4

2/.52*PPC3.,D5

2A.440-C*C4.5

B0,352H.D4.A

A.,3.23.2J.4

KC,L2-*,2R.D2

0,3.4I0.K504

L**,2-004251

004J.L0,L.-

*//.,??(

??((

(??(

??(SS*

�����B324.L

E/B0,352

4./*DCA2*E2A0,

PDC0,,.G.,D

23E25.4-CP.23.

24FLE/*

DC0,23E2D4*,51

04D2A.440-C*C4

.2.D23.2

/V.a1/0CD*DC0,

23E2*F40104D2Q

4Ea.//.5=,*DC0

,*/B0,352

H.D4.AA.,3.2

3.2J.4KC,L2-*

,23.23C.,5D2

4.LE/.4C,L2-*

,2R.D251004J

.L-.4-0.42.,

2-*,23.2

.a1/0CD*DC.2-*

,23.2/EPRDR*-

.,2Q4E55./=,*

DC0,**/

78(7(78(7(

((

78(7(78(7(

SS*�����

Q./C4C5B0,352

3.2AC,*,P.G.

,D23E24�/.2C,D

.4,*DC0,*/2.D2

3.2/*2A0,PDC0

,23.2P*1CD*/.2

3.2Q4Ea.//.5

B0,352D.42AC,*

,PC.4C,L2-*,23

.2C,D.4,*DC0,

*/.240/2.,2

3.2R00A35D.3

./CWK.2AE,PDC.

2-*,2Q4E55./

:8;<7;8(><

((

;8(><;8(><

SS*����%

B32.*,=050

B0,3524./*DCA2

*E2A0,PDC0,,

.G.,D23.2/V20

4L*,C5G.2

AF3F4*/23V.,Y

E�D.25E42/.52*P

PC3.,D523.2,*

-CL*DC0,B

0,352H.D4.AA.

,3.23.2J.4KC,

L2-*,23.2A.3.

4*/.2C,5D*,D

C.2-00420,3.4

I0.K2-*,2

5PR..1-**4D0

,L.-*//.,

7;?7;?

((

7;?7;?

>>*$$���

+,-+,-./0

11.23.21.450

,,./6.450,

../5.,-./011

.:8?<(

:8:;<=7?S

(:89S9

:89S9>>*

$$����.3=.

4-�.3C*

D.E4523.2D.44*

C,+4-*4C,

L53.5KE,3CL.

,78(9)

78(;S=)7

(78(9)

78(9)>>*

$$���B32A.*3

B0,352.E401F

.,23V*C3.2*Ea

21/E523FGE,C

5B0,352

-0042+E401.5

.2RE/12**,23.

22G..5D2

H.R0.ADCL.,

S;?S<)

((

S<)S<)

>>*$$���

+a1=.4-

+a1.4D523E2-F

PE23*,52/*25*,

DF+4-*4C,

L53.5KE,3CL.

,2C,23.2L.I0,

3R.C35I04L

:>7S:<

=:S9<

:>7:>7

>9*$ ���

+,-+,-./0

11.23.21.450

,,./6.450,

../5.,-./011

.7>8><S

7>8>)S(

(7>8>)S

7>8>)S�����

������ ��

����¡¢£�¢ 

����£ 

����¢� ¤�

����¢�¢ ¤

( )H�����

\,H=¥0H

\4PR.5D4.2,*D

C0,*/23.2Q./LC

YE.¥*DC0,

**/204K.5D2-*,

2Q./LC<897:

<89SS=7<S

(<8>>(

<8>>(()P

�����¦4G=§G

5¦RFD4

.240O*/23.2/*2

G0,,*C.

§0,C,K/CWK.2G

E,D5PR0EJHE

4LS78>;:

S)87;7=9>>

(S78?S;

S78?S;()3

����fQ0I*4

6*/*C523.52H.

*Ea=*4D5

6*/.C52-00425P

R0,.2KE,5D.,

7>8?;97?8(<9

=S()(

7>8:<>7>8:<>

7)3����f

@,PP=¥CPPX30

D@,5DCDE

D2,*DC0,*/23.2

P4CGC,*/C5DCYE

.2.D23.2

P4CGC,0/0LC.X

�0D*DC0,

¥*DC0,**/2C,5

DCDEED2-0042P

4CGC,*/C5DC.K2

.,2P4CGC,

0/0LC.X�0D*DC

.:879<

:89)(=7?)

(:8>9;

:8>9;7 )P

�����@AW=@L0

@,5DCDED23.2A0

4G*DC0,2WE3CP

C*C4.@,5DCDE

ED2-0042L.4.P

RD./CWK.201/.C

3C,L)8>9?

)8?>7=?7

()8><(

)8><(7S.

����%]5D4C3

T*2]5D4C3

¥-2]5D4C3

7(8?((77877;

=)))(

7(8;<97(8;<9

7SA����M

TN¦]=N��c

T.4-CP.2P.,D4*

/23.2D4*3EPDC0

,2.,2/*,LE.2*

//.G*,3N

.,D4*/.2�C.,5D

2�ECD5.2-.4D*/

C,L:9

?:=7

(?9

?97>3

�$��M]P.=]H

R]L.,P.

23E2P0GG.4P.

2.aDF4C.E4

]L.,D5PR*12-

0042HECD.,/*,

35.2R*,3./

S879(S87>7

=9S(

S8(:;S8(:;

7>.�$���

]¥T=¥c\

]ED04CDF2¥*D

C0,*/.23.2TFP

E4CDF¥*DC0,

*/.2c.C/CLR.C3

50-.4R.C3

789(>;9:

=7:(

;?(;?(

}©|}~�}���

������������}

����ª���}

����������}��

}��}������

���������}���

�����}���}ª

��«¬���«��

����}������

���}�}­��}

���������

}����������

��®�}��ª���}

��}�������

}����������

��®�}°}����

�ª�����}�����

���}±²³

µ¶·¶¹º¶º

·ºµ²»»º¼¶»

½¾¿¾½º¶À¾³Á

·º¶·¶¹º¶ÂÃ

ļ¶º¶ÅÃļ

¶Æ¶±²³µ¶Ç·º

µ²»»º¼¶¹È»

º¼º¼¶»½¾¿

¾½º¼¶¹º¼¶ÉÅÂ

¶º³¶ÉÅÅ

S

1211BELGISCH STAATSBLAD — 15.01.2020 — MONITEUR BELGE

Page 10: BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 1203

����������

����� �� ���

�����������

�������

�����������

������ ���� ��������

����� ����� ����������

���� ��!���

����"#�

����� �$��������

���%�&���

'���'�$����

������ � �����l!m

������� f ��n�

������o�pm�

q��rmqq!��m��

�����s�t���

u���v��w f ��

�x!m����o�y��q

m��������u��

�7>A�

$���+,*H.

/]L.,P.

2H./L.23.23F-

./011.G.,D

Q./LC5PR20,DJ

CKK./C,L5=*L.

,D5PR*1

?)8S(:7:8)7?

=S>>(

798;:(798;:(

79H� ��%

@L,=¥LC

@,5DCDED2LF0L

4*1RCYE.2,*D

C0,*/¥*DC0,

**/2L.0L4*AC5P

R2C,5DCDEED

7)8;(?7S87(?

=)9)(

7)8;>)7)8;>)

793� ���

ÊË@Ê*42Ë

.4CD*L.2@,5DCDE

D.Ê*42Ë

.4CD*L.2@,5DCDE

D.98):7

;8>(9=79;

(;8)S;

;8)S;7;3

�M���B.304.

5DB.304.

5DB.304.

5D)S8)9:

)S8:)>=>:>

()S8)?(

)S8)?(7<*

�����e3H=e3

LeFLC.23

.52HDCG.,D5

e.LC.23.42L.H

0EJ.,9<8:)?

9<8:)?=78S<>

(9;8SS(

9;8SS()SH

����[email protected]=@L

-G@,5DCDE

D210E42/VFL*/CD

F23.52A.GG.

52.D23.52R0GG

.5@,5DCDEE

D2-00423.2L./C

WKR.C32-*,2-40

EJ.,2.,2

G*,,.,

)8<;(S8>)9

=9<(

S8S?:S8S?:

)SL����

N,D=¥*4

N0,5.C/2,*DC0

,*/23E2D4*-*C

/¥*DC0,

*/.2*4H.C354**

3S8))(

S8)?:=9?

(S87<7

S87<7)SR

������O4C*

N.,D4.2AF3F4*

/2GCL4*DC0,

B.3.4**/2GCL4

*DC.P.,D4EG

)87:?)8(99

=>7(

)8()?)8()?

)SC�����

i,C*N.,D4.

2C,D.4AF3F4*/21

0E42/VFL*/CDF23

.52PR*,P.5

@,D.4A.3.4**/

2L./CWK.K*,5.,

P.,D4EG

;8S((:8:)?

=7?>(

:8?:(:8?:(

)>K�$���

§P.N.,D4.

2AF3F4*/23V.a1

.4DC5.23.5250

C,523.25*,DF

B.3.4**/2K.,,

C5P.,D4EG2-0

0423.2L.I0,3R

.C35I04L

:89?9;8((:

=79((

:8;>::8;>:

)?H�%��

]A5P*=B*--

]L.,P.2AF3F4*

/.210E42/*25FP

E4CDF23.2/*2PR

*Ì,.2*/CG.,

D*C4.B.3.4*

*/2*L.,D5PR*1

2-00423.2-.C/CL

R.C32-*,23.2

-0.35./K.D.,

<>8:(S7(S89?

9=)8(:S

(7(78?;

S7(78?;

S) ?P

�%��f]AG15

=B*LL]L.,P.

2AF3F4*/.23.52

GF3CP*G.,D5

2.D23.521403E

CD523.25*,

DFB.3.4*

*/2*L.,D5PR*1

2-0042L.,..5G

C33./.,2.,2

L.I0,3R.C351

403EPD.,

>?8:7?>98<><

=<S<(

>98(7(>98(7(

) ?3�%���

B32*GE=3LR

B0,3523V*C3.2

GF3CP*/.2E4L.

,D.B0,352

-004234C,L.,

3.2L.,..5KE,

3CL.2RE/1-.4/.

,C,L)<(

):(=?

()9?

)9?)?.

�%��%TPC.,5

*,0TPC.,5

*,0TPC.,5

*,0(

><899;=<<S

(>;89:?

>;89:?S)H

�����Q1/*,=

6/*,QQE4.*E

2AF3F4*/23E21/*

,B.3.4*

*/21/*,HE4.*E

;8;::<8?7(

=7<((

<8S)(<8S)(

S)P�����

]HP=QG*

]ED04CDF2H./L

.23.2/*2P0,PE

44.,P.Q./LC5P

R.2G.3.3C,L

C,L5*ED04CD.C

D?8<S>

98:>:=7S?

(9897)

9897)S)A�

���$NP.=N4

HN0,5.C

/2P.,D4*/23.2/V

FP0,0GC.

N.,D4*/.24**3

2-0042R.D2H.3

4CWA5/.-.,

>8S><>8>>9

=;<(

>8S?:>8S?:

S)L����%

N5C1G.=Ë4IKG

0N0,5.C/2

5E1F4C.E423.

52C,3F1.,3*,

D52.D23.521.DC

D.52.D2G0O

.,,.52.,D4.1

4C5.5Ë0L.24

**32-00423.2I

./A5D*,3CL.,2.

,23.2K/.C,.2.,

2GC33.

/L40D.20,3.4,

.GC,L.,

78)><78);:

=)9(

78)9778)97

S)R�����

N.,=TPK

N.,D4.23VFDE3

.523.2/VF,.4L

C.2,EP/F*C4.

TDE3C.P.,D4E

G2-0042K.4,.

,.4LC.;<87:9

<?8>9)=78<(<

(<S8??S

<S8??SS)C�

����N0G+a

1N0GG

C55*4C*D2LF,F

4*/2H./L.210E

42/.52.a105CDC0

,52C,D.4,*

DC0,*/.5

Q./LC5PR2N0G

GC55*4C**D=L.

,.4**/2-0042

C,D.4,*DC0,*/.

2D.,D00,5D.//C,

L.,>?)

:;:=79

(::7

::7> >H

$$��%B.3*5C

/]L.,P.

2AF3F4*/.23V*P

PE.C/23.523.G

*,3.E4523V*5

C/. B.3.4**

/2*L.,D5PR*12

-00423.201-*

,L2-*,2

*5C./I0.K.45

9:8>)9;:8):?

=78:>?(

;?8?)<;?8?)<

> 9P$ ��

Q4H=§HH

QCH/C0DRZYE.

240O*/.2]/H.4D

2@§0,C,K

/CWK.2HCH/C0DR.

.K2]/H.4D2@

778?<977877?

=)))(

7(8;<S7(8;<S

>9P$ ��f

]L4=]4*

]4PRC-.52LF,

F4*/.523E2e0O

*EG.2.D2*4PR

C-.523.2ÍD*D2

3*,52/.52140-C

,P.5]/L.G

..,24CWK5*4PR

C.A2.,24CWK5*4P

RC.A2C,23.2

140-C,PC,

7S8()?7789?9

=)SS(

778>)S778>)S

>9P$ ��M

\4H=§5H

\H5.4-*D0C4.2

40O*/23.2Q./LC

YE.§0,C,K

/CWK.25D.44.,J

*PRD2-*,2Q./LC

:87S9:8::)

=7??(

:897::897:

>9P$ ���

@4G=§GC

@,5DCDED240O*/

2GFDF040/0LCY

E.23.2Q./LCYE.

§0,C,K/CWK2G.

D.040/0LC5PR2@

,5DCDEED2-*,2Q

./LC;8?(:

;8?)?=7:7

(;8S??

;8S??>9P

$ ���@*5H=QC

4*@,5DCDE

D23V*F40,0GC

.251*DC*/.23.2

Q./LCYE.

Q./LC5PR2C,5DCD

EED2-00424ECG

D.=*40,0GC.

?8)S?>8;>?

=<:(

>8:>;>8:>;

>9P$ ���

@45,H=§HC,

@,5DCDED240O*/

23.525PC.,P.5

2,*DE4.//.523.

2Q./LCYE.

§0,C,K/CWK2Q./

LC5PR2C,5DCDEE

D2-0042,*DEE4

J.D.,5PR*11

.,7:89;9

7:8?:<=S?)

(7:8));

7:8));>9P

$ ����4*P=§

GG*�E5F.

240O*/23V]A4CYE

.2P.,D4*/.

§0,C,K/CWK2GE

5.EG2-0042�C

33.,=]A4CK*

778)777(8>):

=)(<(

7(8)7<7(8)7<

>

1212 BELGISCH STAATSBLAD — 15.01.2020 — MONITEUR BELGE

Page 11: BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 1203

����������

����� �� ���

�����������

�������

�����������

������ ���� ��������

����� ����� ����������

���� ��!���

����"#�

����� �$��������

���%�&���

'���'�$����

������ � �����l!m

������� f ��n�

������o�pm�

q��rmqq!��m��

�����s�t���

u���v��w f ��

�x!m����o�y��q

m��������u��

�>9P

$ ����4*R=

§GKL�E5F.

5240O*Ea23V*4D

2.D23VRC5D0C4.

§0,C,K/CWK.2G

E5.*2-0042KE

,5D2.,2L.5PRC

.3.,C5<8;9S

<8<9S=7<<

(<8:9>

<8:9>>9P

$ ��$�4H*H

=§G5KH�E5F.

5240O*Ea23.52H

.*Ea=*4D523.2

Q./LCYE.

§0,C,K/CWK.2G

E5.*2-00425PR

0,.2KE,5D.,2-

*,2Q./LC

98;:<9899S

=7SS(

98?)<98?)<

>9P$ ��%

@41*=§CK

@,5DCDED240O*/

23E21*D4CG0C,

.2*4DC5DCYE.

§0,C,K/CWK2@,5

DCDEED2-0042R

.D2KE,5D1*D4C

G0,CEG

?89>7?87((

=7()(

>8<<;>8<<;

>9P$ ��

TC5D=�JDC

T.4-CP.23VC,A0

4G*DC0,25PC.,

DCACYE.2.D2D.P

R,CYE.�C.,5D

2-0042J.D.,5P

R*11./CWK.2.,

2D.PR,C5PR.2

C,A04G*DC.

7;?<?

=)(

<S<S

> 9P$ ��f

Q./,.DeF5.*E

2DF/FG*DCYE.

2H./L.23.2/*24

.PR.4PR.

Q./LC5PR2D./.G

*DCP*0,3.4I0.

K5,.DJ.4K

)8;)>S8S;S

=9;(

S8S7?S8S7?

>9P$ ���

T.P460/=600/T

.P4T.P4FD

*4C*D210/*C4.

600/5.P4.D*4C

**D7S(

7S;=S

(7S?

7S?>9H

$ ��$NC,.G

*D.KNC,FG

*DRZYE.240O*

/.23.2Q./LCYE.

§0,C,K/CWK2AC/G

*4PRC.A2-*,2Q

./LC)8??;

)8?:<=?)

()8?);

)8?);?7*

%�����.HD*L

.,PO]L.,P.

2AF3F4*/.23.2/*

23.DD.B.3.4*

*/2]L.,D5PR*1

2-*,23.2TPRE/3

>8S>?>8><;

=<((

>8>(;>8>(;

¢Î���¢¤

£�Î��� 

¡���Î�¢

�£����

��£����

��)7H

�����TB6XB6

�T.4-CP.

2AF3F4*/23.526

.,5C0,5

B.3.4*/.26.,5

C0.,3C.,5D

7?78(9>

7?>89;?

=S8(SS(

7?789?)

7?789?)

)SP����M

\,.G=e-*

\AACP.2,*DC0,

*/23.2/V.G1/0

CeCWK53C

.,5D2-0042*4H.

C35-004IC.,C,

L7<;8>S

<)((877

(=S8<)>

(7<987;

:7<987;

:)S3

�����N*1*P=

Ë-JN*C55.

2*EaC/C*C4.23.2

1*C.G.,D23.

52*//0P*DC0,52

3.2PR�G*

L.ËE/1K*

52-0042J.4K/0

05R.C35ECDK.4

C,L.,S(8>?)

S)8))7=9S)

(S78?;<

S78?;<)SW�

���$B.34C5

]L.,P.2AF3F4*

/.23.524C5YE.

52140A.55C0,,

./5B.3.4*

**/2*L.,5PR*1

2-0042H.40.15

4C5CP0V5S78><)

S)89(9=9S<

(S78<99

S78<S:)SA�

����\,-*=e

W-\AACP.2

,*DC0,*/23.52

-*P*,P.52*,,

E.//.5eCWK53C

.,5D2-0042W**4

/CWK5.2-*K*,DC

.7:8S<>

7:89>>=S>9

(7:8)<;

7:8)<;)>3

�$���N**GC

=ËIC-N*C55.

2*EaC/C*C4.23V*

55E4*,P.2G*/

*3C.=C,-*/C3CD

FËE/1K*

52-0042IC.KD.=

2.,2C,-*/C3CD.

CD5-.4I.K.4C,

L)78S))

)78<(7=>)<

()78>:)

)78>:))>.

�$���QP55=§

5IQ*,YE

.=P*44.A0E423.

2/*25FPE4CDF250

PC*/.§4EC51

E,DH*,K2-*,23

.250PC*/.2I.K.

4R.C3S8S?<

S87?)=9)

(S8(<7

S8(<7)>A�

$���\,55=e

5I\AACP.2

,*DC0,*/23.25

FPE4CDF250PC*/

.eCWK53C

.,5D2-004250PC

*/.2I.K.4R.C3

7S>8?9S

7S98?)?

=)89::(

7SS8;>;

7SS8;>;

)>L�$��%

@,*GC=eCIC-

@,5DCDED2,*DC0

,*/23V*55E4*,

P.2G*/*3C.=C,

-*/C3CDF

eCWK5C,5DCDEED

2-0042IC.KD.=2

.,2C,-*/C3

CD.CD5-.4I.K.4

C,L<>8?97

<;8S?<=78<)<

(<98>S7

<98>S7)>R

�$��f.Ë.*/D

R6/*D.=A

04G.22.Ë.*/D

R.Ë.*/D

R=1/*DA04G

S>;S>9

=:(

SS<SS<

S)3����f

@,*5DC=e5-I

@,5DCDED2,*DC0

,*/23V*55E4*,

P.5250PC*/.521

0E42D4*-*C/

/.E452C,3F1.,

3*,D5eCWK5C,

5DCDEED2-00423

.250PC*/.2-.4I

.K.4C,L.,23.

42I./A5D*

,3CL.,??87?;

?9897S=7877(

(??8?(S

??8?(S£����

 ¤£ ���

¢�¡���£�

��

£�Î��£¢

£�Î���£

±²³µ¶·¶

¹º¶¹¿¾¾¼³

½³¾º·º¶²»º

Ͻº¶¾¼³ºµµ

¾Áº¶º¶¹º

¶¹¿¾¾¼³½

³¾º·º¶¹¾º¼

³º¶¿º³¶Ï²

ºÐѲÀ¹ÐÀ¹

¾Áº¶À³²²

¿¾º¶Æ¶¶²½Á

¾¼¿º¼¶¹¿

¾¾¼³½³¾Ò¼¶»À

ϵ¾Ó¼¶º³¶¼º½

·¾Óº¼¶¹¿

¾¾¼³½³¾Ò¼¶Ô¶

Ó²¿»³Ï¾µ¾³

ȶÀ³²²¿º¼

Õ|}~�}����

ª���}�������

�����}���}�

�����}Ö�«�

�¬���}�}×����

�������}��ª

�����}��}��

�����}������

±²³µ¶·¶

¹º¶²»ºÏ

½º¶¾¼³ºµµ¾Á

º¶·¶¼²Ó¾

µº¶ÙºÐº½Ñº¾¹

¶Æ¶±²³µ¶Ú¼³¾³

À³¾²¼¶»Àϵ¾

ÛÀº¼¶¹º¶¼È

ÓÀ½¾³È¶¼²Ó¾

µº

?

1213BELGISCH STAATSBLAD — 15.01.2020 — MONITEUR BELGE

Page 12: BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 1203

����������

����� �� ���

�����������

�������

�����������

������ ���� ��������

����� ����� ����������

���� ��!���

����"#�

����� �$��������

���%�&���

'���'�$����

������ � �����l!m

������� f ��n�

������o�pm�

q��rmqq!��m��

�����s�t���

u���v��w f ��

�x!m����o�y��q

m��������u��

7:�f���

B.310/2Ý2@,P0

2j5*,5=2

I0,3.42U6@S<

k26\�B+

�2P4F3CD523.21

.450,,./2LF,F

4*/2.D2C,P0,-

.,C.,D52jI0,3

.42U6@2S<k2jI0

,3.42U6@2S<k

B+�6\�2*/L.G

.,.21.450,..

/5K4.3C.D.,2.

,2C,P0,-

.,C,D.,2jI0,

3.42U6@2S<k

<??8<<;

<;:8>9(

=7<8S9)

?;;<9;89;

9<9;89;

97:Ü

�f���N4.32-

*4Xc*42K4.3

N4F3CD52-*4C*H

/.5XB0,35204

L*,CYE.5

c*4C*H/.2K4.3

CD.,X\4L*,C.

K.2A0,35.,

S8<:9)8(((

((

)8((()8(((

7:�f���

B3214.5D2j*-.

P2=2G.D2@,

P02U6@S<k

�FD*PRF52*Ea

2I0,.523.210

/CP.2/0P*/.52j@¥

N\2U6@2S<2

C,P/E5k2

U.3.D*PR..43

.,2,**423.2/0

K*/.210/CDC.I0,

.52j@¥N\2

U6@2S<2C,H.L4

.1.,k2)78(<;

7)8<S>=)?>

(7)89;(

7)89;(7:Ü

�f��$B.3210

/2D.4402

j]51C4*,D5k

B.3210/2D.440

2j>((2]51C4*,

D5kB.3210

/2D.4402j>((2]

51C4*,D.,k

;8S)?7<7

((

7<7(

���Σ

����¤� � 

¡�Î�¢�¢

 ��Î��� 

 £Î����

¢¢79Ü

� ���QE46.4

=6.45NC-

6.450,,./2PC-

C/QE4L.4

1.450,../

;78(??;<8S?:

=78:?)(

;:89(?<78(::

79� ���

�C/�C/CD*C

4.5�C/CD*C

4.,78>S>8

7><78>SS8

9::=);877

7(

78>(?8?99

78><?87<9

79� ���

�.A=�.D

�.A=�FD*PR.G

.,D2A*GC//.240O

*/.�.A=�.

D*PR.4C,L2K0,

C,K/CWK2A*GC/C.

)877<)8797

=>)(

)877<)8797

79� ���

7)>;=7)<<

�.A=�FD*PR.G

.,D214CG.52j7

)>;=7)<<k

�.A=�.D*PR.4

C,L2=214.GC.5

2j7)>;=7)<<k

7:8(?)7<89;(

=S;9(

7<8)<>7<8?>?

�� ����£ 

�� ����£ 

¡���¤Î�

��� ��

� ����¢�£

�Σα²³

µ¶·¶ÄºÒº

¼¾º¶Æ¶±²³µ¶Ä

ÈÒº¼º

�������

�.2D*H/.*E230

,,.21*42.,DCD

FzÞßàáßâãä

áßäáßàåáæçèçéê

Þßàëßäéæãìèæë

çèãæßäáßàåáæçèç

éê=2/*2/CG

CD.2)(7<21EH/

CF.23*,52/*2PC4

PE/*C4.299<2jP

0/0,,.27kg

=2/*24F1*4DCDC0

,23E2HE3L.D2

)()(2D.//.2YE

.2-*/C3F.22/.2(

)í(<í)(7<2jN

0GCDF23.2�0

,CD04C,L23E2()

í(<í)(7<k2jP0

/0,,.2)kg

Þßàëßæáîçïëàèðë

çèãæßäîßìãæçë

æçßñãîïßàåèæäá

òßóâãàãææáßôõ

êßñïéöîßáæß÷øù

÷øßäëæðßàáßúî

äûáçßøüøüßóâã

àãææáßøõ

�.2�0,CD04C,

L23.23FP.GH4

.2)(7<2.a1/0C

D.2/.52D4*CD.G

.,D52YEC20,D2F

DF2/CYEC3F525E

42H*5.23E2P0.

AACPC.,D23.2/CY

EC3*DC0,2G0O

.,23.27g:(9<8

260E42/.2P*/P

E/23.52§6@g2/*2

140W.PDC0,23.

52P0bD523.21.4

50,,./2.5D2P0

G1*4F.2*E2QE

3L.D2)()(82�.

52P4F3CD523.21

.450,,./2)()(

20,D2FDF2P*/PE

/F521*42/.2

ýãìèçéßäáßþã

æèçãïèæûßðîïßú

ëðáßäåîæßâãá��

èâèáæçßäáßàè�îèä

ëçèãæßìã�áæßä

áß÷ê��÷ü�ßß��ð

ßàãïðêßàáðßâïéäè

çðßðãæçßë�îðçé

ðßëîßììáßâã

á��èâèáæçßäáß

7g:(9<82

ãîïßàáßþãæèç

ãïèæûßäáßìëèßø

üøüêßáæß�ãæâçè

ãæßäáßàëßäëçá

ßäåáæçïéáßáæßö

èûîáîïßäåîæßæ

ãîöáëîßâãá��è

âèáæçßäáßàè�îèä

ëçèãæßìã�áæêßà

áßðîïâã�çßäáðß

â� ëïûáðßäáßñá

ïðãææáàßàèéßëî

ßðëîçßäåèæäáòß

ðáïëßëæëà�ðéßá

çßæáîçïëàèðé�ßß

=2/.523F40L*DC0

,52*PP043F.52/

04523.2/*27Z4

.2D4*,PR.23.5

2P4F3CD52140-C

50C4.52)()(2j

P0/0,,.2>kg

Þßàëßàèìèçáßäåá

æûëûáìáæçßøü

øüßóâãàãææáß

õêÞßàëßàèì

èçáßäåáæûëûáì

áæçßøüø÷ßóâãà

ãææáß�õ�ß�àßðåë

ûèçßäåîæáßñïé

�èûîïëçèãæßäá

ðßâïéäèçðßøüø÷

�ß

�������

�.2D*H./2L..A

D21.42.,DCD.CD

z=23.2P0

3.2-*,23.2.,D

CD.CDg=23.2H.

,*GC,L2-*,23

.2.,DCD.CDg

=23.2/CGC.D2)(7

<2L.1EH/CP..4

32C,23.20GI.,

3H4C.A2,48299<

2jK0/0G27kg

=23.2-.43./C,L

2-*,2R.D2HE3L

.D2)()(2I0*/5

2L0.3L.K.E43

2012()í(<í)(

7<2j�0,CD04C,

LP0GCDF2-*,2(

)í(<í)(7<k2jK

0/0G2)kg

=23.2,.ED4*/C5

.4C,L2-*,2R.D

2H.34*L2-004

23.2C,3.a2jK0/

0G2Skg2-004IC

.,2C,27)í7)2C,

2R.D2HE3L.D2)

()(2jK0/0G2)

kg�.2G0

,CD04C,L2-*,23

.P.GH.42)(7

<2L.H4ECKD23.

2J.33.523C.2-

.4.AA.,32J.43

.,2012H*5C52-

*,2..,2L.GC3

3./32-.4.AA.,C

,L5P0AACPC.,

D2-*,2÷ê�ü��

�ß�ããïßäáßúáï

á�áæèæûßöëæßä

áß��åðß�ãïäç

ßäáßñïã�áâçèáßö

ëæßäáßñáïðãæá

áàð�ãðçáæßöáï

ûáàá�áæßìáçß

�áçß�îäûáçßø

üøü�ß�áß

1.450,../5K4.

3C.D.,2)()(2I

CW,2H.4.K.,32

30042R.D2�0,

CD04C,LP0GCDF

2012H*5C52-*,2

..,2L.GC33.

/32-.4.AA.,C,L

5P0AACPC,D2-

*,27g:>7(82�.

2K4.3C.

D.,2ICW,23*,200

K2**,L.1*5D2*

*,2R.DI./A3.2

P0AACPC,D2-*

,27g:(9<82

c00423.2G0,

CD04C,L2-*,2G

.C2)()(2I*/g2C,

2AE,PDC.2-*,23

.23*DEG2-*,2

C,J.4KC,LD4.3

.2-*,2..,2,C.E

J2L.GC33./3

2-.4.AA.,C,L5

P0AACPC.,Dg23

.2G ..4K

05D2-*,23.21.4

50,../5/*5D.,

2L./C,KD2**,23

.2C,3.a5140,L

2L.*,*/C5..43

2.,2L.,.ED4*/C

5..432J043.,8

=23.2*AJCWKC,L

.,23C.2D0.L.K

.,32J043.,2DC

W3.,523.2..45D

.25PRCWA2-*,23

.2-004/01CL.2

K4.3C.D.,2)(

)(2jK0/0G2>k

g=23.2-*

5D/.LLC,L5/CG

C.D2)()(2jK0/0

G2?kg=23.2-*

5D/CLLC,L5/CGC.

D2)()72jK0/0G

29k82Ë.D2L**D2

0G2..,214.AC

LE4*DC.20123.

2K4.3C.D.,2)(

)78N0,D*P

D2z2L40.12

í2L40E1.27gSg>

g?2z2HE3L.DXH

.L40DC,L�H05

*8AL0-8H.2

L40.12í2L40E1

.2)2z24*1104DH

E3L.D�H05*8AL

0-8H.

�|}~�}�����

���}�������}�}

�����}®���

����

±²³µ¶·¶

¹º¶Âº¹º½µ

º¶»²µ¾³¾º¶Æ¶±

²³µ¶Å²µ¾Óº¶

ÒȹȽµº

�|}~�®�����

}�}~�®����

9

1214 BELGISCH STAATSBLAD — 15.01.2020 — MONITEUR BELGE

Page 13: BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 1203

FEDERALE OVERHEIDSDIENST BELEID EN ONDERSTEUNING

[2020/200185]Vergelijkende selectie van Franstalige ″systeembeheerders″

(m/v/x) (niveau A1) voor de Koninklijke Bibliotheek vanBelgië. — Selectienummer: AFG19335

Solliciteren kan tot 28/01/2020 via www.selor.be

De gedetailleerde functiebeschrijving (jobinhoud, deelnemings-voorwaarden, selectieprocedure,...) kan u verkrijgen bij FOD BOSA viawww.selor.be

Geef het selectienummer in via de zoekmotor om de selectie terugte vinden.

Na de selectie wordt een lijst met maximum 10 geslaagden aange-legd, die 1 jaar geldig blijft.

Naast deze lijst van geslaagden wordt een bijzondere lijst opgesteld(die 4 jaar geldig blijft) van de personen met een handicap die geslaagdzijn.

*FEDERALE OVERHEIDSDIENST BELEID EN ONDERSTEUNING

[2020/200154]Resultaten van de vergelijkende Franstalige selectie voor bevorde-

ring naar niveau B (specifiek gedeelte) voor de FOD BuitenlandseZaken: Experts Administratief (m/v/x) - BFG19106

Er zijn 6 laureaten.Deze selectie werd afgesloten op 19/11/2019 (datum PV).De lijst van laureaten is onbeperkt in tijd geldig.

*FEDERALE OVERHEIDSDIENST BELEID EN ONDERSTEUNING

[C − 2020/10018]Resultaat van de vergelijkende selectie van Franstalige Vertalers

(m/v/x) (niveau A1) voor de Federale Overheidsdienst Binnen-landse Zaken. — Selectienummer: AFG19261

Deze selectie werd afgesloten op 17/12/2019.Er zijn 8 laureaten.De lijst is 1 jaar geldig.

*FEDERALE OVERHEIDSDIENST BELEID EN ONDERSTEUNING

[2020/200129]Resultaat van de vergelijkende selectie van Franstalige Professionele

kopers - kleding (m/v/x) (niveau A1) voor het Ministerie vanDefensie. — Selectienummer : AFG19296

Deze selectie werd afgesloten op 08/01/2020.Er zijn 1 laureaten.De lijst is 1 jaar geldig.

*FEDERALE OVERHEIDSDIENST BELEID EN ONDERSTEUNING

[2020/200173]

Resultaat van de vergelijkende selectie van Franstalige Bachelorsvoor de OISZ (m/v/x) (niveau B) voor de Openbare Instellingen vande Sociale Zekerheid (OISZ). — Selectienummer : AFG19319

Deze selectie werd afgesloten op 20/12/2019.Er zijn 337 laureaten.

De lijst is 1 jaar geldig.

SERVICE PUBLIC FEDERAL STRATEGIE ET APPUI

[2020/200185]Sélection comparative de « gestionnaires de systèmes »

(m/f/x) (niveau A1), francophones, pour la Bibliothèque royalede Belgique. — Numéro de sélection : AFG19335

Vous pouvez poser votre candidature jusqu’au 28/01/2020via www.selor.be

La description de fonction (reprenant le contenu de la fonction, lesconditions de participation, la procédure de sélection,...) est disponibleauprès du SPF BOSA via www.selor.be

Pour la retrouver, veuillez indiquer le numéro de la sélection dansle moteur de recherche.

Une liste de 10 lauréats maximum, valable 1 an, sera établie aprèsla sélection.

Outre cette liste des lauréats, une liste spécifique des lauréats(qui reste valable 4 ans) présentant un handicap est établie.

SERVICE PUBLIC FEDERAL STRATEGIE ET APPUI

[2020/200154]Résultat de la sélection comparative francophone d’accession au

niveau B (épreuve particulière) pour le SPF Affaires étrangères :Experts Administratif (m/f/x) - BFG19106

Le nombre de lauréats s’élève à 6.Ladite sélection a été clôturée le 19/11/2019 (date du PV).La liste de lauréats est valable sans limite dans le temps.

SERVICE PUBLIC FEDERAL STRATEGIE ET APPUI

[C − 2020/10018]Résultat de la sélection comparative de Traducteurs (m/f/x) (niveau A1),

francophones, pour le SPF Intérieur. — Numéro de sélection :AFG19261

Ladite sélection a été clôturée le 17/12/2019.Le nombre de lauréats s’élève à 8.La liste est valable 1 an.

SERVICE PUBLIC FEDERAL STRATEGIE ET APPUI

[2020/200129]Résultat de la sélection comparative d’Acheteurs professionnel

habillement (m/f/x) (niveau A1), francophones, pour le Ministèrede la Défense. — Numéro de sélection : AFG19296

Ladite sélection a été clôturée le 08/01/2020.Le nombre de lauréats s’élève à 1.La liste est valable 1 an.

SERVICE PUBLIC FEDERAL STRATEGIE ET APPUI

[2020/200173]

Résultat de la sélection comparative de Bacheliers pour les IPSS(m/f/x) (niveau B), francophones, pour les Institutions publiquesde sécurité sociale (IPSS). — Numéro de sélection : AFG19319

Ladite sélection a été clôturée le 20/12/2019.Le nombre de lauréats s’élève à 337.

La liste est valable 1 an.

1215BELGISCH STAATSBLAD — 15.01.2020 — MONITEUR BELGE