Baromètre de la sante van de belgische des entreprises ... · En outre, on utilise trois systèmes...

20
Gezondheidsbarometer van de belgische ondernemingen situatie op 31/12/2013 Baromètre de la sante des entreprises belges situation au 1/12/2013

Transcript of Baromètre de la sante van de belgische des entreprises ... · En outre, on utilise trois systèmes...

Gezondheidsbarometervan de belgische ondernemingen

situatie op 31/12/2013

Baromètre de la sante des entreprises belges situation au 1/12/2013

Inhoud Contenu

1. Introduction 61.1 Graydon Belgium et les modèles de faillite et de succès 61.2 Balisage et description du champ d’investigation 71.3 Observations générales concernant les clignotants des entreprises en faillite en 2013 81.4 Valeur d’alarme du clignotant 9

2. Analyse des clignotants 102.1 Clignotant 1 : Fonds propres inférieurs à 50 % du capital 102.2 Clignotant 2 : Taux d’endettement général supérieur à 100 % 112.3 Clignotant 3 : Protêts 122.4 Clignotant 4 : Dettes vis-à-vis du fisc ou de l’ONSS venues à échéance 132.5 Clignotant 5 : Citations par l’ONSS 142.6 Clignotant 6 : Rentabilité négative pendant deux années successives 152.7 Clignotant 7 : Pas de publication de comptes annuels successivement pour les deux dernières années 162.8 Clignotant 8 : Administrateur signalé dans la même fonction dans une entreprise en faillite 172.9 Clignotant 9 : FiTo®-mètre fortement négatif 182.10 Clignotant 10 : Désignation d’un administrateur provisoire 192.11 Clignotant 11 : Liquidités inférieures à 0,5 202.12 Clignotant 12 : Score Social Graydon (GSS) négatif 212.13 Clignotant 13 : Montant limite de base négatif 22

1. Inleiding 61.1 Graydon Belgium en de modellen voor faillissement en succes 61.2 Afbakening en omschrijving van het onderzoeksveld 71.3 Algemene waarnemingen inzake knipperlichten bij gefailleerden in 2013 81.4 Alarmwaarde van het knipperlicht 9

2. Analyse van de knipperlichten 102.1 Knipperlicht 1: Eigen vermogen kleiner dan 50% van het kapitaal 102.2 Knipperlicht 2: Algemene schuldgraad meer dan 100% 112.3 Knipperlicht 3: Protesten op wisselbrieven 122.4 Knipperlicht 4: Vervallen schulden naar fiscus of RSZ 132.5 Knipperlicht 5: Dagvaardingen van de RSZ 142.6 Knipperlicht 6: Rentabiliteit twee opeenvolgende jaren negatief 152.7 Knipperlicht 7: Geen publicatie van de jaarrekening voor de jongste twee opeenvolgende jaren 162.8 Knipperlicht 8: Bestuurder is in dezelfde functie gesignaleerd in een failliete onderneming 172.9 Knipperlicht 9: FiTo®-meter sterk negatief 182.10 Knipperlicht 10: Voorlopig bewindvoerder aangesteld 192.11 Knipperlicht 11: Liquiditeit kleiner dan 0,5 202.12 Knipperlicht 12: Graydon Sociale Score (GSS) negatief 212.13 Knipperlicht 13: Basislimietbedrag negatief 22

Gezondheidsbarometer van de belgische ondernemingen Baromètre de la sante des entreprises belges

GRAYDON 2 2013

1. Inleiding

1.1 Graydon Belgium en de modellen voor faillissement en succes

Graydon Belgium NV onderhoudt en voedt een databank waarin elke in België gevestigde economi-sche entiteit, drager van een ondernemingsnummer, wordt teruggevonden. De belangrijke diversiteit aan bronnen zorgt ervoor dat eender welke onderne-ming – van de allergrootste firma tot het kleinste zelfstandige bedrijf – van bij het ontstaan wordt geregistreerd.

Zodoende profileert de Graydon-databank zich als een reusachtige en gemakkelijk hanteerbare biblio-theek waar op evidente wijze alle officiële stukken met betrekking tot een onderneming, zoals jaar-rekeningen, oprichtingsaktes en diverse publicaties in het Staatsblad, worden teruggevonden.

Naast de bundeling van ‘officiële’ bronnen worden vele andere (zoals enquêtes, lectuur van kranten, gegevensverzameling rechtstreeks bij de bedrijven, rechtstreeks contact met diverse instanties, …) nauwkeurig up-to-date gehouden.

Inderdaad sporen de 140 Graydon-medewerkers, zich scrupuleus houdend aan regelgeving ter zake, met de grootst mogelijke systema-tiek elk bijkomend gegeven op dat een beter inzicht verschaft in de actuele toestand van de individuele vennootschap of eenmanszaak.

De verwerking van de informatiestroom genereert meer dan tachtig knipperlichten waarvan er, in overleg met de U.R.H.B., slechts dertien in deze studie worden besproken. Die signalen vormen op hun beurt, via diverse statistische analyses en wegingen, de voe-dingsbodem voor de hieronder geciteerde beoordelingssystemen.

Op basis van het volledige gegevenspalet worden actief eigen scoresystemen toegepast die zowel de faillissementskans als de groeimogelijkheden van een bedrijf inschatten. Hiertoe is van bij Graydons ontstaan een traditie opgebouwd van diepgaand onderzoek, zowel intern als in nauwe samenwerking met de diverse universitaire onderzoekscentra die ons land rijk is.

Volledigheidshalve wijzen we op het feit dat in deze studie een aantal knipperlichten individueel worden geëvalueerd op hun alarmwaarde. Onderhavige studie is dan ook bedoeld als aanvul-lende documentatie ten behoeve van de lezers-handelsrechters van dit tijdschrift. Het is echter geenszins de weergave van de analysemethodiek die Graydon in haar eigen modellen en toepas-singen hanteert. Ook zal de lezer begrijpen dat de “alarmwaarde” van het individuele knipperlicht haar beperkingen kent. Het zijn de op basis van jarenlang onderzoek ontwikkelde –slechts ten dele in deze studie betrokken- Graydon-modellen, die de verschillende knipperlichten en andere gegevens via doorgedreven analyse en weging benaderen, die Graydon in staat stellen accurate uitspraken te doen over kansen op faillissement en succes.

Graydon Belgium is fier met de intense samenwerking met de ver-schillende rechtbanken van koophandel en met het vertrouwen dat de rechtbanken in het bedrijf stellen. Op de handelsrechtbanken bestaat de uitdrukkelijke wil de kamers voor handelsonderzoek de nodige instrumenten in handen te geven, opdat de werkzaamheden efficiënt kunnen verlopen. Op de meeste handelsrechtbanken wordt op systematische wijze het handelsonderzoek gedocumenteerd met de objectieve gegevens en interpretatiesystemen die Graydon ter beschikking stelt. Omgekeerd engageert Graydon zich, en dit van in den beginne, om op geen enkele wijze gebruik te maken van kennis die mogelijkerwijs kan afgeleid worden uit de bevragingen door diezelfde rechtbanken. We blijven hopen dat deze samen-werking de rechtbanken ondersteunt in hun streven bedrijven in moeilijkheden ruim tijdig op te sporen, zodat de rechtbanken daadwerkelijk kunnen bijdragen tot hun herstel.

1. Introduction

1.1 Graydon Belgium et les modèles de faillite et de succès

Graydon Belgium SA alimente et entretient une base de données reprenant toutes les entités économiques sises en Belgique, et porteuses d’un numéro d’entreprise. Grâce à la grande diversité de sources, n’importe quelle entreprise, de la plus grande société à la plus petite entreprise indépen-dante, y est enregistrée dès sa création.

La base de données Graydon se profile comme une bibliothèque géante et facile, dans laquelle sont classés de manière synoptique tous les documents officiels concernant les entreprises, comme les comptes annuels, les actes de constitution et les diverses publications au Moniteur belge.

Outre les compilations des sources ‘officielles’, bien d’autres infor-mations encore (enquêtes, lecture des journaux, données collectées auprès des entreprises, contact direct avec diverses instances …) y sont conservées et actualisées.

Les 140 collaborateurs Graydon passent au crible, en respectant strictement la législation en la matière, avec la plus grande sys-tématique, toute nouvelle donnée offrant une meilleure vue de la situation actuelle des entreprises individuelles ou unipersonnelles.

Le traitement du flux d’information génère plus de quatre-vingt clignotants dont, en concertation avec l’U.J.C.B., seulement treize sont présentés dans cette étude. Ces signaux forment à leur tour, via diverses analyses statistiques et pondérations, la base nourricière pour les systèmes d’évaluation évoqués ci-après.

Sur base de la palette complète des données, des systèmes de scoring propres sont également activement exploités pour évaluer les risques de faillite et les possibilités de croissance d’une entre-prise. À cet effet, dès la constitution de l’entreprise, on a instauré une tradition d’enquête approfondie, tant au niveau interne qu’en étroite collaboration avec les différents centres de recherche univer-sitaires présents dans notre pays.

Pour être complets, nous signalons que dans cette étude, certains clignotants sont évalués individuellement quant à leur valeur d’alarme. La présente étude est donc conçue comme une docu-mentation complémentaire pour les lecteurs-juges des tribunaux de commerce de ce magazine. Elle ne reflète en aucune façon la méthode d’analyse que Graydon applique dans ses propres modèles et applications. Le lecteur comprendra également que la « valeur d’alarme » de chaque clignotant a ses limites. Ce sont les modèles Graydon, conçus sur la base d’une longue enquête et seulement abordés partiellement dans cette étude, qui révèlent les différents clignotants et d’autres données issus d’une analyse et d’une pondération minutieuses et qui permettent à Graydon de formuler des prévisions précises en matière d’échec et de succès.

Graydon Belgium est fière de la collaboration intense avec les diffé-rents tribunaux de commerce et de la confiance que ceux-ci portent à notre entreprise. Les tribunaux manifestent leur volonté de donner aux chambres d’enquête commerciale les instruments nécessaires pour mener efficacement leur tâche à bien. Dans la plupart des tribunaux de commerce, il apparaît que les enquêtes commerciales sont systématiquement documentées par les données objectives et les systèmes d’interprétation mis à disposition par Graydon. D’autre part, Graydon s’engage, et ceci depuis le début, à ne pas utiliser la connaissance qui peut être déduite des questions posées par ces mêmes tribunaux. Nous espérons que cette collaboration soutiendra les tribunaux dans leur effort de détecter à temps les entreprises en difficulté, afin de pouvoir contribuer véritablement à leur sauvetage.

Eric Van den BroeleSenior Manager

Research & Development, Graydon Belgium NV

Gezondheidsbarometer van de belgische ondernemingen Baromètre de la sante des entreprises belges

GRAYDON 3 2013

1.2 Balisage et description du champ d’investigation

La présente enquête est entièrement consacrée aux personnes morales ou aux structures qui peuvent être directement liées à l’exercice d’une activité commerciale. À cet effet, on analyse uniquement les structures qui courent un risque réel de faillite. Ce faisant, on évite ainsi la pollution des statistiques et des projections par rapport à une population totale. En effet, il serait peu judicieux de pondérer les risques de faillite des entreprises commerciales, par exemple, par rapport à une population totale d’entités enregistrées comprenant notamment des ministères, des CPAS, des ASBL et autres. Pour les réflexions relatives aux entreprises unipersonnelles, nous renvoyons à l’étude publiée en avril 2006 dans ce magazine.

Au total, 481.299 entreprises ont été sélectionnées pour l’étude parmi la population active au 31 décembre 2013. Les mêmes critères appliqués aux faillites prononcées dans le courant de l’année 2013 ont produit 9.761 cas.

Dans la pratique, cela signifie pour l’année 2013 une hausse du nombre de sociétés de +1,22 % (fin 2012, elle était de +2,60 %, fin 2011 la croissance par rapport à 2010 était +3,49 %, fin 2010 l’on comptait une augmentation de +4,82 % de plus d’entreprises en activité qu’à la fin 2009, mais la croissance de l’année précédente était de +1,38 %). Le nombre de faillites dans la même sélection a considérablement augmenté : 1.116 cas de plus que l’année précédente, soit une croissance de +12,91 %.

En raison du fondement objectif des clignotants exigé à juste titre par le tribunal, dans le cadre de cette étude, nous avons décidé d’utiliser uniquement les signaux pouvant être établis de manière objective et incontestable. Cela signifie qu’il s’agit soit de signaux obtenus à partir de comptes annuels (ratios), soit de signaux pré-sentant un fondement juridique clair (citations ONSS, protêts, etc.).

En outre, on utilise trois systèmes d’évaluation (le «FiTo®-mètre», le Score Social Graydon et le montant limite de base) sans doute exploités par Graydon dans ses modèles, mais qui sont calculés à l’aide d’une formule fixe sur la base des «signaux objectifs» précités.

Il convient de remarquer que le tribunal utilise uniquement les cli-gnotants comme instrument de base. Ce sont les juges compétents qui évaluent les signaux sur la base de leur savoir-faire et de leur propre expérience.

Pour chaque clignotant, on a également projeté la fréquence, aussi bien sur la population active que sur les entreprises qui ont été déclarées en faillite en 2013. Cette approche permet de montrer clairement la position d’un clignotant déterminé par rapport aux entreprises actives ou faillies en 2013. La valeur d’alarme du cli-gnotant est ainsi étayée de manière statistique.

Pour chaque clignotant, on a tenu compte des territoires judiciaires (les arrondissements), ainsi que des provinces et régions.

Les séries de tableaux, ainsi que l’approche applicable aux sociétés unipersonnelles pour les clignotants, ont été publiées en même temps que cette étude sur le site web www.graydon.be.

Tous les chiffres concernent l’année 2013. Les faits ont été constatés au cours de cette année ou marquent la continuité de données déjà enregistrées.

1.2 Afbakening en omschrijving van het onderzoeksveld

Het onderhavige onderzoek is volledig toegespitst op de rechtsper-sonen of structuren die rechtstreeks in verband kunnen worden gebracht met het uitoefenen van een handelsactiviteit. Hierdoor worden enkel constructies bestudeerd die effectief faillissementsge-voelig zijn. Vervuiling van statistieken én van projecties ten opzichte van een totale populatie wordt zodoende vermeden. Inderdaad zou het weinig kies zijn de faillissementskansen van bijvoorbeeld handelsvennootschappen af te wegen ten opzichte van een totale populatie van geregistreerde entiteiten waaronder ministeries, OCMW’s, vzw’s en dergelijke.

In totaal werden binnen de op 31 december 2013 actieve populatie 481.299 vennootschapsvormen geselecteerd voor verder onderzoek. Dezelfde criteria toegepast op de faillissementen uitge-sproken in de loop van het jaar 2013 leverde 9.761 cases op.

Praktisch betekent dit dat het jaar 2013 een aanwas kende van het aantal vennootschappen van +1,22% (einde 2012 was dat +2,60%, einde 2011 bedroeg de groei +3,49% ten opzichte van 2010, einde 2010 waren er +4,82% meer bedrijven actief dan einde 2009, terwijl de groei het jaar voordien er nog een was van +1,38%). Het aantal faillissementen binnen diezelfde selectie steeg meer dan evenredig in 2013: 1.116 cases meer dan het jaar voordien of een toename met 12,91%. Bovendien zetten ook beduidend meer bedrijven hun activiteit stop zonder daarom over de kop te gaan.

Wegens de terecht door de rechtbank vereiste objectieve grond der knipperlichten opteren we ervoor om, binnen het kader van deze studie, enkel die signalen te gebruiken die objectief en onweerlegbaar vaststelbaar zijn. Dit betekent dat het ofwel gaat om signalen die uit de jaarrekening worden gehaald (ratio’s), ofwel om signalen die een duidelijke rechtsgrond hebben (dagvaardingen RSZ, protesten op wissels, ...).

Daarnaast worden drie beoordelingssystemen (de FiTo®-meter, de Graydon Sociale Score en het basislimietbedrag) gebruikt die Graydon weliswaar als onderdeel van haar modellen aanwendt, maar die volgens een vaste formule worden berekend op basis van de hierboven vernoemde “objectieve signalen”. Er moet worden opgemerkt dat de bevoegde rechters de signalen, in combinatie met andere factoren én op basis van de eigen ruime ervaring en knowhow, beoordelen.

Voor elk knipperlicht wordt geprojecteerd in welke mate het wordt waargenomen, zowel binnen de actieve populatie als binnen de populatie bedrijven die in de loop van 2013 failliet werd verklaard. Door deze benadering wordt uitdrukkelijk getoond in welke verhou-ding een welbepaald knipperlicht staat ten opzichte van zowel in 2013 actieve als in 2013 gefailleerde ondernemingen. De alarm-waarde van het knipperlicht wordt hiermee statistisch onderbouwd.

Voor elk knipperlicht wordt rekening gehouden met de gerechtelijke territoria (de arrondissementen), alsook de provincies en gewesten.

De volledige tabellenreeksen worden, samen met een bena- dering van de knipperlichten die van toepassing zijn op eenmans-zaken, gelijktijdig met deze studie gepubliceerd op de webstek www.graydon.be.

Al het cijfermateriaal heeft betrekking tot het jaar 2013. Feiten zijn ofwel dat jaar vastgesteld, ofwel is de continuïteit van een eerder geregistreerd gegeven aangetoond

Gezondheidsbarometer van de belgische ondernemingen Baromètre de la sante des entreprises belges

GRAYDON 4 2013

1.3 Observations générales concernant les clignotants des entreprises en faillite en 2013

1.3 Algemene waarnemingen inzake knipperlichten bij gefailleerden in 2013

OVERZICHT VAN VENNOOTSCHAPPEN Situatie per 31 december 2013 - APERCU DES SOCIÉTÉS Situation au 31 décembre 2013A. Opdeling naar arrondissement - Répartition selon l’arrondissement

Aantal ondernemingenNombre d’entreprises

Aantal ondernemingen met knipperlicht Nombre d’entreprises avec clignotant

Faillissementen 2013Faillites 2013

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

% vert. analyse % analyse vert.

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

% t.o.v. regio hor. analyse % par rapport à la région

analyse horizontale

% vert. analyse % analyse vert.

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

% t.o.v. regio hor. analyse % par rapport à la région

analyse horizontale

% vert. analyse % analyse vert.

Brussel - Bruxelles /Halle/Vilvoorde 97.574 20,27% 37.721 38,66% 22,82% 2.854 2,84% 29,27%Brugge 16.952 3,52% 5.562 32,81% 3,36% 208 1,21% 2,13%Ieper 4.608 0,96% 1.266 27,47% 0,77% 40 0,86% 0,41%Kortrijk 22.741 4,72% 6.805 29,92% 4,12% 241 1,05% 2,47%Oostende 6.865 1,43% 2.290 33,36% 1,39% 101 1,45% 1,04%Veurne 4.963 1,03% 1.659 33,43% 1,00% 76 1,51% 0,78%Dendemonde 26.188 5,44% 7.626 29,12% 4,61% 426 1,60% 4,37%Gent 29.669 6,16% 8.849 29,83% 5,35% 425 1,41% 4,36%Oudenaarde 8.063 1,68% 2.372 29,42% 1,43% 88 1,08% 0,90%Antwerpen 57.684 11,99% 20.518 35,57% 12,41% 1.280 2,17% 13,13%Mechelen 15.364 3,19% 4.735 30,82% 2,86% 193 1,24% 1,98%Turnhout 21.019 4,37% 6.461 30,74% 3,91% 394 1,84% 4,04%Leuven 20.985 4,36% 6.399 30,49% 3,87% 233 1,10% 2,39%Hasselt 22.243 4,62% 6.844 30,77% 4,14% 387 1,71% 3,97%Tongeren 15.411 3,20% 4.777 31,00% 2,89% 297 1,89% 3,05%Mons 10.640 2,21% 4.080 38,35% 2,47% 272 2,49% 2,79%Charleroi 14.205 2,95% 5.450 38,37% 3,30% 432 2,95% 4,43%Tournai 9.521 1,98% 3.566 37,45% 2,16% 185 1,91% 1,90%Dinant 5.004 1,04% 1.743 34,83% 1,05% 114 2,23% 1,17%Namur 9.485 1,97% 3.492 36,82% 2,11% 172 1,78% 1,76%Arlon 2.058 0,43% 792 38,48% 0,48% 39 1,86% 0,40%Marche-en-Famenne 2.242 0,47% 814 36,31% 0,49% 44 1,92% 0,45%Neufchâteau 2.610 0,54% 886 33,95% 0,54% 36 1,36% 0,37%Eupen 2.196 0,46% 633 28,83% 0,38% 18 0,81% 0,18%Liège 19.113 3,97% 7.128 37,29% 4,31% 565 2,87% 5,79%Huy 4.576 0,95% 1.518 33,17% 0,92% 99 2,12% 1,02%Verviers 6.816 1,42% 2.333 34,23% 1,41% 133 1,91% 1,36%Nivelles 22.504 4,68% 9.012 40,05% 5,45% 399 1,74% 4,09%BELGIE - BELGIQUE 481.299 100,00% 165.331 34,35% 100,00% 9.751 1,99% 100,00%

1.3.1 Commentaar

Verschillende internationale studies tonen aan dat bedrijven die naar het faillissement toe glijden een vrij gelijklopend stramien volgen, waarbij vaak jaren voor het faillissement die bedrijven eerst welbepaalde (soms extern waarneembare) defecten vertonen die naderhand worden bevestigd door voor de buitenwereld duidelijk waarneembare fouten.

Eerste niet onbelangrijke vaststelling: ondanks het feit dat zeker tegen het einde van 2010 sprake was van een economische revival, bleken in de praktijk de gevolgen van de crisisperiode verder na te zinderen. Bovendien werkte de tweede crisisgolf die doorbrak in september 2011 sneller op de gezondheidsgraad van de bedrijfswereld in. We noteren voor 2011 een stijging van het aantal ondernemingen dat minstens één van de dertien knip-perlichten vertoont van 149.302 cases in 2009 (34,95% van de totale populatie) over 147.862 cases in 2010 (33,4% van de totale populatie) naar 159.531 cases in 2011 (34,42% van de totale populatie), vorig jaar in 2012 ging het om 157.314 cases (-1,39%) .

Ook vinden we bij verdere analyse (op de volgende bladzijden) dat binnen de groep bedrijven mét knipperlichten we een verder stijging waarnemen van vooral financiële knipperlichten. Deze cijfers be-vestigen opnieuw uitdrukkelijk dat de crisisgolven in eerste instantie die bedrijven die reeds voordien problemen kenden verder hebben aangetast.

Het jaar 2012 vertoonde een bestendiging tot lichte verbetering in vergelijking met 2011. Het aantal vennootschappen met knip-perlichten daalde tot 157.314 (-1,39%), ofwel 33,08% van de actieve populatie. In 2013 steeg het aantal vennootschappen met knipperlichten opnieuw tot 165.331 ofwel 34,35% van de actieve populatie. Dit betekent concreet dat er nog steeds in meer dan 1 op 3 van de actieve vennootschappen minimaal 1 alarmsignaal wordt vastgesteld.

Gesteld dat het relatieve aantal bedrijven mét knipperlichten in een welbepaald arrondissement mag gelden als graadmeter voor de “gezondheidssituatie” van de bedrijven in dat arrondissement, zijn er over het land opmerkelijke verschillen te noteren. Het aantal arrondissementen waarvan de bedrijven met knipperlichten minder dan 30% uitmaken, is sterk afgenomen ten opzichte van het voor-gaande jaar 2012. Toen waren er maar liefst 11 arrondissementen met een aandeel van deze bedrijven van minder dan 30%, dit jaar

1.3.1 Commentaire

Plusieurs études internationales indiquent que les entreprises qui se rapprochent de la faillite ont des parcours relativement similaires selon lesquels, souvent plusieurs années avant la faillite, les entre-prises connaissent déjà des problèmes évidents (parfois évaluables de l’extérieur) qui seront ensuite confirmés par des erreurs parfaite-ment claires aux yeux des observateurs externes.

Première observation non négligeable : malgré une certaine reprise économique, surtout fin 2010, les conséquences de la crise ont continué à se faire ressentir. La seconde vague de crise, qui a débuté en septembre 2011, a produit ses effets plus rapidement sur la santé des entreprises. On observe en 2011 une augmentation du nombre d’entreprises présentant au moins un des treize cligno-tants, de 149.302 cas en 2009 (34,95 % de la population totale) à 147.862 cas en 2010 (33,4 % de la population totale), 159.531 cas en 2011 (34,42 % de la population totale), et 157.314 cas (-1,39 %) en 2012.

L’analyse (en pages suivantes) révèle que dans le groupe des entre-prises avec des clignotants, on observe une nouvelle hausse des clignotants financiers surtout. Ces chiffres confirment à nouveau explicitement que les vagues de crise ont touché principalement les entreprises qui étaient déjà en difficulté. L’année 2012 avait tendance à s’améliorer petit à petit par rapport à 2011.

Le nombre d’entreprises avec clignotants baissait jusqu’à 157.314 (-1,39 %), soit 33,08 % de la population active. En 2013, le nombre de d’entreprises avec clignotants a augmenté de nouveau jusqu’à 165.331, soit 34,35 % de la population active. Concrètement, cela signifie que toujours une sur trois entreprises en activité présente au moins un clignotant.

En admettant que le nombre relatif d’entreprises avec clignotants dans un arrondissement donné peut faire office de Baromètre pour la santé des entreprises dans cet arrondissement, on remarque des différences notables à l’échelle nationale. Le nombre d’arrondisse-ments dont les entreprises avec clignotants représentent moins de 30 %, a fortement baissé par rapport à 2012. A ce moment-là, pas moins de 11 arrondissements voient diminuer la part de ces entre-prises jusqu’à moins de 30 % ; l’année 2013 il n’y en avait que 6. Ce qui est aussi remarquable, c’est que dans tous les arrondissements le score est pire que celui de l’année dernière.

Gezondheidsbarometer van de belgische ondernemingen Baromètre de la sante des entreprises belges

GRAYDON 5 2013

zijn dat er nog amper 6. Opvallend is eveneens dat in alle arrondis-sementen de scores opnieuw verslechterd zijn ten opzichte van vorig jaar.

Inderdaad mag desgevallend opnieuw het arrondissement Ieper met 27,47% (verleden jaar nog 24,67%) ondernemingen met knipperlichten gelden als dat arrondissement met relatief het grootste aantal gezonde ondernemingen. Ook in de arrondisse-menten Dendermonde (29,12% met knipperlichten), Oudenaarde (29,42%), Eupen (28,83%), Kortrijk (29,92%) en Gent (29,83%) blijven de scores onder de 30%.

De arrondissementen Nijvel en Brussel bekleden al enige jaren de eerste en tweede positie van regio’s met minst gezonde bedrijven-populatie. In 2011 jaar piekte Nijvel negatief met 39,28%. Na een terugval in 2012 tot 37,87% steeg in 2013 dat aandeel verder naar een recordhoogte van 40,05%, Nijvel voert daarmee de rangschik-king aan. Brussel, op de tweede plaats, scoort met 38,66% opnieuw slechter dan vorig jaar maar de schommeling blijft er wel beperkt (verleden jaar 38,32%, in 2011 nog 38,98%). De gerechtelijke ar-rondissementen Aarlen (38,48 %, vorig jaar 35,55%) en Charleroi (38,37% ondernemingen, vorig jaar 37,08%) staan op plaatsen 3 en 4. De sterkste stijgingen noteerden we in de arrondissementen Luik (+4%) en Verviers (+3,03%).

1.4 Alarmwaarde van het knipperlicht

Hoe sterk weegt een welbepaald knipperlicht? Dit kan eenvoudig worden berekend door te bepalen hoe vaak een faillissement werd uitgesproken nadat het knipperlicht werd vastgesteld. Hiervoor gaan we na bij hoeveel bedrijven die in 2013 failliet werden verklaard het signaal vroegtijdig voorkwam. Dit wordt in verhouding geplaatst tot het totaal aantal keren dat we datzelfde signaal vaststellen bij ondernemingen die per 31/12/2013 nog actief waren.

Onderstaande tabel geeft weer in hoeveel gevallen het knipperlicht in 2013 effectief gevolgd werd door een faillissementsuitspraak alsook het procent van de per 31/12/2013 actieve en het procent van de in 2013 failliet verklaarde bedrijven waar een specifiek knip-perlicht voorkomt.

En effet, l’arrondissement d’Ypres, avec seulement 24,47 % d’entreprises avec clignotants (alors que l’année dernière il s’agis-sait encore de 24,67 %), peut à nouveau être considéré comme l’arrondissement ayant le plus grand nombre – relatif – d’entreprises sans clignotants. Autrement dit, l’’arrondissement d’Ypres comporte donc le plus grand nombre d’entreprises saines. Aussi les arron-dissements de Termonde (29,12 % avec clignotants), Audenarde (29,42 %), Eupen (28,83 %), Courtrai (29,92 %) et Gand (29,83 %) présentent un score moins de 30 %.

Depuis quelques années, les arrondissements de Nivelles et de Bruxelles occupent respectivement la première et la deuxième place en tant que régions avec la population des entreprises la moins saine. En 2011, l’arrondissement de Nivelles atteignait un pic négatif avec 39,28 %. Après une diminution jusqu’à 37,87 % en 2012, le nombre a augmenté en 2013 jusqu’à un record de 40,05 %. Nivelles occupe ainsi la première place dans le classement. Bruxelles, en deuxième place, obtient avec 38,66 % de nouveau un pire score que l’année passé bien que la fluctuation s’y limite (en 2012 : 38,32 %, en 2011 encore 38,98 %). Les arrondisse-ments judiciaires d’Arlon (38,48 %, l’année dernière 35,55 %) et de Charleroi (38,37 % d’entreprises, l’année dernière 37,08 %) et occupent respectivement la 3e et la 4e place. Nous notons les hausses les plus significatives dans les arrondissements de Liège (+4 %) et Verviers (+3,03 %).

1.4 Valeur d’alarme du clignotant

Quel est le poids d’un clignotant donné? Cela peut être calculé de manière simple en déterminant la fréquence des jugements de faillite après la constatation du clignotant. Pour ce faire, on a déterminé le nombre de sociétés qui ont été déclarées en faillite en 2013 et pour lesquelles ce signal est apparu. Cela a été comparé au nombre total de reprises auquel ce même signal a été constaté dans les entreprises qui étaient encore actives au 31 décembre 2013.

Le tableau ci-dessous indique le nombre de cas dans lesquels le cli-gnotant a été effectivement suivi en 2013 d’un jugement de faillite, ainsi que le pourcentage des sociétés actives au 31 décembre 2013 et déclarées en faillite en 2013 et dans lesquelles un clignotant spécifique est apparu.

2013

2013onderzoek april 2014 / étude avril 2014

2007Eén fal.per ...

ondernemingen Une faillite par ...

entreprises

2008Eén fal.per ...

ondernemingen Une faillite par ...

entreprises

2009Eén fal.per ...

ondernemingen Une faillite par ...

entreprises

2010Eén fal.per ...

ondernemingen Une faillite par ...

entreprises

2011Eén fal.per ...

ondernemingen Une faillite par ...

entreprises

2012Eén fal.per ...

ondernemingen Une faillite par ...

entreprises

2013Eén fal.per ...

ondernemingen Une faillite par ...

entreprises

% bij faillerende ondernemingen % auprès des

entreprises faillies

% bij actieve ondernemingen % auprès des

entreprises actives

Rentabiliteit 2 jaar negatiefRentabilité négative pendant 2 années successives 28,7 ↓ 42,2 ↓ 59,5 ↓ 72,1 ↓ 41,4 ↑ 38,0 ↑ 35,8 11,83% 8,35%Liquiditeit < 0,5Liquidité < 0,5 44,1 ↓ 42,8 ↑ 71,9 ↓ 90,2 ↓ 40,4 ↑ 38,6 ↑ 35,2 23,89% 16,58%Algemene schuldgraad > 100%Degré d’endettement général supérieur à 100% 34,1 ↓ 31,9 ↑ 50,1 ↓ 63,9 ↓ 30,6 ↑ 28,8 ↑ 27,3 39,64% 2,71%Eigen vermogen < 50% kapitaal Fonds propres inférieurs à 50% du capital 28,1 ↓ 26,8 ↑ 25,8 ↑ 41,8 ↓ 25,0 ↑ 23,6 ↑ 22,2 41,91% 18,01%Vervallen schuld Fiscus RSZDettes échues envers le fisc ou l’ONSS 12,6 ↑ 12,0 ↑ 19,6 ↓ 25,3 ↓ 10,9 ↑ 7,5 ↑ 10,7 0,30% 0,06%Basislimietbedrag negatiefMontant limite de base négatif 8,2 ↓ 11,5 ↓ 17,5 ↓ 20,6 ↓ 11,7 ↑ 10,8 ↑ 9,7 17,17% 3,01%Dagvaardingen RSZCitations par l’ONSS 11,7 ↑ 10,6 ↑ 11,1 ↓ 17,3 ↓ 9,2 ↑ 9,1 ↑ 9,6 11,26% 1,96%FiTo®-meter sterk negatiefFiTo®-mètre fortement négatif 9,5 ↓ 10,6 ↓ 17,3 ↓ 19,1 ↓ 8,9 ↑ 8,6 ↑ 8,5 10,87% 1,64%Bestuurder in ander faillissementAdministrateur signalé dans une autre entreprise en faillite 8,0 ↑ 7,5 ↑ 7,8 ↓ 10,5 ↓ 5,9 ↑ 6,0 ↓ 5,4 25,57% 2,29%Geen publicatie jaarrekening 24 maandPas de publication des C.A. pendant les 24 derniers mois 9,0 ↓ 8,5 ↑ 7,7 ↑ 7,8 ↓ 5,0 ↑ 4,7 ↑ 4,4 39,64% 2,71%Protesten op wisselbrievenProtêts 3,9 ↑ 4 ↓ 3,8 ↑ 5,7 ↓ 3,7 ↑ 3,7= 3,8 4,1% 0,2%GSS sterk negatiefScore social Graydon fortement négatif 3,1 ↓ 2,7 ↑ 2,7 = 3,4 ↓ 2,2 ↑ 2,3 ↓ 2,1 16,9% 0,4%

Niet elk knipperlicht is even sterk. Bovendien blijken net de finan-ciële ratio’s, die in de dagdagelijkse praktijk het vaakst gebruikt worden nog steeds beduidend zwakker dan criteria als daar zijn scores die berekend worden op basis van waarnemingen inzake sociale verplichtingen, het feit dat bestuurders eerder betrokken zijn in een ander faillissement of de vaststelling dat een jaarrekening met beduidende vertraging wordt gepubliceerd.

Wie probeert onderscheid te maken tussen een bedrijf dat in moei-lijkheden verkeert en een bedrijf dat normaal loopt, aan de hand van bijvoorbeeld het ook in veel actieve ondernemingen voorkomend knipperlicht van de zwakke liquiditeit (type 11) zal absoluut niet het verschil kunnen maken: een bedrijf op 35,2 gevallen met zwakke liquiditeit gaat over de kop. Andere traditionele knipperlichten zoals de rentabiliteit, een hoge schuldgraad of een zwak eigen vermogen discrimineren slechts zwak.

Tous les clignotants n’ont pas la même valeur. En outre, ce sont les ratios financiers, qui sont utilisés le plus fréquemment dans la pratique quotidienne, qui ne cessent de s’affaiblir par rapport à d’autres critères comme les scores calculés sur base d’observations au niveau des obligations sociales, le fait que les administrateurs aient déjà été impliqués précédemment dans une faillite ou que les comptes soient publiés très tardivement.

Si on tente de faire la distinction entre une société en difficultés et une société en situation normale sur la base, par exemple, du clignotant de faibles liquidités (code 11) également présent dans de nombreuses sociétés actives, il sera difficile de distinguer les diffé-rences : une société sur 35,2 cas de faibles liquidités est déclarée en faillite. D’autres clignotants traditionnels comme un taux d’endet-tement élevé ou des fonds propres réduits font peu de différence.

Gezondheidsbarometer van de belgische ondernemingen Baromètre de la sante des entreprises belges

GRAYDON 6 2013

Het sterkste signaal blijft zonder enige twijfel de GSS (Graydon Sociale Score). In 2013 gingen inderdaad één op 2,1 gevallen met dit kenmerk naderhand over de kop. Het knipperlicht is des te meer belangwekkend, omdat het effectief vaak voorkomt bij falende on-dernemingen (16,9% van alle gefailleerden had dit kenmerk), terwijl het knipperlicht uiterst zelden voorkomt bij actieve ondernemingen (slechts in 0,4% van de gevallen).

Beschouwen we de evolutie van de signaalwaarde, dan stellen we vast dat de signalen op basis van klassieke jaarrekeninganalyse beperkte kracht hebben, terwijl het feitenmateriaal beduidend beter de evolutie aanduidt.

Algemeen stelden we in 2010 een duidelijke verzwakking van een aantal alarmsignalen vast. Sinds 2011 geldt de omgekeerde beweging: de alarmwaarde van alle knipperlichten steeg zelfs opnieuw gevoelig. Sommige knipperlichten, de niet-jaarrekening-gevoelige in het bijzonder, scoren opnieuw alarmwaarden die vergelijkbaar en zelfs sterker zijn dan de metingen voor de crisis. In 2012 stijgt de alarmwaarde van de meeste knipperlichten nog lichtjes. Voor 2013 stijgt de alarmwaarde van bijna alle knipperlich-ten nog verder.

2. Analyse van de knipperlichten

2.1 Knipperlicht 1: Eigen vermogen kleiner dan 50% van het kapitaal

Rubriek 10/15 uit de jaarrekening – het nettoactief (eigen vermogen) is gedaald tot minder dan de helft van het kapitaal (artikel 332-431-633 Vennootschapswet) en/of beneden het wettelijk minimumkapitaal.

Le signal le plus fort, qui s’est d’ailleurs nettement renforcé en 2013 reste sans aucun doute le GSS (Social Score Graydon). En effet, en 2013 une société sur 2,1 présentant cette caractéristique a été déclarée en faillite. Ce clignotant est d’autant plus important parce qu’il apparaît effectivement souvent dans les entreprises en difficulté (16,9 % de toutes les sociétés en faillite présentaient cette caractéristique), tandis qu’il apparaît rarement dans les entreprises actives (uniquement dans 0,4 % des cas).

En observant l’évolution de la valeur d’alarme du clignotant, nous constatons que sur la base de l’analyse classique des comptes annuels, ces signaux n’ont qu’une valeur limitée, tandis que les faits reflètent l’évolution d’une manière beaucoup plus efficace.

En général, on observe en 2010 un net affaiblissement des signaux d’alarme. La tendance est inverse en 2011 : la valeur d’alarme de tous les clignotants a de nouveau augmenté sensiblement. Certains clignotants, ceux qui ne sont pas sensibles aux comptes annuels en particulier, ont à nouveau une valeur d’alerte comparable, voire sont même plus forts, que les mesures avant la crise. En 2012, la valeur d’alarme de la plupart des clignotants se renforce encore légèrement. En ce qui concerne 2013, la valeur d’alerte de presque tous les clignotants continue d’augmenter davantage.

2. Analyse des clignotants

2.1 Clignotant 1 : Fonds propres inférieurs à 50 % du capital

Rubrique 10/15 des comptes annuels – actif net (fonds propres) tombés sous la moitié du capital (art. 332-431-633 du code des sociétés) et/ou sous le capital minimum légal.

KNIPPERLICHT TYPE 1 - CLIGNOTANT TYPE 1Eigen vermogen kleiner dan 50% van het kapitaal - Fonds propres inférieurs à 50% du capital

A. Opdeling naar arrondissement - Répartition selon l’arrondissement

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

Ondernemingen met knipperlicht type 1 Entreprises avec clignotant type 1

Failliet: 2013Faillites 2013

Knipperlicht T1 op faillissementen 2013Clignotant T1 sur faillites 2013

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

% t.o.v. regio hor. analyse

% par rapport à la région analyse

horizontale

% vert. analyse % analyse vert.

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

% t.o.v. regio % par rapport

à la région

1 fallissement per ... bedrijven 1 faillite par ...

entreprises

Brussel - Bruxelles /Halle/Vilvoorde 97.574 20.911 21,43% 24,12% 2.854 1113 39,00% 19,8Brugge 16.952 2.644 15,60% 3,05% 208 110 52,88% 25,0Ieper 4.608 619 13,43% 0,71% 40 15 37,50% 42,3Kortrijk 22.741 2.992 13,16% 3,45% 241 115 47,72% 27,0Oostende 6.865 1.190 17,33% 1,37% 101 43 42,57% 28,7Veurne 4.963 784 15,80% 0,90% 76 33 43,42% 24,8Dendemonde 26.188 3.648 13,93% 4,21% 426 140 32,86% 27,1Gent 29.669 4.289 14,46% 4,95% 425 163 38,35% 27,3Oudenaarde 8.063 1.189 14,75% 1,37% 88 48 54,55% 25,8Antwerpen 57.684 11.164 19,35% 12,88% 1.280 544 42,50% 21,5Mechelen 15.364 2.529 16,46% 2,92% 193 87 45,08% 30,1Turnhout 21.019 3.369 16,03% 3,89% 394 170 43,15% 20,8Leuven 20.985 3.409 16,24% 3,93% 233 96 41,20% 36,5Hasselt 22.243 3.231 14,53% 3,73% 387 138 35,66% 24,4Tongeren 15.411 2.250 14,60% 2,60% 297 103 34,68% 22,8Mons 10.640 2.181 20,50% 2,52% 272 127 46,69% 18,2Charleroi 14.205 2.965 20,87% 3,42% 432 193 44,68% 16,4Tournai 9.521 1.836 19,28% 2,12% 185 82 44,32% 23,4Dinant 5.004 893 17,85% 1,03% 114 57 50,00% 16,7Namur 9.485 1.931 20,36% 2,23% 172 76 44,19% 26,4Arlon 2.058 453 22,01% 0,52% 39 14 35,90% 33,4Marche-en-Famenne 2.242 437 19,49% 0,50% 44 22 50,00% 20,9Neufchâteau 2.610 446 17,09% 0,51% 36 16 44,44% 28,9Eupen 2.196 316 14,39% 0,36% 18 8 44,44% 40,5Liège 19.113 3.720 19,46% 4,29% 565 245 43,36% 16,2Huy 4.576 819 17,90% 0,94% 99 41 41,41% 21,0Verviers 6.816 1.188 17,43% 1,37% 133 78 58,65% 16,2Nivelles 22.504 5.289 23,50% 6,10% 399 210 52,63% 26,2BELGIE - BELGIQUE 481.299 86.692 18,01% 100,00% 9.751 4.087 41,91% 22,2

B. Opdeling naar provincies en gewesten - Répartition selon les provinces et les régionsGEWEST BRU. - REGION BXL. 72.985 16.528 22,65% 19,07% 2560 972 37,97% 18,0GEWEST VLAANDEREN 297.344 47.690 16,04% 55,01% 4683 1946 41,55% 25,5Vlaams-Brabant 45.574 7.792 17,10% 8,99% 527 237 44,97% 33,9West-Vlaanderen 56.129 8.229 14,66% 9,49% 666 316 47,45% 27,0Oost-Vlaanderen 63.920 9.126 14,28% 10,53% 939 351 37,38% 27,0Antwerpen 94.067 17.062 18,14% 19,68% 1867 801 42,90% 22,3Limburg 37.654 5.481 14,56% 6,32% 684 241 35,23% 23,7REGION DE LA WALLONIE 110.970 22.474 20,25% 25,92% 2508 1169 46,61% 20,2Brabant wallon 22.504 5.289 23,50% 6,10% 399 210 52,63% 26,2Hainaut 34.366 6.982 20,32% 8,05% 889 402 45,22% 18,4Namur 14.489 2.824 19,49% 3,26% 286 133 46,50% 22,2Luxembourg 6.910 1.336 19,33% 1,54% 119 52 43,70% 26,7Liège 32.701 6.043 18,48% 6,97% 815 372 45,64% 17,2BELGIE-BELGIQUE 481.299 86.692 18,01% 100,00% 9751 4087 41,91% 22,2

Gezondheidsbarometer van de belgische ondernemingen Baromètre de la sante des entreprises belges

GRAYDON 7 2013

KNIPPERLICHT TYPE 2 - CLIGNOTANT TYPE 2Algemene schuldgraad groter dan 100% - Degré d’endettement général supérieur à 100%

A. Opdeling naar arrondissement - Répartition selon l’arrondissement

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

Ondernemingen met knipperlicht type 2Entreprises avec clignotant type 2

Failliet: 2013Faillites 2013

Knipperlicht T2 op faillissementen 2013Clignotant T2 sur faillites 2013

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

% t.o.v. regio hor. analyse

% par rapport à la région analyse

horizontale

% vert. analyse % analyse vert.

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

% t.o.v. regio % par rapport

à la région

1 fallissement per ... bedrijven 1 faillite par ...

entreprises

Brussel - Bruxelles /Halle/Vilvoorde 97.574 13.850 14,19% 15,98% 2.854 471 16,50% 30,4Brugge 16.952 1.848 10,90% 2,13% 208 70 33,65% 27,4Ieper 4.608 417 9,05% 0,48% 40 8 20,00% 53,1Kortrijk 22.741 1.983 8,72% 2,29% 241 60 24,90% 34,1Oostende 6.865 814 11,86% 0,94% 101 25 24,75% 33,6Veurne 4.963 520 10,48% 0,60% 76 20 26,32% 27,0Dendemonde 26.188 2.470 9,43% 2,85% 426 85 19,95% 30,1Gent 29.669 2.841 9,58% 3,28% 425 97 22,82% 30,3Oudenaarde 8.063 793 9,84% 0,91% 88 29 32,95% 28,3Antwerpen 57.684 7.823 13,56% 9,02% 1.280 305 23,83% 26,6Mechelen 15.364 1.759 11,45% 2,03% 193 60 31,09% 30,3Turnhout 21.019 2.364 11,25% 2,73% 394 99 25,13% 24,9Leuven 20.985 2.326 11,08% 2,68% 233 59 25,32% 40,4Hasselt 22.243 1.981 8,91% 2,29% 387 85 21,96% 24,3Tongeren 15.411 1.329 8,62% 1,53% 297 65 21,89% 21,4Mons 10.640 1.487 13,98% 1,72% 272 71 26,10% 21,9Charleroi 14.205 1.965 13,83% 2,27% 432 112 25,93% 18,5Tournai 9.521 1.275 13,39% 1,47% 185 45 24,32% 29,3Dinant 5.004 609 12,17% 0,70% 114 33 28,95% 19,5Namur 9.485 1.350 14,23% 1,56% 172 46 26,74% 30,3Arlon 2.058 316 15,35% 0,36% 39 9 23,08% 36,1Marche-en-Famenne 2.242 272 12,13% 0,31% 44 13 29,55% 21,9Neufchâteau 2.610 286 10,96% 0,33% 36 5 13,89% 58,2Eupen 2.196 223 10,15% 0,26% 18 7 38,89% 32,9Liège 19.113 2.450 12,82% 2,83% 565 146 25,84% 17,8Huy 4.576 549 12,00% 0,63% 99 22 22,22% 26,0Verviers 6.816 777 11,40% 0,90% 133 44 33,08% 18,7Nivelles 22.504 3.641 16,18% 4,20% 399 128 32,08% 29,4BELGIE - BELGIQUE 481.299 58.318 12,12% 100,00% 9.751 2.219 22,76% 27,3

B. Opdeling naar provincies en gewesten - Répartition selon les provinces et les régionsGEWEST BRU. - REGION BXL. 72.985 11.134 15,26% 19,09% 2560 383 14,96% 30,1GEWEST VLAANDEREN 297.344 31.984 10,76% 54,84% 4683 1155 24,66% 28,7Vlaams-Brabant 45.574 5.042 11,06% 8,65% 527 147 27,89% 35,3West-Vlaanderen 56.129 5.582 9,94% 9,57% 666 183 27,48% 31,5Oost-Vlaanderen 63.920 6.104 9,55% 10,47% 939 211 22,47% 29,9Antwerpen 94.067 11.946 12,70% 20,48% 1867 464 24,85% 26,7Limburg 37.654 3.310 8,79% 5,68% 684 150 21,93% 23,1REGION DE LA WALLONIE 110.970 15.200 13,70% 26,06% 2508 681 27,15% 23,3Brabant wallon 22.504 3.641 16,18% 6,24% 399 128 32,08% 29,4Hainaut 34.366 4.727 13,75% 8,11% 889 228 25,65% 21,7Namur 14.489 1.959 13,52% 3,36% 286 79 27,62% 25,8Luxembourg 6.910 874 12,65% 1,50% 119 27 22,69% 33,4Liège 32.701 3.999 12,23% 6,86% 815 219 26,87% 19,3BELGIE-BELGIQUE 481.299 58.318 12,12% 100,00% 9751 2219 22,76% 27,3

Voor 18,01% (2012: 17,9% - 2011: 18,07% en 2010: 18,48%) van de 481.299 ondernemingen is per 31/12/2013 de alarmbel-procedure van toepassing: het nettoactief is dus gedaald tot minder dan de helft van het kapitaal. Belangrijk hierbij is de vaststelling dat 41,91% (2012: 43,56%) van alle vennootschappen tegen wie in 2013 het faillissement werd uitgesproken dit kenmerk vertoonde.

Het gerechtelijk arrondissement Nijvel telt naar verhouding het grootste aantal onder-gekapitaliseerde ondernemingen met 23,5% (in 2012: 23,2%), terwijl Kortrijk en Ieper ter zake het beste scoren. Als alarmsignaal is het knipperlicht nochtans het sterkst binnen de arrondissementen Luik en Verviers, alsook Charleroi en Dinant.

In de loop van 2013 is er in België één bedrijf per groep van 22,2 (in 2009 nog één per 25,8, in 2010 één per 41,8, in 2011 één per 25 en vorig jaar 1 per 23,6) ondernemingen die dit knipperlicht vertoonde over de kop gegaan.

2.2 Knipperlicht 2: Algemene schuldgraad meer dan 100%

De solvabiliteit is kleiner dan 0, of de algemene schuldgraad is groter dan 100%.

Au 31/12/2013, la procédure de sonnette d’alarme a été déclen-chée pour 18,01 % (l’année 2010 encore 18,48 %, 2011 18,07 % et en 2012 17,9 %) des 481.299 entreprises : le niveau de l’actif net est donc inférieur à la moitié du capital. Fait important, 41,91 % (en 2012 : 43,56 %) de toutes les entreprises déclarées en faillite en 2013 présentaient cette caractéristique.

L’arrondissement judiciaire de Nivelles compte, proportionnelle-ment, le plus grand nombre d’entreprises sous-capitalisées, 23,5 % (en 2012 encore 23,2 %), tandis que Courtrai et Ypres remportent les meilleurs scores en la matière. Le clignotant revêt la plus grande valeur d’alarme dans les arrondissements de Verviers et de Liège, ainsi que Charleroi et Dinant.

Dans le courant de 2013, en Belgique, une entreprise par groupe de 22,2 (une sur 25,8 en 2009, une sur 41,8 en 2010, une sur 25 en 2011 et l’année dernière une sur 23,6) présentant le clignotant indicateur de faillite a fait la culbute.

2.2 Clignotant 2 : Taux d’endettement général supérieur à 100 %

La solvabilité est inférieure à 0 ou le taux d’endettement général est supérieur à 100 %.

Het knipperlicht benadrukt een tekort aan nettobedrijfskapitaal. Het eigen vermogen is dus negatief. De bij de vennootschapswet voorziene alarmbelprocedure is veelal reeds geruime tijd ingetre-den. Deze vennootschappen dienen nieuwe rentabiliteit te creëren en hebben bovenal nood aan vers kapitaal.

Over het volledige Belgische territorium ging er in 2013 één bedrijf per 27,3 (in 2012 één per 28,8, in 2011 één per 30,6 en in 2010 zelfs slechts één per 63,9) dat het kenmerk op hun laatste gepubliceerde jaarrekening vertoonde over de kop. Het is binnen arrondissement

Ce clignotant souligne un capital d’exploitation net insuffisant. L’actif net est donc négatif. Souvent la procédure de sonnette d’alarme prévue par la loi sur les sociétés est donc déclenchée depuis longtemps déjà. Ces sociétés doivent créer une nouvelle rentabilité et ont besoin par-dessus tout de capitaux frais.

Sur l’ensemble du territoire belge, en 2013, une société sur 27,3 (en 2012 une sur 28,8, en 2011 une sur 30,6 et en 2010 même seulement une sur 63,9) qui présentaient cette caractéristique dans ses derniers comptes annuels publiés a été déclarée en faillite.

Gezondheidsbarometer van de belgische ondernemingen Baromètre de la sante des entreprises belges

GRAYDON 8 2013

Luik dat knipperlicht nr. 2 het sterkst geldt als alarmsignaal, op de voet gevolgd door Charleroi en Verviers. In Neufchâteau en Ieper blijkt het alarmsignaal nauwelijks relevant.

Voor het derde jaar op rij wint het signaal terug aan belang. Nu stellen we het probleem vast voor 12,12% der vennootschappen, terwijl de alarmwaarde is gestegen naar één bedrijf per 27,3. Op arrondissementsniveau wordt het probleem het meest vastgesteld in Luik, Verviers, Charleroi en Dinant. Relatief zijn de bedrijven uit Ieper, Neufchâteau, Tongeren en Hasselt het minst in aantal met een netto-passief.

2.3 Knipperlicht 3: Protesten op wisselbrieven

Wanneer een onderneming haar engagement van betaling niet kan hardmaken na het onderschrijven van een wisselbrief en er bijgevolg een verschijnsel “geprotesteerde wissel” wordt waargenomen, dan is er een sterk vermoeden dat de onderneming naar een situatie van discontinuïteit evolueert. Hoewel in sommige sectoren terug meer in zwang, stellen we algemeen vast dat het gebruik van de wissel, en dus ook het protest erop, jaar na jaar vermindert.

C’est dans l’arrondissement de Liège que le clignotant de code 2 est le plus pertinent en matière de signal d’alarme, suivi de près par Charleroi et Verviers. A Neufchâteau et Ypres le signal d’alarme semble à peine pertinent.

Après trois ans de régression progressive, le signal regagne en importance. A présent, nous observons le problème chez 12,12 % des entreprises, alors que le signal d’alarme a augmenté à une entreprise sur 27,3. Au niveau des arrondissements, le problème est le plus souvent constaté à Liège, Verviers, Charleroi et Dinant. Proportionnellement, les sociétés des régions d’Ypres, de Tongres, de Neufchâteau et de Hasselt sont les moins nombreuses à présenter un passif net.

2.3 Clignotant 3 : Protêts

Lorsqu’une entreprise ne peut pas remplir son engagement de payer après avoir souscrit une lettre de change et que l’on enregistre dès lors un phénomène de protêt, la présomption est forte que l’entre-prise évolue vers une situation de discontinuité. L’utilisation de la lettre de change, et donc du protêt, diminue chaque année.

Bleken in 2003 nog 0,60% van de ondernemingen te kampen met geprotesteerde wissels dan werden er in 2013 nog 0,23% geteld. Protesten blijken echter duidelijke graadmeters te zijn voor mogelijke discontinuïteit. Van de 1.125 bedrijven met protesten tegen zich gingen er in 2013 maar liefst 404, of één geval per 3,8 waarnemingen, failliet. Het protest wordt waargenomen in 4,14% van de in 2013 genoteerde faillissementen (vorig jaar: 4,85%). De alarmfunctie blijkt het grootst binnen het arrondissement Kortrijk waar in 2013 één bedrijf op 2,7 dat drager was van het knipperlicht over de kop ging, onmiddellijk gevolgd door de arrondissementen Ieper en Hasselt met 1 bedrijf per 2,8.

Si en 2003, 0,60 % des entreprises étaient encore confrontées à des protêts, en 2013, elles n’étaient plus que 0,23 %. Toutefois, les protêts restent des baromètres clairs d’une discontinuité éventuelle. Sur les 1.125 sociétés confrontées à des protêts, 404, ou une sur 3,8, ont été déclarées en faillite en 2013. Le protêt a été signalé dans 4,14 % des faillites enregistrées en 2013 (l’année dernière 4,85 %). La fonction d’alarme semble être la plus importante dans l’arrondissement de Courtrai où en 2013, 1 société sur 2,7 pré-sentant ce clignotant a été déclarée en faillite, suivi de près par les arrondissements de Ypres et de Hasselt avec une entreprise sur 2,8.

KNIPPERLICHT TYPE 3 - CLIGNOTANT TYPE 3Protesten op Wisselbrieven - Protêts

A. Opdeling naar arrondissement - Répartition selon l’arrondissement

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

Ondernemingen met knipperlicht type 3Entreprises avec clignotant type 3

Failliet: 2013Faillites 2013

Knipperlicht T3 op faillissementen 2013Clignotant T3 sur faillites 2013

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

% t.o.v. regio hor. analyse

% par rapport à la région analyse

horizontale

% vert. analyse % analyse vert.

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

% t.o.v. regio % par rapport

à la région

1 fallissement per ... bedrijven 1 faillite par ...

entreprises

Brussel - Bruxelles /Halle/Vilvoorde 97.574 327 0,34% 29,07% 2.854 112 3,92% 3,9Brugge 16.952 26 0,15% 2,31% 208 5 2,40% 6,2Ieper 4.608 7 0,15% 0,62% 40 4 10,00% 2,8Kortrijk 22.741 26 0,11% 2,31% 241 15 6,22% 2,7Oostende 6.865 19 0,28% 1,69% 101 2 1,98% 10,5Veurne 4.963 12 0,24% 1,07% 76 6 7,89% 3,0Dendemonde 26.188 38 0,15% 3,38% 426 8 1,88% 5,8Gent 29.669 38 0,13% 3,38% 425 16 3,76% 3,4Oudenaarde 8.063 12 0,15% 1,07% 88 6 6,82% 3,0Antwerpen 57.684 97 0,17% 8,62% 1.280 29 2,27% 4,3Mechelen 15.364 22 0,14% 1,96% 193 10 5,18% 3,2Turnhout 21.019 35 0,17% 3,11% 394 11 2,79% 4,2Leuven 20.985 26 0,12% 2,31% 233 8 3,43% 4,3Hasselt 22.243 34 0,15% 3,02% 387 19 4,91% 2,8Tongeren 15.411 19 0,12% 1,69% 297 8 2,69% 3,4Mons 10.640 38 0,36% 3,38% 272 16 5,88% 3,4Charleroi 14.205 74 0,52% 6,58% 432 30 6,94% 3,5Tournai 9.521 26 0,27% 2,31% 185 8 4,32% 4,3Dinant 5.004 24 0,48% 2,13% 114 8 7,02% 4,0Namur 9.485 28 0,30% 2,49% 172 13 7,56% 3,2Arlon 2.058 10 0,49% 0,89% 39 5 12,82% 3,0Marche-en-Famenne 2.242 5 0,22% 0,44% 44 2 4,55% 3,5Neufchâteau 2.610 11 0,42% 0,98% 36 2 5,56% 6,5Eupen 2.196 3 0,14% 0,27% 18 0 0,00%Liège 19.113 61 0,32% 5,42% 565 26 4,60% 3,3Huy 4.576 19 0,42% 1,69% 99 7 7,07% 3,7Verviers 6.816 27 0,40% 2,40% 133 12 9,02% 3,3Nivelles 22.504 61 0,27% 5,42% 399 16 4,01% 4,8BELGIE - BELGIQUE 481.299 1.125 0,23% 100,00% 9.751 404 4,14% 3,8

B. Opdeling naar provincies en gewesten - Répartition selon les provinces et les régionsGEWEST BRU. - REGION BXL. 76.997 285 0,37% 25,33% 2560 105 4,10% 3,7GEWEST VLAANDEREN 293.332 453 0,15% 40,27% 4683 154 3,29% 3,9Vlaams-Brabant 41.562 68 0,16% 6,04% 527 15 2,85% 5,5West-Vlaanderen 56.129 90 0,16% 8,00% 666 32 4,80% 3,8Oost-Vlaanderen 63.920 88 0,14% 7,82% 939 30 3,19% 3,9Antwerpen 94.067 154 0,16% 13,69% 1867 50 2,68% 4,1Limburg 37.654 53 0,14% 4,71% 684 27 3,95% 3,0REGION DE LA WALLONIE 110.970 387 0,35% 34,40% 2508 145 5,78% 3,7Brabant wallon 22.504 61 0,27% 5,42% 399 16 4,01% 4,8Hainaut 34.366 138 0,40% 12,27% 889 54 6,07% 3,6Namur 14.489 52 0,36% 4,62% 286 21 7,34% 3,5Luxembourg 6.910 26 0,38% 2,31% 119 9 7,56% 3,9Liège 32.701 110 0,34% 9,78% 815 45 5,52% 3,4BELGIE-BELGIQUE 481.299 1.125 0,23% 100,00% 9751 404 4,14% 3,8

Gezondheidsbarometer van de belgische ondernemingen Baromètre de la sante des entreprises belges

GRAYDON 9 2013

2.4 Clignotant 4 : Dettes vis-à-vis du fisc ou de l’ONSS venues à échéance

Dettes (en souffrance) vis-à-vis du fisc ou de l’ONSS venues à échéance. Généralement, les dettes échues depuis plus de trois mois sont mentionnées dans les comptes annuels. Dans de nombreux cas, les dettes échues sont suivies d’une citation de la part de l’administration de l’ONSS.

2.4 Knipperlicht 4: Vervallen schulden naar fiscus of RSZ

(Achterstallige) vervallen schuld aan RSZ, fiscus of btw. Meestal worden schulden die ouder zijn dan drie maanden vermeld op de jaarrekening. In vele gevallen wordt de vermelde vervallen schuld naderhand gevolgd door een dagvaarding vanwege de RSZ-administratie.

Bien qu’on les observe de moins en moins, les arriérés d’ONSS et de précompte professionnel inscrits aux comptes annuels restent des signes avant-coureurs de graves difficultés en matière d’obligations sociales et de charges fiscales et parafiscales à payer. Il convient cependant de tenir compte du fait que ces postes sont parfois repris à tort dans les comptes annuels. Graydon dispose de systèmes permettant de recalculer les dettes échues encodées à tort.

Ce clignotant est le seul signal qui est issu directement des comptes annuels et qui, quoiqu’il ait affaibli, semble plus que jamais perti-nent : une entreprise sur 10,7 (en 2010 seulement une sur 25,3 mais en 2011 une sur 10,9 et en 2012 une sur 7,5) présentant ce clignotant a été déclarée en faillite en 2013. En revanche, ce signal intervient rarement en tant que tel : seulement 282 (en 2012 il s’agissait de 266 alors que l’étude 2006 en signale 560) entreprises présentent ce signal. De toutes les entreprises déclarées en faillite en 2013 seulement 29 d’entre elles présentaient le clignotant code 4, l’année dernière n’en comptait que 41.

Hoewel we ze steeds minder waarnemen, betekenen de op de jaarrekening ingeschreven achterstallen RSZ en bedrijfsvoorhef-fing de voorbode van ernstige moeilijkheden inzake de sociale verplichtingen en de te betalen fiscale en parafiscale lasten. Wel moet er rekening mee gehouden worden dat deze posten soms ten onrechte op de jaarrekening worden vermeld. Graydon beschikt over systemen om de ten onrechte geboekte vervallen schulden te herrekenen.

Dit knipperlicht is het enige signaal dat rechtstreeks uit de jaarreke-ning wordt gehaald én zelfs meer dan ooit pertinent relevant blijkt: één op 10,7 bedrijven (in 2012 1 per 7,5 en in 2011 één per 10,9) met dit knipperlicht ging in 2013 over de kop. Daartegenover staat dat het signaal an sich slechts zelden voorkomt: slechts 282 (in 2012 266, terwijl de studie van 2006 nog 560 bedrijven signaleerde) bedrijven is drager van dit signaal. Van alle failliete ondernemingen van 2013 zijn er slechts 29 drager van knipperlicht type 4, vorig jaar waren dat er nog 41.

KNIPPERLICHT TYPE 4 - CLIGNOTANT TYPE 4Vervallen schuld fiscus of RSZ - Dettes échues envers le fisc ou l’ONSS

A. Opdeling naar arrondissement - Répartition selon l’arrondissement

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

Ondernemingen met knipperlicht type 4Entreprises avec clignotant type 4

Failliet: 2013Faillites 2013

Knipperlicht T4 op faillissementen 2013Clignotant T4 sur faillites 2013

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

% t.o.v. regio hor. analyse

% par rapport à la région analyse

horizontale

% vert. analyse % analyse vert.

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

% t.o.v. regio % par rapport

à la région

1 fallissement per ... bedrijven 1 faillite par ...

entreprises

Brussel - Bruxelles /Halle/Vilvoorde 97.574 69 0,07% 24,47% 2.854 5 0,18% 14,8Brugge 16.952 7 0,04% 2,48% 208 0 0,00%Ieper 4.608 2 0,04% 0,71% 40 0 0,00%Kortrijk 22.741 5 0,02% 1,77% 241 1 0,41% 6,0Oostende 6.865 2 0,03% 0,71% 101 0 0,00%Veurne 4.963 1 0,02% 0,35% 76 1 1,32% 2,0Dendemonde 26.188 15 0,06% 5,32% 426 2 0,47% 8,5Gent 29.669 13 0,04% 4,61% 425 4 0,94% 4,3Oudenaarde 8.063 2 0,02% 0,71% 88 1 1,14% 3,0Antwerpen 57.684 25 0,04% 8,87% 1.280 1 0,08% 26,0Mechelen 15.364 7 0,05% 2,48% 193 0 0,00%Turnhout 21.019 7 0,03% 2,48% 394 0 0,00%Leuven 20.985 5 0,02% 1,77% 233 0 0,00%Hasselt 22.243 8 0,04% 2,84% 387 2 0,52% 5,0Tongeren 15.411 4 0,03% 1,42% 297 0 0,00%Mons 10.640 4 0,04% 1,42% 272 2 0,74% 3,0Charleroi 14.205 12 0,08% 4,26% 432 2 0,46% 7,0Tournai 9.521 3 0,03% 1,06% 185 1 0,54% 4,0Dinant 5.004 10 0,20% 3,55% 114 0 0,00%Namur 9.485 9 0,09% 3,19% 172 0 0,00%Arlon 2.058 1 0,05% 0,35% 39 0 0,00%Marche-en-Famenne 2.242 0 0,00% 0,00% 44 0 0,00%Neufchâteau 2.610 3 0,11% 1,06% 36 0 0,00%Eupen 2.196 2 0,09% 0,71% 18 0 0,00%Liège 19.113 26 0,14% 9,22% 565 2 0,35% 14,0Huy 4.576 4 0,09% 1,42% 99 0 0,00%Verviers 6.816 7 0,10% 2,48% 133 1 0,75% 8,0Nivelles 22.504 29 0,13% 10,28% 399 4 1,00% 8,3BELGIE - BELGIQUE 481.299 282 0,06% 100,00% 9.751 29 0,30% 10,7

B. Opdeling naar provincies en gewesten - Répartition selon les provinces et les régionsGEWEST BRU. - REGION BXL. 76.997 58 0,08% 20,57% 2560 5 0,20% 12,6GEWEST VLAANDEREN 293.332 114 0,04% 40,43% 4683 12 0,26% 10,5Vlaams-Brabant 41.562 16 0,04% 5,67% 527 0 0,00%West-Vlaanderen 56.129 17 0,03% 6,03% 666 2 0,30% 9,5Oost-Vlaanderen 63.920 30 0,05% 10,64% 939 7 0,75% 5,3Antwerpen 94.067 39 0,04% 13,83% 1867 1 0,05% 40,0Limburg 37.654 12 0,03% 4,26% 684 2 0,29% 7,0REGION DE LA WALLONIE 110.970 110 0,10% 39,01% 2508 12 0,48% 10,2Brabant wallon 22.504 29 0,13% 10,28% 399 4 1,00% 8,3Hainaut 34.366 19 0,06% 6,74% 889 5 0,56% 4,8Namur 14.489 19 0,13% 6,74% 286 0 0,00%Luxembourg 6.910 4 0,06% 1,42% 119 0 0,00%Liège 32.701 39 0,12% 13,83% 815 3 0,37% 14,0BELGIE-BELGIQUE 481.299 282 0,06% 100,00% 9751 29 0,30% 10,7

Gezondheidsbarometer van de belgische ondernemingen Baromètre de la sante des entreprises belges

GRAYDON 10 2013

2.5 Knipperlicht 5: Dagvaardingen van de RSZ

De dagvaardingen vanwege de RSZ, het Fonds voor Bestaanszekerheid en het Sociaal Verzekeringsfonds voor Zelfstandigen. In het kader van deze studie wordt enkel rekening gehouden met de dagvaarding an sich. Inhoud noch volume worden hier beoordeeld. Tevens wordt naar de actieve populatie toe enkel rekening gehouden met bedrijven waarvan de dagvaarding jonger is dan zes maanden. Oudere dagvaardingen worden meegenomen in de berekening van de GSS (zie knipperlicht type 12), waardoor er geen versterkend of cumulerend effect bestaat tussen beide parameters.

2.5 Clignotant 5 : Citations par l’ONSS

Les citations par l’ONSS, le Fonds de Sécurité d’Existence et la Caisse d’Assurances sociales pour Travailleurs indépendants portent généralement sur les dettes de plus de 6 mois. Dans le cadre de cette étude, on a uniquement tenu compte des citations proprement dites. Le contenu et le volume n’ont pas été évalués. En ce qui concerne la population active, on a uniquement tenu compte des entreprises dont la citation remonte à moins de six mois. Les citations plus anciennes sont reprises dans le calcul du GSS (voir le clignotant de code 12). Il n’y a donc aucun effet multiplicateur ou cumulatif entre les deux paramètres.

Bien que l’ONSS semble adresser régulièrement des citations pour des montants relativement limités, des faits échus ou toutes sortes de contestations, la citation en tant que telle est un « indicateur de risque » intéressant.

On note pourtant en 2010 moins d’assignations ONSS par rapport à 2009, une conséquence de la modification d’approche de l’admi-nistration concernée. Une tendance similaire était observable en 2011. Mais il y a eu nettement plus d’entreprises faillies porteuses de cette caractéristique. Pour 2012, on a noté à nouveau plus d’assignations tant pour les entreprises actives que pour celles en faillite. En 2013, cette tendance se poursuit.

Pour l’année 2012, une entreprise sur 9,1 porteuses de ce signal a fait faillite. L’année dernière, il s’agissait d’une entreprise sur 9,6.

Proportionnellement, le problème est le plus fréquent chez les entreprises fixées dans l’arrondissement de Dinant, suivi par celui de Charleroi et de Mons. Le signal d’alarme de ce clignotant semble le plus fort dans l’arrondissement de Liège, puis celui de Verviers et Hasselt.

Hoewel de RSZ-administratie regelmatig blijkt te dagvaarden voor relatief kleine bedragen, verjaarde feiten, betwistingen allerhande, blijkt de dagvaarding an sich een interessante “risicometer”. Toch noteerden we in 2010 en dit ten opzichte van 2009 minder dagvaar-dingen RSZ, zoals geweten een gevolg van een gewijzigde aanpak vanwege de desbetreffende administratie. Ook in 2011 zagen we een gelijkaardige trend. Toch waren er beduidend meer failliete on-dernemingen die drager waren van dit kenmerk. Voor 2012 werden opnieuw meer dagvaardingen genoteerd bij zowel de failliete als actieve ondernemingen. In 2013 wordt deze trend verdergezet.

Over het jaar 2012 ging één bedrijf over de kop per populatie van 9,1 die drager waren van dit signaal. Afgelopen jaar 2013 ging het om 1 bedrijf per 9,6.

Naar verhouding komt het probleem het vaakst voor bij vennoot-schappen die gevestigd zijn binnen het arrondissement Dinant, gevolgd door die in Charleroi en Bergen. Het alarmsignaal van dit knipperlicht blijkt echter het sterkst binnen het arrondissement Luik, gevolgd door dat van Verviers en Hasselt.

KNIPPERLICHT TYPE 5 - CLIGNOTANT TYPE 5Dagvaardingen vanwege de RSZ - Citations par l’ONSS

A. Opdeling naar arrondissement - Répartition selon l’arrondissement

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

Ondernemingen met knipperlicht type 5Entreprises avec clignotant type 5

Failliet: 2013Faillites 2013

Knipperlicht T5 op faillissementen 2013Clignotant T5 sur faillites 2013

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

% t.o.v. regio hor. analyse

% par rapport à la région analyse

horizontale

% vert. analyse % analyse vert.

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

% t.o.v. regio % par rapport

à la région

1 fallissement per ... bedrijven 1 faillite par ...

entreprises

Brussel - Bruxelles /Halle/Vilvoorde 97.574 2.647 2,71% 28,01% 2.854 298 10,44% 9,9Brugge 16.952 222 1,31% 2,35% 208 22 10,58% 11,1Ieper 4.608 35 0,76% 0,37% 40 4 10,00% 9,8Kortrijk 22.741 247 1,09% 2,61% 241 29 12,03% 9,5Oostende 6.865 122 1,78% 1,29% 101 9 8,91% 14,6Veurne 4.963 53 1,07% 0,56% 76 6 7,89% 9,8Dendemonde 26.188 262 1,00% 2,77% 426 35 8,22% 8,5Gent 29.669 353 1,19% 3,74% 425 49 11,53% 8,2Oudenaarde 8.063 95 1,18% 1,01% 88 11 12,50% 9,6Antwerpen 57.684 857 1,49% 9,07% 1.280 122 9,53% 8,0Mechelen 15.364 261 1,70% 2,76% 193 27 13,99% 10,7Turnhout 21.019 227 1,08% 2,40% 394 26 6,60% 9,7Leuven 20.985 258 1,23% 2,73% 233 19 8,15% 14,6Hasselt 22.243 320 1,44% 3,39% 387 46 11,89% 8,0Tongeren 15.411 197 1,28% 2,08% 297 25 8,42% 8,9Mons 10.640 396 3,72% 4,19% 272 26 9,56% 16,2Charleroi 14.205 529 3,72% 5,60% 432 71 16,44% 8,5Tournai 9.521 267 2,80% 2,83% 185 24 12,97% 12,1Dinant 5.004 183 3,66% 1,94% 114 15 13,16% 13,2Namur 9.485 336 3,54% 3,56% 172 25 14,53% 14,4Arlon 2.058 77 3,74% 0,81% 39 4 10,26% 20,3Marche-en-Famenne 2.242 74 3,30% 0,78% 44 6 13,64% 13,3Neufchâteau 2.610 71 2,72% 0,75% 36 5 13,89% 15,2Eupen 2.196 32 1,46% 0,34% 18 4 22,22% 9,0Liège 19.113 564 2,95% 5,97% 565 89 15,75% 7,3Huy 4.576 109 2,38% 1,15% 99 14 14,14% 8,8Verviers 6.816 157 2,30% 1,66% 133 25 18,80% 7,3Nivelles 22.504 500 2,22% 5,29% 399 62 15,54% 9,1BELGIE - BELGIQUE 481.299 9.451 1,96% 100,00% 9.751 1.098 11,26% 9,6

B. Opdeling naar provincies en gewesten - Répartition selon les provinces et les régionsGEWEST BRU. - REGION BXL. 76.997 2.280 2,96% 24,12% 2560 263 10,27% 9,7GEWEST VLAANDEREN 293.332 3.876 1,32% 41,01% 4683 465 9,93% 9,3Vlaams-Brabant 41.562 625 1,50% 6,61% 527 54 10,25% 12,6West-Vlaanderen 56.129 679 1,21% 7,18% 666 70 10,51% 10,7Oost-Vlaanderen 63.920 710 1,11% 7,51% 939 95 10,12% 8,5Antwerpen 94.067 1.345 1,43% 14,23% 1867 175 9,37% 8,7Limburg 37.654 517 1,37% 5,47% 684 71 10,38% 8,3REGION DE LA WALLONIE 110.970 3.295 2,97% 34,86% 2508 370 14,75% 9,9Brabant wallon 22.504 500 2,22% 5,29% 399 62 15,54% 9,1Hainaut 34.366 1.192 3,47% 12,61% 889 121 13,61% 10,9Namur 14.489 519 3,58% 5,49% 286 40 13,99% 14,0Luxembourg 6.910 222 3,21% 2,35% 119 15 12,61% 15,8Liège 32.701 862 2,64% 9,12% 815 132 16,20% 7,5BELGIE-BELGIQUE 481.299 9.451 1,96% 100,00% 9751 1098 11,26% 9,6

Gezondheidsbarometer van de belgische ondernemingen Baromètre de la sante des entreprises belges

GRAYDON 11 2013

2.6 Knipperlicht 6: Rentabiliteit twee opeenvol-gende jaren negatief

Het signaal waarbij sprake is van een negatief rendement over twee opeenvolgende boekjaren wordt bij 8,35% (verleden jaar 8,55%) der bedrijven vastgesteld.

Ten opzichte van 2012 (12,72%) zijn er in 2013 iets minder bedrijven (11,83%) die niet rendabel werkten en dus geen natuur-lijke bron voor verdere uitbouw of groei konden ontwikkelen.

De beperkte alarmwaarde van het knipperlicht wint verder aan belang: één bedrijf per groep van 35,8 dat drager is van het signaal, ging in 2013 over de kop (in 2009 één per 59,5, in 2010 één bedrijf per 72,1, in 2011 één per 41,1 en in 2012 één per 38).

2.6 Clignotant 6 : Rentabilité négative pendant deux années successives

Le signal qui indique une rentabilité négative pendant deux années consécutives est présent dans 8,35 % (l’année dernière 8,55 %) des entreprises.

Par rapport à 2012, on observe un peu moins (-0,89 %) d’entre-prises qui présentent un problème de rentabilité et qui sont donc dans l’impossibilité de nourrir des perspectives de croissance en 2013.

La valeur d’alarme déjà limitée du clignotant continue à gagner en importance: une entreprise par groupe de 35,8 (en 2009 une sur 59,5, en 2010 une sur 72,1 en 2011 une entreprise sur 41,1 et en 2012 une par 38) porteuse du signal a fait faillite en 2013.

KNIPPERLICHT TYPE 6 - CLIGNOTANT TYPE 6Rentabiliteit twee opeenvolgende jaren negatief - Rentabilité négative pendant deux années successives

A. Opdeling naar arrondissement - Répartition selon l’arrondissement

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

Ondernemingen met knipperlicht type 6Entreprises avec clignotant type 6

Failliet: 2013Faillites 2013

Knipperlicht T6 op faillissementen 2013Clignotant T6 sur faillites 2013

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

% t.o.v. regio hor. analyse

% par rapport à la région analyse

horizontale

% vert. analyse % analyse vert.

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

% t.o.v. regio % par rapport

à la région

1 fallissement per ... bedrijven 1 faillite par ...

entreprises

Brussel - Bruxelles /Halle/Vilvoorde 97.574 9.677 9,92% 24,08% 2.854 251 8,79% 39,6Brugge 16.952 1.319 7,78% 3,28% 208 32 15,38% 42,2Ieper 4.608 321 6,97% 0,80% 40 5 12,50% 65,2Kortrijk 22.741 1.672 7,35% 4,16% 241 34 14,11% 50,2Oostende 6.865 564 8,22% 1,40% 101 14 13,86% 41,3Veurne 4.963 390 7,86% 0,97% 76 12 15,79% 33,5Dendemonde 26.188 1.692 6,46% 4,21% 426 43 10,09% 40,3Gent 29.669 2.222 7,49% 5,53% 425 53 12,47% 42,9Oudenaarde 8.063 540 6,70% 1,34% 88 17 19,32% 32,8Antwerpen 57.684 5.037 8,73% 12,53% 1.280 176 13,75% 29,6Mechelen 15.364 1.107 7,21% 2,75% 193 26 13,47% 43,6Turnhout 21.019 1.523 7,25% 3,79% 394 50 12,69% 31,5Leuven 20.985 1.569 7,48% 3,90% 233 30 12,88% 53,3Hasselt 22.243 1.624 7,30% 4,04% 387 43 11,11% 38,8Tongeren 15.411 1.235 8,01% 3,07% 297 32 10,77% 39,6Mons 10.640 962 9,04% 2,39% 272 29 10,66% 34,2Charleroi 14.205 1.270 8,94% 3,16% 432 52 12,04% 25,4Tournai 9.521 833 8,75% 2,07% 185 24 12,97% 35,7Dinant 5.004 408 8,15% 1,02% 114 14 12,28% 30,1Namur 9.485 792 8,35% 1,97% 172 26 15,12% 31,5Arlon 2.058 221 10,74% 0,55% 39 2 5,13% 111,5Marche-en-Famenne 2.242 172 7,67% 0,43% 44 8 18,18% 22,5Neufchâteau 2.610 205 7,85% 0,51% 36 5 13,89% 42,0Eupen 2.196 156 7,10% 0,39% 18 4 22,22% 40,0Liège 19.113 1.648 8,62% 4,10% 565 70 12,39% 24,5Huy 4.576 327 7,15% 0,81% 99 11 11,11% 30,7Verviers 6.816 517 7,59% 1,29% 133 24 18,05% 22,5Nivelles 22.504 2.186 9,71% 5,44% 399 67 16,79% 33,6BELGIE - BELGIQUE 481.299 40.189 8,35% 100,00% 9.751 1.154 11,83% 35,8

B. Opdeling naar provincies en gewesten - Répartition selon les provinces et les régionsGEWEST BRU. - REGION BXL. 76.997 7.794 10,12% 19,39% 2560 218 8,52% 36,8GEWEST VLAANDEREN 293.332 22.698 7,74% 56,48% 4683 600 12,81% 38,8Vlaams-Brabant 41.562 3.452 8,31% 8,59% 527 63 11,95% 55,8West-Vlaanderen 56.129 4.266 7,60% 10,61% 666 97 14,56% 45,0Oost-Vlaanderen 63.920 4.454 6,97% 11,08% 939 113 12,03% 40,4Antwerpen 94.067 7.667 8,15% 19,08% 1867 252 13,50% 31,4Limburg 37.654 2.859 7,59% 7,11% 684 75 10,96% 39,1REGION DE LA WALLONIE 110.970 9.697 8,74% 24,13% 2508 336 13,40% 29,9Brabant wallon 22.504 2.186 9,71% 5,44% 399 67 16,79% 33,6Hainaut 34.366 3.065 8,92% 7,63% 889 105 11,81% 30,2Namur 14.489 1.200 8,28% 2,99% 286 40 13,99% 31,0Luxembourg 6.910 598 8,65% 1,49% 119 15 12,61% 40,9Liège 32.701 2.648 8,10% 6,59% 815 109 13,37% 25,3BELGIE-BELGIQUE 481.299 40.189 8,35% 100,00% 9751 1154 11,83% 35,8

Gezondheidsbarometer van de belgische ondernemingen Baromètre de la sante des entreprises belges

GRAYDON 12 2013

2.7 Clignotant 7 : Pas de publication de comptes annuels successivement pour les deux dernières années

Les derniers comptes annuels disponibles et publiés remontent à plus de 24 mois. Le législateur considère qu’un défaut de publica-tion pendant 36 mois est une raison suffisante pour dissoudre par voie judiciaire une société soumise à l’obligation de publication.

Pour les analyses des faillites, on ne remonte pas trois mais deux ans en arrière. Pour les entreprises actives, on se base sur la constata-tion selon laquelle au 31/12/2013, aucun chiffre datant de moins de 24 mois n’était disponible.

2.7 Knipperlicht 7: Geen publicatie van de jaarrekening voor de jongste twee opeenvolgende jaren

De laatst beschikbare en gepubliceerde jaarrekening is ouder dan 24 maanden. De wetgever ziet een niet-publicatie gedurende 36 maanden als voldoende reden om een publicatieplichtige vennoot-schap via gerechtelijke weg te ontbinden.

Bij de faillissementsanalyses wordt geen drie, maar twee jaar terug geteld. Bij de actieve ondernemingen wordt vertrokken van de vaststelling dat er per 31/12/2013 geen cijfers beschikbaar zijn die jonger zijn dan 24 maanden.

Een onderneming in discontinuïteit heeft meestal problemen bij het voeren van de boekhouding, of is – tegen alle wettelijke bepalingen in – niet bereid haar moeilijke situatie openbaar te maken.

Knipperlicht type 7 geeft een sterk signaal en werd ook in 2013 bijzonder vaak waargenomen bij faillerende bedrijven. Daarenboven blijken, bijvoorbeeld in vergelijking met knipperlicht 1, heel wat minder lopende ondernemingen drager te zijn van het niet-publicatiesymptoom. Bovendien zien we ook hier dat het aantal faillissementen van bedrijven met dit knipperlicht zowel in absolute als in relatieve cijfers zeer hoog ligt.

39,64% (in 2011 43,74%, vorig jaar 38,68%) of 3.865 op de 9.751 in deze studie betrokken gevallen) van de in 2013 gefailleerden kon geen gepubliceerde jaarrekening voorleggen die jonger was dan 24 maanden. Anderzijds: het aantal actieve ondernemingen met dit knipperlicht daalde in verhouding tot vorig jaar.

Une entreprise en discontinuité est généralement confrontée à des problèmes liés à la comptabilité ou, contrairement à toutes les dispositions légales en la matière, elle n’est pas disposée à rendre ses problèmes publics.

Le clignotant 7 donne un signal fort et s’observe aussi en 2013 par-ticulièrement souvent chez les entreprises qui font faillite. De plus, et ceci par exemple en comparaison avec le clignotant 1, moins nombreuses sont les entreprises actives porteuses du symptôme de non-publication. On voit en outre aussi que le nombre de faillites d’entreprises présentant ce clignotant augmente fortement, tant en chiffres absolus que relatifs.

39,64 % (43,74 % en 2011 et 38,68 % l’année dernière) ou 3.865 sur les 9.751 cas impliqués dans cette étude des entreprises ayant fait faillite en 2013 n’ont pas pu présenter de comptes annuels publiés de moins de 24 mois. D’autre part, le nombre d’entreprises actives présentant ce clignotant diminuait en proportion à l’année dernière.

KNIPPERLICHT TYPE 7 - CLIGNOTANT TYPE 7Geen publicatie jaarrekening voor de jongste twee opeenvolgende jaren - Non publication des comptes annuels pendant les 24 derniers mois

A. Opdeling naar arrondissement - Répartition selon l’arrondissement

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

Ondernemingen met knipperlicht type 7Entreprises avec clignotant type 7

Failliet: 2013Faillites 2013

Knipperlicht T7 op faillissementen 2013Clignotant T7 sur faillites 2013

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

% t.o.v. regio hor. analyse

% par rapport à la région analyse

horizontale

% vert. analyse % analyse vert.

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

% t.o.v. regio % par rapport

à la région

1 fallissement per ... bedrijven 1 faillite par ...

entreprises

Brussel - Bruxelles /Halle/Vilvoorde 97.574 4.440 4,55% 34,10% 2.854 1570 55,01% 3,8Brugge 16.952 229 1,35% 1,76% 208 67 32,21% 4,4Ieper 4.608 32 0,69% 0,25% 40 19 47,50% 2,7Kortrijk 22.741 297 1,31% 2,28% 241 66 27,39% 5,5Oostende 6.865 129 1,88% 0,99% 101 34 33,66% 4,8Veurne 4.963 69 1,39% 0,53% 76 25 32,89% 3,8Dendemonde 26.188 293 1,12% 2,25% 426 110 25,82% 3,7Gent 29.669 544 1,83% 4,18% 425 135 31,76% 5,0Oudenaarde 8.063 124 1,54% 0,95% 88 26 29,55% 5,8Antwerpen 57.684 1.514 2,62% 11,63% 1.280 481 37,58% 4,1Mechelen 15.364 263 1,71% 2,02% 193 58 30,05% 5,5Turnhout 21.019 296 1,41% 2,27% 394 111 28,17% 3,7Leuven 20.985 340 1,62% 2,61% 233 69 29,61% 5,9Hasselt 22.243 400 1,80% 3,07% 387 97 25,06% 5,1Tongeren 15.411 259 1,68% 1,99% 297 74 24,92% 4,5Mons 10.640 391 3,67% 3,00% 272 112 41,18% 4,5Charleroi 14.205 571 4,02% 4,38% 432 142 32,87% 5,0Tournai 9.521 326 3,42% 2,50% 185 86 46,49% 4,8Dinant 5.004 136 2,72% 1,04% 114 53 46,49% 3,6Namur 9.485 282 2,97% 2,17% 172 63 36,63% 5,5Arlon 2.058 69 3,35% 0,53% 39 22 56,41% 4,1Marche-en-Famenne 2.242 103 4,59% 0,79% 44 11 25,00% 10,4Neufchâteau 2.610 87 3,33% 0,67% 36 16 44,44% 6,4Eupen 2.196 36 1,64% 0,28% 18 3 16,67% 13,0Liège 19.113 763 3,99% 5,86% 565 218 38,58% 4,5Huy 4.576 124 2,71% 0,95% 99 37 37,37% 4,4Verviers 6.816 209 3,07% 1,60% 133 41 30,83% 6,1Nivelles 22.504 696 3,09% 5,34% 399 119 29,82% 6,8BELGIE - BELGIQUE 481.299 13.022 2,71% 100,00% 9.751 3.865 39,64% 4,4

B. Opdeling naar provincies en gewesten - Répartition selon les provinces et les régionsGEWEST BRU. - REGION BXL. 76.997 3.813 4,95% 29,28% 2560 1465 57,23% 3,6GEWEST VLAANDEREN 293.332 5.416 1,85% 41,59% 4683 1477 31,54% 4,7Vlaams-Brabant 41.562 967 2,33% 7,43% 527 174 33,02% 6,6West-Vlaanderen 56.129 756 1,35% 5,81% 666 211 31,68% 4,6Oost-Vlaanderen 63.920 961 1,50% 7,38% 939 271 28,86% 4,5Antwerpen 94.067 2.073 2,20% 15,92% 1867 650 34,82% 4,2Limburg 37.654 659 1,75% 5,06% 684 171 25,00% 4,9REGION DE LA WALLONIE 110.970 3.793 3,42% 29,13% 2508 923 36,80% 5,1Brabant wallon 22.504 696 3,09% 5,34% 399 119 29,82% 6,8Hainaut 34.366 1.288 3,75% 9,89% 889 340 38,25% 4,8Namur 14.489 418 2,88% 3,21% 286 116 40,56% 4,6Luxembourg 6.910 259 3,75% 1,99% 119 49 41,18% 6,3Liège 32.701 1.132 3,46% 8,69% 815 299 36,69% 4,8BELGIE-BELGIQUE 481.299 13.022 2,71% 100,00% 9751 3865 39,64% 4,4

Gezondheidsbarometer van de belgische ondernemingen Baromètre de la sante des entreprises belges

GRAYDON 13 2013

Eén op 4,4 dragers van dit knipperlicht werd in de loop van 2013 failliet verklaard (tegenover 1 op 4,7 in 2012). De alarmwaarde van het knipperlicht is opnieuw dus lichtjes toegenomen en blijft uitermate pertinent.

2.8 Knipperlicht 8: Bestuurder is in dezelfde functie gesignaleerd in een failliete onderneming

De bedrijfsleider van het onderzochte bedrijf blijkt in dezelfde functie gemandateerd als lid van een bestuursorgaan van een andere onderneming dat reeds eerder (met een maximum van vijf jaren) failliet werd verklaard. In het kader van dit onderzoek wordt voor de analyse van faillissementen uit 2013 nagegaan of een dergelijk mandaat werd bekleed gedurende de vijf jaren voor het faillissement. Ook omgekeerd wordt naar de actieve ondernemingen rekening gehouden met een maximale anciënniteit van vijf jaar.

Une entreprise sur 4,4 présentant ce clignotant a été déclarée en faillite dans le courant de 2013 (1 sur 4,7 en 2012). La valeur d’alarme de ce clignotant a donc encore légèrement augmenté et reste extrêmement significative.

2.8 Clignotant 8 : Administrateur signalé dans la même fonction dans une entreprise en faillite

Le chef d’entreprise d’une société faisant l’objet de l’étude semble être mandaté dans les mêmes fonctions en tant que membre d’un organe de gestion d’une autre entreprise qui a déjà été déclarée en faillite (avec un maximum de cinq ans). Dans le cadre de cette enquête, pour l’analyse des faillites de 2013 on vérifie si un tel mandat a été assumé au cours des cinq années précédant la faillite. Inversement, en ce qui concerne les entreprises actives, on tient compte d’une ancienneté maximale de cinq ans.

Indien een bedrijfsleider van een lopende onderneming een be-stuurdersmandaat vervulde in een reeds failliete onderneming, vergt het lopende bedrijf speciale aandacht. Inderdaad blijkt dat door het faillissement van het ene bedrijf soms een sneeuwbaleffect ontstaat naar de andere bedrijven waar de (rechts)persoon mandaten heeft. Dit is vooral interessant in een preventief kader.

Ook hier blijkt de alarmwaarde groot: in Belgische context zijn er 2,29% bedrijven met dit signaal. In 2013 komt dit voor in 25,57% (verleden jaar 24,43%, in 2005 waren dat er 18,94%) van alle faillissementen. Een bedrijf per groep van 5,4 dat drager is van knipperlicht type 8 is in 2013 over de kop gegaan.

Si un dirigeant d’une entreprise active détenait aussi un mandat dans une entreprise déjà déclarée en faillite, l’entreprise encore active requiert une attention particulière. En effet, il semble que suite à la faillite d’une entreprise, on voit apparaître un effet boule de neige qui se propage dans les autres sociétés administrées par la même personne. Cet aspect est surtout intéressant dans un cadre préventif.

Dans ce cas, la valeur d’alarme est également élevée: en Belgique, on trouve 2,29 % des entreprises présentant ce signal. En 2013, elles sont 25,57 % (l’année dernière 24,43 %, en 2005 18,94 %) de toutes les faillites. Une entreprise sur 5,4 présentant le clignotant du type 8 a été déclarée en faillite en 2013.

KNIPPERLICHT TYPE 8 - CLIGNOTANT TYPE 8Bestuurder gesignaleerd in dezelfde functie in een failliete onderneming - Administrateur signalé dans une entreprise en faillite

A. Opdeling naar arrondissement - Répartition selon l’arrondissement

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

Ondernemingen met knipperlicht type 8Entreprises avec clignotant type 8

Failliet: 2013Faillites 2013

Knipperlicht T8 op faillissementen 2013Clignotant T8 sur faillites 2013

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

% t.o.v. regio hor. analyse

% par rapport à la région analyse

horizontale

% vert. analyse % analyse vert.

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

% t.o.v. regio % par rapport

à la région

1 fallissement per ... bedrijven 1 faillite par ...

entreprises

Brussel - Bruxelles /Halle/Vilvoorde 97.574 2.654 2,72% 24,03% 2.854 673 23,58% 4,9Brugge 16.952 273 1,61% 2,47% 208 52 25,00% 6,3Ieper 4.608 50 1,09% 0,45% 40 12 30,00% 5,2Kortrijk 22.741 438 1,93% 3,97% 241 80 33,20% 6,5Oostende 6.865 147 2,14% 1,33% 101 21 20,79% 8,0Veurne 4.963 63 1,27% 0,57% 76 23 30,26% 3,7Dendemonde 26.188 509 1,94% 4,61% 426 137 32,16% 4,7Gent 29.669 536 1,81% 4,85% 425 139 32,71% 4,9Oudenaarde 8.063 162 2,01% 1,47% 88 29 32,95% 6,6Antwerpen 57.684 1.455 2,52% 13,17% 1.280 386 30,16% 4,8Mechelen 15.364 302 1,97% 2,73% 193 46 23,83% 7,6Turnhout 21.019 368 1,75% 3,33% 394 116 29,44% 4,2Leuven 20.985 354 1,69% 3,21% 233 53 22,75% 7,7Hasselt 22.243 499 2,24% 4,52% 387 104 26,87% 5,8Tongeren 15.411 349 2,26% 3,16% 297 77 25,93% 5,5Mons 10.640 308 2,89% 2,79% 272 50 18,38% 7,2Charleroi 14.205 464 3,27% 4,20% 432 98 22,69% 5,7Tournai 9.521 236 2,48% 2,14% 185 44 23,78% 6,4Dinant 5.004 109 2,18% 0,99% 114 28 24,56% 4,9Namur 9.485 218 2,30% 1,97% 172 38 22,09% 6,7Arlon 2.058 18 0,87% 0,16% 39 2 5,13% 10,0Marche-en-Famenne 2.242 39 1,74% 0,35% 44 7 15,91% 6,6Neufchâteau 2.610 26 1,00% 0,24% 36 4 11,11% 7,5Eupen 2.196 24 1,09% 0,22% 18 3 16,67% 9,0Liège 19.113 607 3,18% 5,50% 565 146 25,84% 5,2Huy 4.576 105 2,29% 0,95% 99 20 20,20% 6,3Verviers 6.816 173 2,54% 1,57% 133 34 25,56% 6,1Nivelles 22.504 559 2,48% 5,06% 399 71 17,79% 8,9BELGIE - BELGIQUE 481.299 11.045 2,29% 100,00% 9.751 2.493 25,57% 5,4

B. Opdeling naar provincies en gewesten - Répartition selon les provinces et les régionsGEWEST BRU. - REGION BXL. 76.997 2.222 2,89% 20,12% 2560 627 24,49% 4,5GEWEST VLAANDEREN 293.332 5.937 2,02% 53,75% 4683 1321 28,21% 5,5Vlaams-Brabant 41.562 786 1,89% 7,12% 527 99 18,79% 8,9West-Vlaanderen 56.129 971 1,73% 8,79% 666 188 28,23% 6,2Oost-Vlaanderen 63.920 1.207 1,89% 10,93% 939 305 32,48% 5,0Antwerpen 94.067 2.125 2,26% 19,24% 1867 548 29,35% 4,9Limburg 37.654 848 2,25% 7,68% 684 181 26,46% 5,7REGION DE LA WALLONIE 110.970 2.886 2,60% 26,13% 2508 545 21,73% 6,3Brabant wallon 22.504 559 2,48% 5,06% 399 71 17,79% 8,9Hainaut 34.366 1.008 2,93% 9,13% 889 192 21,60% 6,3Namur 14.489 327 2,26% 2,96% 286 66 23,08% 6,0Luxembourg 6.910 83 1,20% 0,75% 119 13 10,92% 7,4Liège 32.701 909 2,78% 8,23% 815 203 24,91% 5,5BELGIE-BELGIQUE 481.299 11.045 2,29% 100,00% 9751 2493 25,57% 5,4

Gezondheidsbarometer van de belgische ondernemingen Baromètre de la sante des entreprises belges

GRAYDON 14 2013

In Charleroi blijkt het knipperlicht bijzonder sterk als alarmsignaal: een per 5,5 bedrijven met dit kenmerk gaat er over de kop. Ook in Marche-en-Famenne (één per 5,7) en Bergen (één per 5,9) is het signaal een duidelijke alarmindicator.

2.9 Knipperlicht 9: FiTo®-meter sterk negatief

De FiTo®-meter werd ontwikkeld door Prof. Hubert Ooghe, in nauwe samenwerking met Graydon Belgium NV. Het model doet op basis van een reeks financiële ratio’s uitspraak over de kans op faillissement en succes van een onderneming.

De FiTo®-meter berekent via een score de kansen op faillissement of succes op basis van een jaarrekening. Het spreekt vanzelf dat hiervoor verschillende parameters worden gebruikt die reeds hiervoor werden toegelicht. Indien verschillende financiële knipper-lichten samen voorkomen, zal dit het negatieve effect op de score versterken. In die zin is een FiTo®-score eerder een conclusie en interpretatie van feiten dan een vaststelling. Toch worden daarnaast een aantal andere – complexere – benaderingen aangewend. Om dubbeltelling te vermijden, worden binnen het kader van deze studie enkel die bedrijven geteld die een duidelijk zwakke (negatieve) score halen, zonder dat de andere knipperlichten iets signaleren.

A Charleroi, le clignotant joue un rôle de signal d’alarme très fort : une entreprise sur 5,5 avec cette caractéristique fait faillite. Mais aussi à Marche-en-Famenne (une sur 5,7) et Mons (une sur 5,9) ce clignotant est clairement un signal d’alarme fort.

2.9 Clignotant 9 : FiTo®-mètre fortement négatif

Le FiTo®-mètre a été conçu par le professeur Hubert Ooghe, en étroite collaboration avec Graydon Belgium SA. Le modèle évalue, sur base d’une série de ratios financiers, le risque de faillite et de succès d’une entreprise.

Il va de soi qu’il utilise différents paramètres qui ont déjà été expliqués. Si plusieurs clignotants financiers apparaissent ensemble, cela renforcera l’effet négatif sur le score. Dans ce contexte, le score FiTo® constitue plus une conclusion et une interprétation des faits qu’une constatation. Toutefois, on utilise également un certain nombre d’autres approches plus complexes. Pour éviter un dédoublement du comptage, dans le cadre de cette étude, on a tenu compte uniquement des entreprises qui avaient obtenu un score nettement inférieur (négatif) sans que les autres clignotants n’envoient d’autres signaux.

Op de 481.299 actieve ondernemingen per 31/12/2013 bleken er 7.905 bedrijven dit signaal als enige kenmerk te vertonen: een stijging met 191 eenheden. Bij de gefailleerden van 2013 bleken 1.060 (in 2012: 1.015) bedrijven (10,87% van de gefailleerden) drager te zijn van het knipperlicht type 9. Per groep van 8,5 dragers werd in 2013 één faillissement uitgesproken.

Sur les 481.299 entreprises actives au 31/12/2013, 7.905 semblaient présenter ce signal comme seul clignotant : une augmentation de 191 unités. Parmi les faillies de 2013, 1.060 entreprises (1.015 en 2012) ou 11,75 % des faillies étaient porteuses du clignotant de type 9. Sur 8,5 entreprises avec ce clignotant en 2013, une était déclarée en faillite.

KNIPPERLICHT TYPE 9 - CLIGNOTANT TYPE 9FiTo®-meter sterk negatief - FiTo®-mètre fortement négatif

A. Opdeling naar arrondissement - Répartition selon l’arrondissement

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

Ondernemingen met knipperlicht type 9Entreprises avec clignotant type 9

Failliet: 2013Faillites 2013

Knipperlicht T9 op faillissementen 2013Clignotant T9 sur faillites 2013

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

% t.o.v. regio hor. analyse

% par rapport à la région analyse

horizontale

% vert. analyse % analyse vert.

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

% t.o.v. regio % par rapport

à la région

1 fallissement per ... bedrijven 1 faillite par ...

entreprises

Brussel - Bruxelles /Halle/Vilvoorde 97.574 1.871 1,92% 23,67% 2.854 230 8,06% 9,1Brugge 16.952 228 1,34% 2,88% 208 27 12,98% 9,4Ieper 4.608 40 0,87% 0,51% 40 4 10,00% 11,0Kortrijk 22.741 314 1,38% 3,97% 241 36 14,94% 9,7Oostende 6.865 114 1,66% 1,44% 101 15 14,85% 8,6Veurne 4.963 70 1,41% 0,89% 76 13 17,11% 6,4Dendemonde 26.188 361 1,38% 4,57% 426 49 11,50% 8,4Gent 29.669 393 1,32% 4,97% 425 50 11,76% 8,9Oudenaarde 8.063 103 1,28% 1,30% 88 11 12,50% 10,4Antwerpen 57.684 1.026 1,78% 12,98% 1.280 151 11,80% 7,8Mechelen 15.364 232 1,51% 2,93% 193 28 14,51% 9,3Turnhout 21.019 309 1,47% 3,91% 394 53 13,45% 6,8Leuven 20.985 297 1,42% 3,76% 233 33 14,16% 10,0Hasselt 22.243 384 1,73% 4,86% 387 35 9,04% 12,0Tongeren 15.411 248 1,61% 3,14% 297 32 10,77% 8,8Mons 10.640 170 1,60% 2,15% 272 35 12,87% 5,9Charleroi 14.205 227 1,60% 2,87% 432 51 11,81% 5,5Tournai 9.521 128 1,34% 1,62% 185 20 10,81% 7,4Dinant 5.004 71 1,42% 0,90% 114 13 11,40% 6,5Namur 9.485 163 1,72% 2,06% 172 20 11,63% 9,2Arlon 2.058 27 1,31% 0,34% 39 2 5,13% 14,5Marche-en-Famenne 2.242 28 1,25% 0,35% 44 6 13,64% 5,7Neufchâteau 2.610 34 1,30% 0,43% 36 4 11,11% 9,5Eupen 2.196 39 1,78% 0,49% 18 4 22,22% 10,8Liège 19.113 319 1,67% 4,04% 565 51 9,03% 7,3Huy 4.576 76 1,66% 0,96% 99 10 10,10% 8,6Verviers 6.816 118 1,73% 1,49% 133 18 13,53% 7,6Nivelles 22.504 515 2,29% 6,51% 399 59 14,79% 9,7BELGIE - BELGIQUE 481.299 7.905 1,64% 100,00% 9.751 1.060 10,87% 8,5

B. Opdeling naar provincies en gewesten - Répartition selon les provinces et les régionsGEWEST BRU. - REGION BXL. 76.997 1.409 1,83% 17,82% 2560 192 7,50% 8,3GEWEST VLAANDEREN 293.332 4.581 1,56% 57,95% 4683 575 12,28% 9,0Vlaams-Brabant 41.562 759 1,83% 9,60% 527 71 13,47% 11,7West-Vlaanderen 56.129 766 1,36% 9,69% 666 95 14,26% 9,1Oost-Vlaanderen 63.920 857 1,34% 10,84% 939 110 11,71% 8,8Antwerpen 94.067 1.567 1,67% 19,82% 1867 232 12,43% 7,8Limburg 37.654 632 1,68% 7,99% 684 67 9,80% 10,4REGION DE LA WALLONIE 110.970 1.915 1,73% 24,23% 2508 293 11,68% 7,5Brabant wallon 22.504 515 2,29% 6,51% 399 59 14,79% 9,7Hainaut 34.366 525 1,53% 6,64% 889 106 11,92% 6,0Namur 14.489 234 1,62% 2,96% 286 33 11,54% 8,1Luxembourg 6.910 89 1,29% 1,13% 119 12 10,08% 8,4Liège 32.701 552 1,69% 6,98% 815 83 10,18% 7,7BELGIE-BELGIQUE 481.299 7.905 1,64% 100,00% 9751 1060 10,87% 8,5

Gezondheidsbarometer van de belgische ondernemingen Baromètre de la sante des entreprises belges

GRAYDON 15 2013

De FiTo®-meter is dus het op een na sterkste alarmsignaal die op een jaarrekening is gebaseerd, en wint opnieuw – als unieke indicator – aan kracht. Anderzijds is de FiTo®-meter vooral ge-concipieerd als signaal op middellange termijn. De stijging van het aantal ondernemingen met dit signaal duidt op een probleem dat zich – zonder actie vanwege de rechtbanken – pas op middellange termijn in een verhoogd aantal faillissementen kan vertalen. Anders gesteld: dit signaal toont aan dat ook op langere termijn we met een groot aantal bedrijven in moeilijkheden blijven geconfronteerd.

Het arrondissement Nijvel heeft het meeste aantal bedrijven (2,3%) waar de FiTo®-meter als enige signaal een financieel zwakke structuur aanduidt, gevolgd door Brussel waar iets meer bedrijven met dit knipperlicht dan verleden jaar werden vastgesteld (1,92%).

De alarmwaarde van het knipperlicht blijkt het grootst voor de ar-rondissementen Charleroi, Bergen en Marche-en-Famenne waar telkens meer dan één op vijf waarnemingen zich lieten volgen door faillissement en waarvan de zwakke FiTo®-meter het enige knip-perlicht bleek.

2.10 Knipperlicht 10: Voorlopig bewindvoerder aangesteld

Ondanks het bijna status-quo van het aantal gevallen (80 gevallen in 2009, 70 cases in 2010, 79 in 2011, 93 in 2012 en 107 in 2013) blijft dit signaal uitzonderlijk. Anderzijds is het aantal gevallen waar dan ook het faillissement wordt uitgesproken beduidend gestegen (van 8 in 2010 ,27 in 2011, 41 in 2012 en 31 in 2013). De gevallen waar het fenomeen wordt waargenomen, leidt in één op de 4,5 cases tot faillissement.

Le FiTo®-mètre est donc à un près le clignotant le plus fort qui se calcule sur base d’un bilan, et regagne en importance, en tant qu’indicateur unique. Néanmoins, le FiTo®-mètre est avant tout conçu comme indicateur à moyen terme. Une augmentation du nombre d’entreprises porteuses de cette signalétique désigne donc une problématique qui – sans action préventive de la part des tribunaux – ne se traduira qu’à moyen terme par une hausse des faillites. Autrement dit : ce signal démontre qu’à long terme, nous allons rester confrontés à un grand nombre d’entreprises en difficulté.

L’arrondissement de Nivelles compte le plus grand nombre d’entreprises (2,3 %) dans lesquelles le FiTo®-mètre, en tant que signal unique, indique une structure financière affaiblie, suivi par Bruxelles qui compte plus d’entreprises avec ce clignotant que l’année dernière (1,92 %).

La valeur d’alarme de ce clignotant est la plus élevée pour les arron-dissements de Charleroi, Mons et Marche-en-Famenne où chaque fois plus d’une observation sur 5 était suivie par une faillite, et où la faiblesse du FiTo®-mètre s’avérait le seul clignotant.

2.10 Clignotant 10 : Désignation d’un administra-teur provisoire

Malgré le presque statu quo du nombre de cas (80 en 2009 , 70 en 2010, 79 en 2011 et 93 en 2012 et 107 en 2013), ce signal demeure exceptionnel. D’autre part, le nombre de cas où la faillite a été prononcée a considérablement augmenté (8 en 2010, à 27 en 2011, à 41 en 2012 et 31 en 2013). Dans les cas où le phénomène est observé, un cas sur 4,5 mène à une faillite.

KNIPPERLICHT TYPE 10 - CLIGNOTANT TYPE 10Voorlopige bewindvoerder aangesteld - Désignation d’un administrateur provisoire

A. Opdeling naar arrondissement - Répartition selon l’arrondissement

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

Ondernemingen met knipperlicht type 10Entreprises avec clignotant type 10

Failliet: 2013Faillites 2013

Knipperlicht T10 op faillissementen 2013Clignotant T10 sur faillites 2013

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

% t.o.v. regio hor. analyse

% par rapport à la région analyse

horizontale

% vert. analyse % analyse vert.

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

% t.o.v. regio % par rapport

à la région

1 fallissement per ... bedrijven 1 faillite par ...

entreprises

Brussel - Bruxelles /Halle/Vilvoorde 97.574 17 0,02% 15,89% 2.854 3 0,11% 6,7Brugge 16.952 5 0,03% 4,67% 208 0 0,00%Ieper 4.608 1 0,02% 0,93% 40 2 5,00% 1,5Kortrijk 22.741 3 0,01% 2,80% 241 0 0,00%Oostende 6.865 0 0,00% 0,00% 101 0 0,00%Veurne 4.963 6 0,12% 5,61% 76 4 5,26% 2,5Dendemonde 26.188 4 0,02% 3,74% 426 0 0,00%Gent 29.669 6 0,02% 5,61% 425 2 0,47% 4,0Oudenaarde 8.063 4 0,05% 3,74% 88 0 0,00%Antwerpen 57.684 12 0,02% 11,21% 1.280 8 0,63% 2,5Mechelen 15.364 2 0,01% 1,87% 193 0 0,00%Turnhout 21.019 1 0,00% 0,93% 394 0 0,00%Leuven 20.985 7 0,03% 6,54% 233 0 0,00%Hasselt 22.243 1 0,00% 0,93% 387 0 0,00%Tongeren 15.411 2 0,01% 1,87% 297 2 0,67% 2,0Mons 10.640 3 0,03% 2,80% 272 2 0,74% 2,5Charleroi 14.205 1 0,01% 0,93% 432 1 0,23% 2,0Tournai 9.521 7 0,07% 6,54% 185 2 1,08% 4,5Dinant 5.004 1 0,02% 0,93% 114 0 0,00%Namur 9.485 3 0,03% 2,80% 172 1 0,58% 4,0Arlon 2.058 1 0,05% 0,93% 39 0 0,00%Marche-en-Famenne 2.242 0 0,00% 0,00% 44 0 0,00%Neufchâteau 2.610 0 0,00% 0,00% 36 0 0,00%Eupen 2.196 0 0,00% 0,00% 18 0 0,00%Liège 19.113 10 0,05% 9,35% 565 3 0,53% 4,3Huy 4.576 3 0,07% 2,80% 99 0 0,00%Verviers 6.816 1 0,01% 0,93% 133 1 0,75% 2,0Nivelles 22.504 6 0,03% 5,61% 399 0 0,00%BELGIE - BELGIQUE 481.299 107 0,02% 100,00% 9.751 31 0,32% 4,5

B. Opdeling naar provincies en gewesten - Répartition selon les provinces et les régionsGEWEST BRU. - REGION BXL. 76.997 14 0,02% 13,08% 2560 3 0,12% 5,7GEWEST VLAANDEREN 293.332 57 0,02% 53,27% 4683 18 0,38% 4,2Vlaams-Brabant 41.562 10 0,02% 9,35% 527 0 0,00%West-Vlaanderen 56.129 15 0,03% 14,02% 666 6 0,90% 3,5Oost-Vlaanderen 63.920 14 0,02% 13,08% 939 2 0,21% 8,0Antwerpen 94.067 15 0,02% 14,02% 1867 8 0,43% 2,9Limburg 37.654 3 0,01% 2,80% 684 2 0,29% 2,5REGION DE LA WALLONIE 110.970 36 0,03% 33,64% 2508 10 0,40% 4,6Brabant wallon 22.504 6 0,03% 5,61% 399 0 0,00%Hainaut 34.366 11 0,03% 10,28% 889 5 0,56% 3,2Namur 14.489 4 0,03% 3,74% 286 1 0,35% 5,0Luxembourg 6.910 1 0,01% 0,93% 119 0 0,00%Liège 32.701 14 0,04% 13,08% 815 4 0,49% 4,5BELGIE-BELGIQUE 481.299 107 0,02% 100,00% 9751 31 0,32% 4,5

Gezondheidsbarometer van de belgische ondernemingen Baromètre de la sante des entreprises belges

GRAYDON 16 2013

2.11 Knipperlicht 11: Liquiditeit kleiner dan 0,5

De liquiditeitspositie van de onderneming is minder dan de helft van de kortlopende schulden.

2.11 Clignotant 11 : Liquidités inférieures à 0,5

La situation de l’entreprise en matière de liquidités est inférieure à la moitié des dettes à court terme.

Het bedrag aan schulden op korte termijn wordt niet gedekt door de bezittingen en inkomsten die op korte termijn te gelde kunnen worden gemaakt. Hoewel deze ratio traditioneel door veel analisten wordt bekeken als signaal dat het niet kunnen betalen van de facturen op korte termijn voorziet, bleek de afgelopen jaren in de praktijk de ratio nauwelijks relevant om onderscheid te maken tussen lopende bedrijven en falende. De alarmwaarde van het knip-perlicht daalde zelfs fundamenteel en lag in 2010 op het niveau van één faillissement per 90,2. In 2011 echter veerde de alarmwaarde op naar een faillissement per 40,4 ondernemingen, nam het 2012 verder toe tot één faillissement per 38,6 cases en versterkte het afgelopen jaar één faillissementen per 35,2 gevallen.

Toch blijft het knipperlicht geen relevante kortetermijngraadmeter voor het faillissement.

Le montant des dettes à court terme n’est pas couvert par les biens et les revenus pouvant être réalisés à court terme. Bien que ce ratio soit traditionnellement considéré par de nombreux analystes comme un signal annonçant l’impossibilité de payer les factures à court terme, la pratique a démontré ces dernières années que le ratio n’est pas vraiment pertinent pour établir la distinction entre les entreprises prospères et les autres. La valeur d’alarme du clignotant a même baissé fondamentalement et se situait en 2010 au niveau d’une faillite par 90,2 cas observés. En 2011, la valeur d’alarme est passée à une faillite par 40,4 entreprises, et continuait à augmenter en 2012 jusqu’à une faillite sur 38,6 cas observés, en renforce encore en 2013 à une sur 35,2 cas observés.

Le clignotant ne peut pourtant pas être considéré comme un baromètre pertinent à court terme pour la faillite.

KNIPPERLICHT TYPE 11 - CLIGNOTANT TYPE 11Liquiditeit is kleiner dan 0,5 - Liquidité inférieure à 0,5

A. Opdeling naar arrondissement - Répartition selon l’arrondissement

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

Ondernemingen met knipperlicht type 11Entreprises avec clignotant type 11

Failliet: 2013Faillites 2013

Knipperlicht T11 op faillissementen 2013Clignotant T11 sur faillites 2013

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

% t.o.v. regio hor. analyse

% par rapport à la région analyse

horizontale

% vert. analyse % analyse vert.

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

% t.o.v. regio % par rapport

à la région

1 fallissement per ... bedrijven 1 faillite par ...

entreprises

Brussel - Bruxelles /Halle/Vilvoorde 97.574 17.044 17,47% 21,36% 2.854 640 22,42% 27,6Brugge 16.952 3.135 18,49% 3,93% 208 72 34,62% 44,5Ieper 4.608 711 15,43% 0,89% 40 13 32,50% 55,7Kortrijk 22.741 3.628 15,95% 4,55% 241 62 25,73% 59,5Oostende 6.865 1.171 17,06% 1,47% 101 32 31,68% 37,6Veurne 4.963 938 18,90% 1,18% 76 20 26,32% 47,9Dendemonde 26.188 4.014 15,33% 5,03% 426 78 18,31% 52,5Gent 29.669 4.421 14,90% 5,54% 425 89 20,94% 50,7Oudenaarde 8.063 1.235 15,32% 1,55% 88 30 34,09% 42,2Antwerpen 57.684 9.896 17,16% 12,40% 1.280 322 25,16% 31,7Mechelen 15.364 2.311 15,04% 2,90% 193 51 26,42% 46,3Turnhout 21.019 3.262 15,52% 4,09% 394 105 26,65% 32,1Leuven 20.985 3.324 15,84% 4,17% 233 55 23,61% 61,4Hasselt 22.243 3.185 14,32% 3,99% 387 65 16,80% 50,0Tongeren 15.411 2.197 14,26% 2,75% 297 55 18,52% 40,9Mons 10.640 1.897 17,83% 2,38% 272 69 25,37% 28,5Charleroi 14.205 2.317 16,31% 2,90% 432 107 24,77% 22,7Tournai 9.521 1.844 19,37% 2,31% 185 46 24,86% 41,1Dinant 5.004 813 16,25% 1,02% 114 25 21,93% 33,5Namur 9.485 1.614 17,02% 2,02% 172 47 27,33% 35,3Arlon 2.058 397 19,29% 0,50% 39 6 15,38% 67,2Marche-en-Famenne 2.242 393 17,53% 0,49% 44 13 29,55% 31,2Neufchâteau 2.610 476 18,24% 0,60% 36 9 25,00% 53,9Eupen 2.196 333 15,16% 0,42% 18 5 27,78% 67,6Liège 19.113 3.134 16,40% 3,93% 565 126 22,30% 25,9Huy 4.576 726 15,87% 0,91% 99 25 25,25% 30,0Verviers 6.816 1.075 15,77% 1,35% 133 41 30,83% 27,2Nivelles 22.504 4.309 19,15% 5,40% 399 122 30,58% 36,3BELGIE - BELGIQUE 481.299 79.800 16,58% 100,00% 9.751 2.330 23,89% 35,2

B. Opdeling naar provincies en gewesten - Répartition selon les provinces et les régionsGEWEST BRU. - REGION BXL. 76.997 13.042 16,94% 16,34% 2560 559 21,84% 24,3GEWEST VLAANDEREN 293.332 47.430 16,17% 59,44% 4683 1130 24,13% 43,0Vlaams-Brabant 41.562 7.326 17,63% 9,18% 527 136 25,81% 54,9West-Vlaanderen 56.129 9.583 17,07% 12,01% 666 199 29,88% 49,2Oost-Vlaanderen 63.920 9.670 15,13% 12,12% 939 197 20,98% 50,1Antwerpen 94.067 15.469 16,44% 19,38% 1867 478 25,60% 33,4Limburg 37.654 5.382 14,29% 6,74% 684 120 17,54% 45,9REGION DE LA WALLONIE 110.970 19.328 17,42% 24,22% 2508 641 25,56% 31,2Brabant wallon 22.504 4.309 19,15% 5,40% 399 122 30,58% 36,3Hainaut 34.366 6.058 17,63% 7,59% 889 222 24,97% 28,3Namur 14.489 2.427 16,75% 3,04% 286 72 25,17% 34,7Luxembourg 6.910 1.266 18,32% 1,59% 119 28 23,53% 46,2Liège 32.701 5.268 16,11% 6,60% 815 197 24,17% 27,7BELGIE-BELGIQUE 481.299 79.800 16,58% 100,00% 9751 2330 23,89% 35,2

Gezondheidsbarometer van de belgische ondernemingen Baromètre de la sante des entreprises belges

GRAYDON 17 2013

2.12 Knipperlicht 12: Graydon Sociale Score (GSS) negatief

De Graydon Sociale Score beoordeelt vooral een historische evolutie van gegevens inzake RSZ-dagvaardingen, dagvaardingen vanwege het Fonds voor Bestaanszekerheid en het Sociaal Verzekeringsfonds van Zelfstandigen gecombineerd met elementen uit de sociale balans.

Belangrijk hierbij is te wijzen op het onderscheid tussen het knip-perlicht type 5 en de GSS. Inderdaad neemt de GSS uitsluitend die gegevens in conto die minstens zes maanden oud zijn, terwijl het knipperlicht nr. 5 enkel rekening houdt met dagvaardingen RSZ die jonger zijn dan zes maanden (zie ook onze opmerking bij knipper-licht type 5). De beide knipperlichten kunnen dus samen of apart voorkomen, zijn complementair maar geenszins overlappend.

2.12 Clignotant 12 : Score Social Graydon (GSS) négatif

Le Score Social Graydon illustre principalement une évolution histo-rique des données en matière de citations par l’ONSS, de citations par le Fonds de sécurité d’existence et par la Caisse d’Assurances sociales des Travailleurs indépendants, combinées à des éléments du bilan social.

Il est important de signaler la différence entre le clignotant 5 et le GSS. En effet, le GSS tient compte exclusivement des données qui remontent à plus de six mois, tandis que le clignotant 5 tient compte uniquement des citations par l’ONSS inférieures à six mois. (voir également notre remarque relative au clignotant 5). Ces deux clignotants peuvent donc apparaître ensemble ou séparément, ils sont complémentaires mais certainement pas cumulatifs.

Binnen de groep van actieve ondernemingen komt deze score uiterst zelden voor (1.883 gevallen of 0,39%), terwijl het in 16,87% van alle bedrijven (1.645 gevallen) die in 2013 failliet zijn gegaan, voorkomt. De alarmwaarde van dit knipperlicht is dan ook het meest significante van alle signalen die binnen het kader van deze studie aan bod komen: maar liefst één op 2,1 dragers van dit knipperlicht ging in 2013 over de kop.

De arrondissementen Kortrijk en Ieper kent het minst aantal bedrijven met dit knipperlicht (0,22%), terwijl de arrondissementen Aarlen, Charleroi en Luik koploper zijn. De alarmwaarde van het knipperlicht komt het sterkst in Dinant, Charleroi en Turnhout tot uiting: 1 failliet bedrijf per 1,8 heeft dit knipperlicht. Ook in Brussel gaat 1 bedrijf op 1,9 met een negatieve sociale score overkop. In Eupen is het signaal het minst krachtig, al is dat zeer relatief aangezien er nog steeds één bedrijf per 3,8 overkop gaat indien zij drager is van dit signaal.

Au sein du groupe des entreprises actives, ce score intervient très rarement (1.883 cas ou 0,39 %), tandis qu’il est pertinent pour 16,87 % de toutes les entreprises (1.645 cas) déclarées en faillite en 2013. La valeur d’alarme de ce clignotant est donc la plus significative de tous les signaux disponibles dans le cadre de cette étude: pas moins d’une société sur 2,1 présentant ce clignotant a été déclarée en faillite en 2013.

Les arrondissements d’Ypres et Courtrai comptent le moins d’entreprises présentant ce clignotant (0,22 %), tandis que les arrondissements d’Arlon, Charleroi et Liège occupent la position de leader en la matière : 1 faillite sur 1,8 entreprises observées. Aussi à Bruxelles une entreprise sur 1,9 portant un score social négatif fait culbute. Le clignotant est le moins fort à Eupen, bien que ce soit très relatif en considérant encore une entreprise sur 3,8 présentant ce clignotant a fait faillite.

KNIPPERLICHT TYPE 12 - CLIGNOTANT TYPE 12Graydon Sociale Score is sterk negatief - Score Social Graydon fortement négatif

A. Opdeling naar arrondissement - Répartition selon l’arrondissement

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

Ondernemingen met knipperlicht type 12Entreprises avec clignotant type 12

Failliet: 2013Faillites 2013

Knipperlicht T12 op faillissementen 2013Clignotant T12 sur faillites 2013

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

% t.o.v. regio hor. analyse

% par rapport à la région analyse

horizontale

% vert. analyse % analyse vert.

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

% t.o.v. regio % par rapport

à la région

1 fallissement per ... bedrijven 1 faillite par ...

entreprises

Brussel - Bruxelles /Halle/Vilvoorde 97.574 420 0,43% 22,30% 2.854 480 16,82% 1,9Brugge 16.952 38 0,22% 2,02% 208 31 14,90% 2,2Ieper 4.608 9 0,20% 0,48% 40 4 10,00% 3,3Kortrijk 22.741 46 0,20% 2,44% 241 31 12,86% 2,5Oostende 6.865 33 0,48% 1,75% 101 15 14,85% 3,2Veurne 4.963 12 0,24% 0,64% 76 7 9,21% 2,7Dendemonde 26.188 71 0,27% 3,77% 426 47 11,03% 2,5Gent 29.669 73 0,25% 3,88% 425 65 15,29% 2,1Oudenaarde 8.063 33 0,41% 1,75% 88 13 14,77% 3,5Antwerpen 57.684 212 0,37% 11,26% 1.280 162 12,66% 2,3Mechelen 15.364 48 0,31% 2,55% 193 30 15,54% 2,6Turnhout 21.019 53 0,25% 2,81% 394 63 15,99% 1,8Leuven 20.985 52 0,25% 2,76% 233 30 12,88% 2,7Hasselt 22.243 73 0,33% 3,88% 387 59 15,25% 2,2Tongeren 15.411 52 0,34% 2,76% 297 49 16,50% 2,1Mons 10.640 63 0,59% 3,35% 272 61 22,43% 2,0Charleroi 14.205 99 0,70% 5,26% 432 122 28,24% 1,8Tournai 9.521 48 0,50% 2,55% 185 37 20,00% 2,3Dinant 5.004 25 0,50% 1,33% 114 32 28,07% 1,8Namur 9.485 57 0,60% 3,03% 172 34 19,77% 2,7Arlon 2.058 18 0,87% 0,96% 39 12 30,77% 2,5Marche-en-Famenne 2.242 14 0,62% 0,74% 44 14 31,82% 2,0Neufchâteau 2.610 15 0,57% 0,80% 36 6 16,67% 3,5Eupen 2.196 11 0,50% 0,58% 18 4 22,22% 3,8Liège 19.113 134 0,70% 7,12% 565 140 24,78% 2,0Huy 4.576 28 0,61% 1,49% 99 13 13,13% 3,2Verviers 6.816 34 0,50% 1,81% 133 18 13,53% 2,9Nivelles 22.504 112 0,50% 5,95% 399 66 16,54% 2,7BELGIE - BELGIQUE 481.299 1.883 0,39% 100,00% 9.751 1.645 16,87% 2,1

B. Opdeling naar provincies en gewesten - Répartition selon les provinces et les régionsGEWEST BRU. - REGION BXL. 76.997 359 0,47% 19,07% 2560 435 16,99% 1,8GEWEST VLAANDEREN 293.332 866 0,30% 45,99% 4683 651 13,90% 2,3Vlaams-Brabant 41.562 113 0,27% 6,00% 527 75 14,23% 2,5West-Vlaanderen 56.129 138 0,25% 7,33% 666 88 13,21% 2,6Oost-Vlaanderen 63.920 177 0,28% 9,40% 939 125 13,31% 2,4Antwerpen 94.067 313 0,33% 16,62% 1867 255 13,66% 2,2Limburg 37.654 125 0,33% 6,64% 684 108 15,79% 2,2REGION DE LA WALLONIE 110.970 658 0,59% 34,94% 2508 559 22,29% 2,2Brabant wallon 22.504 112 0,50% 5,95% 399 66 16,54% 2,7Hainaut 34.366 210 0,61% 11,15% 889 220 24,75% 2,0Namur 14.489 82 0,57% 4,35% 286 66 23,08% 2,2Luxembourg 6.910 47 0,68% 2,50% 119 32 26,89% 2,5Liège 32.701 207 0,63% 10,99% 815 175 21,47% 2,2BELGIE-BELGIQUE 481.299 1.883 0,39% 100,00% 9751 1645 16,87% 2,1

Gezondheidsbarometer van de belgische ondernemingen Baromètre de la sante des entreprises belges

GRAYDON 18 2013

2.13 Clignotant 13 : Montant limite de base négatif

Partant de faits objectifs, Graydon calcule des conseils en matière de crédit sur la base d’une formule rendue publique par la société. Il s’agit en fait de la mesure dans laquelle une société peut honorer ses dettes à court terme à l’égard de ses fournisseurs.

Généralement, il n’y a heureusement aucun signal actif qui annonce une débâcle possible. Les conseils ne portent donc pas sur des transactions constantes, mais sur un montant donné.

Si ce montant est toutefois limité (moins de 1.250 euros à payer à TOUS les fournisseurs), on parle d’un « montant limite de base négatif ». Cette mention est donc utilisée lorsqu’il n’y a aucune caractéristique négative. Toutefois, la présente étude indique que ce principe présente effectivement une valeur d’alarme claire.

2.13 Knipperlicht 13: Basislimietbedrag negatief

Vertrekkend van objectief feitenmateriaal berekent Graydon op basis van een door het bedrijf openbaar gemaakte formule een kredietad-vies. Dit kan best omschreven worden als de mate waarin een bedrijf op korte termijn kan voldoen aan de schulden ten opzichte van haar leveranciers.

Meestal zijn er gelukkig geen actieve signalen die een mogelijk debacle aantonen. Het advies raadt dus geen contante transacties aan, maar een welbepaald bedrag.

Indien dat bedrag echter dusdanig klein is (minder dan 1.250 euro om ALLE leveranciers te betalen) wordt gesproken van een ‘basislimietbedrag negatief’. Deze melding komt dus voor daar waar géén negatieve kenmerken worden waargenomen. Toch toont on-derhavige studie aan dat het verschijnsel wel degelijk een duidelijke alarmwaarde heeft.

De score blijkt in de praktijk een interessante alarmfunctie te hebben: per 9,7 dragers van dit knipperlicht ging er over 2013 één vennootschap over de kop.

Daarenboven blijkt ook dit signaal, met 1.674 gevallen op een totaal van 9.751 of 17,17% (in 2012 was dat 1.474 gevallen op een totaal van 8.638 of 17,06%), veel voor te komen bij de in 2013 failliet verklaarde ondernemingen. Slechts 3,05% van de actieve onderne-mingen vertoont dit signaal.

Het arrondissement Luik telt relatief het grootst aantal bedrijven met deze problematiek (3,96%), terwijl het fenomeen zich relatief het minst voordoet bij de bedrijven uit het arrondissement Eupen. De alarmwaarde bleek in 2013 het grootst in het arrondissement Charleroi met één faillissement per 6,6 bedrijven met dit kenmerk.

Dans la pratique, le score semble avoir une fonction d’alarme inté-ressante : une sur 9,7 entreprises présentant ce clignotant, une a été déclarée en faillite en 2013.

En outre, avec 1.674 cas sur un total de 9.751 ou 17,17 % (en 2012, il y avait 1.474 cas sur un total de 8.638 ou 17,06 %), ce signal se présente fréquemment dans les entreprises déclarées en faillite en 2013. Seulement 3,05 % des entreprises actives présentent ce signal.

L’arrondissement de Liège (3,96 %) compte le plus grand nombre relatif d’entreprises confrontées à ce problème, tandis que ce phénomène est le moins présent dans les entreprises de l’arron-dissement d’Eupen. En 2013 la valeur d’alarme était la plus élevée dans l’arrondissement de Charleroi avec une faillite sur 6,6 entre-prises présentant cette caractéristique.

KNIPPERLICHT TYPE 13 - CLIGNOTANT TYPE 13Basis limietbedrag negatief - Montant limite de base négatif

A. Opdeling naar arrondissement - Répartition selon l’arrondissement

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

Ondernemingen met knipperlicht type 13Entreprises avec clignotant type 13

Failliet: 2013Faillites 2013

Knipperlicht T13 op faillissementen 2013Clignotant T13 sur faillites 2013

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

% t.o.v. regio hor. analyse

% par rapport à la région analyse

horizontale

% vert. analyse % analyse vert.

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

Aantal vennootschappen

Nombre de sociétés

% t.o.v. regio % par rapport

à la région

1 fallissement per ... bedrijven 1 faillite par ...

entreprises

Brussel - Bruxelles /Halle/Vilvoorde 97.574 2.995 3,07% 20,67% 2.854 379 13,28% 8,9Brugge 16.952 483 2,85% 3,33% 208 55 26,44% 9,8Ieper 4.608 117 2,54% 0,81% 40 4 10,00% 30,3Kortrijk 22.741 552 2,43% 3,81% 241 46 19,09% 13,0Oostende 6.865 205 2,99% 1,41% 101 19 18,81% 11,8Veurne 4.963 148 2,98% 1,02% 76 14 18,42% 11,6Dendemonde 26.188 680 2,60% 4,69% 426 55 12,91% 13,4Gent 29.669 846 2,85% 5,84% 425 65 15,29% 14,0Oudenaarde 8.063 208 2,58% 1,44% 88 26 29,55% 9,0Antwerpen 57.684 1.822 3,16% 12,57% 1.280 208 16,25% 9,8Mechelen 15.364 405 2,64% 2,79% 193 36 18,65% 12,3Turnhout 21.019 567 2,70% 3,91% 394 75 19,04% 8,6Leuven 20.985 569 2,71% 3,93% 233 49 21,03% 12,6Hasselt 22.243 638 2,87% 4,40% 387 74 19,12% 9,6Tongeren 15.411 436 2,83% 3,01% 297 55 18,52% 8,9Mons 10.640 369 3,47% 2,55% 272 47 17,28% 8,9Charleroi 14.205 473 3,33% 3,26% 432 85 19,68% 6,6Tournai 9.521 297 3,12% 2,05% 185 33 17,84% 10,0Dinant 5.004 157 3,14% 1,08% 114 20 17,54% 8,9Namur 9.485 315 3,32% 2,17% 172 33 19,19% 10,5Arlon 2.058 62 3,01% 0,43% 39 7 17,95% 9,9Marche-en-Famenne 2.242 67 2,99% 0,46% 44 9 20,45% 8,4Neufchâteau 2.610 96 3,68% 0,66% 36 5 13,89% 20,2Eupen 2.196 51 2,32% 0,35% 18 7 38,89% 8,3Liège 19.113 756 3,96% 5,22% 565 115 20,35% 7,6Huy 4.576 147 3,21% 1,01% 99 17 17,17% 9,6Verviers 6.816 232 3,40% 1,60% 133 25 18,80% 10,3Nivelles 22.504 799 3,55% 5,51% 399 111 27,82% 8,2BELGIE - BELGIQUE 481.299 14.492 3,01% 100,00% 9.751 1.674 17,17% 9,7

B. Opdeling naar provincies en gewesten - Répartition selon les provinces et les régionsGEWEST BRU. - REGION BXL. 76.997 2.287 2,97% 15,78% 2560 327 12,77% 8,0GEWEST VLAANDEREN 293.332 8.384 2,86% 57,85% 4683 833 17,79% 11,1Vlaams-Brabant 41.562 1.277 3,07% 8,81% 527 101 19,17% 13,6West-Vlaanderen 56.129 1.505 2,68% 10,39% 666 138 20,72% 11,9Oost-Vlaanderen 63.920 1.734 2,71% 11,97% 939 146 15,55% 12,9Antwerpen 94.067 2.794 2,97% 19,28% 1867 319 17,09% 9,8Limburg 37.654 1.074 2,85% 7,41% 684 129 18,86% 9,3REGION DE LA WALLONIE 110.970 3.821 3,44% 26,37% 2508 514 20,49% 8,4Brabant wallon 22.504 799 3,55% 5,51% 399 111 27,82% 8,2Hainaut 34.366 1.139 3,31% 7,86% 889 165 18,56% 7,9Namur 14.489 472 3,26% 3,26% 286 53 18,53% 9,9Luxembourg 6.910 225 3,26% 1,55% 119 21 17,65% 11,7Liège 32.701 1.186 3,63% 8,18% 815 164 20,12% 8,2BELGIE-BELGIQUE 481.299 14.492 3,01% 100,00% 9751 1674 17,17% 9,7

Gezondheidsbarometer van de belgische ondernemingen Baromètre de la sante des entreprises belges

GRAYDON 19 2013

Credit Management

www.graydon.be

Marketing Intelligence

Debt Collections

Risk & Compliance

A4 advert Graydon BE.indd 1 10-04-14 14:51